Stichting Houtense Hodoniemen

Onderzoekt straatnamen, boerderijen, onroerend goed en adellijke families in Houten en omgeving

Familie Bosch van Drakestein - De Hoge- en Lage Vuursche

Het originele wapen van familie Bosch van Drakestein in zwart-wit. De wapenspreuk van de familie is 'Virtute et Labore', dat is het Latijns voor 'door deugd en arbeid'. Bron: Het Utrechts Archief 635 39. Het originele wapen van familie Bosch van Drakestein in zwart-wit. De wapenspreuk van de familie is 'Virtute et Labore', dat is het Latijns voor 'door deugd en arbeid'. Bron: Het Utrechts Archief 635 39.


     

Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) afgebeeld in uniform omstreeks 1885-1890 als commissaris van de koning(in) van de provincie Noord-Brabant. Foto: Provincie Noord-Brabant, maker: onbekend. Met dank aan Benno Roozen. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) afgebeeld in uniform omstreeks 1885-1890 als commissaris van de koning(in) van de provincie Noord-Brabant. Foto: Provincie Noord-Brabant, maker: onbekend. Met dank aan Benno Roozen.


Glasnegatief van het Koninklijk Besluit nr. 50 van 24 september 1856 betreffende de benoeming van Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) tot Commissaris van de Koning in Noord-Brabant. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 42. Glasnegatief van het Koninklijk Besluit nr. 50 van 24 september 1856 betreffende de benoeming van Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) tot Commissaris van de Koning in Noord-Brabant. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 42.


      

Bidprentje IN MEMORIAM den Hoogwelgeb. Heer Jonkheer Petrus Josephus Joannes Sophia Maria van der Does de Willebois. (1). Bidprentje IN MEMORIAM den Hoogwelgeb. Heer Jonkheer Petrus Josephus Joannes Sophia Maria van der Does de Willebois. (1).


Bidprentje IN MEMORIAM den Hoogwelgeb. Heer Jonkheer Petrus Josephus Joannes Sophia Maria van der Does de Willebois. (2). Bidprentje IN MEMORIAM den Hoogwelgeb. Heer Jonkheer Petrus Josephus Joannes Sophia Maria van der Does de Willebois. (2).


Boven het straatnaambord aan de kant van het Willemsplein. Onder het straatnaambord 'Van der Does de Willeboissingel' aan de kant van het Stationsweg te 's-Hertogenbosch in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Boven het straatnaambord aan de kant van het Willemsplein. Onder het straatnaambord 'Van der Does de Willeboissingel' aan de kant van het Stationsweg te 's-Hertogenbosch in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De 'Van der Does de Willeboissingel' van diverse zichten bekeken in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De 'Van der Does de Willeboissingel' van diverse zichten bekeken in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Genoemd naar jhr. P.J.J.S.M. Van der Does de Willebois. Burgemeester der stad van 26 maart 1885 tot juni 1917. Geboren 1844, overleden 11 mei 1937. Was ook lid van Gedeputeerde Staten van 1878 tot 1885.

Zijn marmeren buste staat in de Oranjegalerij op de eerste verdieping van het stadhuis.
Bron: Kring Vrienden van 's-Hertogenbosch.



Tot 1909 werd het gedeelte tussen het Willemsplein en Capucijnenstraat 'Westersingel' en van de Capucijnenstraat tot de Stationsweg 'Kloostersingel' genoemd.

In 1909 werden de straatnamen 'Kloostersingel' en 'Westersingel' veranderd in Van der Does de Willeboissingel.

Bron: bossche-encyclopedie.nl.


Straatnaambord Fort Orthenlaan te 's-Hertogenbosch waar de begraafplaats Orthen gelegen is waar het gezinsgraf is van Pieter van der Does de Willebois en zijn echtgenote Jkvr. Maria Henrietta Elisabeth Bosch van Drakestein (1857-1919) waar hij mee in 1878 in het huwelijk trad. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord Fort Orthenlaan te 's-Hertogenbosch waar de begraafplaats Orthen gelegen is waar het gezinsgraf is van Pieter van der Does de Willebois en zijn echtgenote Jkvr. Maria Henrietta Elisabeth Bosch van Drakestein (1857-1919) waar hij mee in 1878 in het huwelijk trad. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Het familiegraf Van der Does - Bosch van Drakestein aan de Fort Orthenlaan aan de begraafplaats Orthen te 's-Hertogenbosch met boven de twee familiewapen van beide families en onder de heilige Maria aan de voorkant van het familiegraf in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Het familiegraf Van der Does - Bosch van Drakestein aan de Fort Orthenlaan aan de begraafplaats Orthen te 's-Hertogenbosch met boven de twee familiewapen van beide families en onder de heilige Maria aan de voorkant van het familiegraf in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Links de kapel op begraafplaats Orthen aan de Fort Orthenlaan te 's-Hertogenbosch waar naast (rechts op de foto) het familiegraf Van der Does de Willebois - Bosch van Drakestein staat in mei 201. Foto: Sander van Scherpenzeel. Links de kapel op begraafplaats Orthen aan de Fort Orthenlaan te 's-Hertogenbosch waar naast (rechts op de foto) het familiegraf Van der Does de Willebois - Bosch van Drakestein staat in mei 201. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Boven straatnaambord Commissaris Bosch van Drakesteinlaan. Genoemd naar de commissaris Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1828-1894) met onder het straatnaambord 'Van der Does de Willeboissingel', genoemd naar de schoonzoon van Paulus Jan Bosch van Drakestein Pieter van der Does de Willeboissingel. Burgemeester van 's-Hertogenbosch. Foto: Sander van Scherpenzeel. Boven straatnaambord Commissaris Bosch van Drakesteinlaan. Genoemd naar de commissaris Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1828-1894) met onder het straatnaambord 'Van der Does de Willeboissingel', genoemd naar de schoonzoon van Paulus Jan Bosch van Drakestein Pieter van der Does de Willeboissingel. Burgemeester van 's-Hertogenbosch. Foto: Sander van Scherpenzeel.


   

Kaart van de heerlijkheid de Vuursche uit 1597. Bron: Het Nationaal Archief, 4.VTH, 3018. Kaart van de heerlijkheid de Vuursche uit 1597. Bron: Het Nationaal Archief, 4.VTH, 3018.


  

Gezicht op de rechtergevel van het kasteel Drakestein met omringend park (Slotlaan 3-6, 9) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15161. Gezicht op de rechtergevel van het kasteel Drakestein met omringend park (Slotlaan 3-6, 9) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15161.


Gezicht op Lage Vuursche, bij Hilversum in 1794 door Jacob Cats (1741-1799). Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Gezicht op Lage Vuursche, bij Hilversum in 1794 door Jacob Cats (1741-1799). Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


          

Huis van Ysselstein aan de Orthenstraat 36 te 's-Hertogenbosch West zijde gezien in noordelijke richting, eerste straat links is de Bokhovenstraat in ca. 1909. In dit huis woonde tussen ca. 1905 en 1911 jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911) met zijn echtgenote Theresia Marie Charlotte Rouppe van der Voort (gehuwd in 1900) en hun zonen jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) en zijn jongere broer jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965). Na het veel te vroegere overlijden op 39 jarige leeftijd keer Theresia met haar twee zonen terug naar de Lage Vuursche om daar het leven voort te zetten. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch, beeldbank, nummer: 0000757. Huis van Ysselstein aan de Orthenstraat 36 te 's-Hertogenbosch West zijde gezien in noordelijke richting, eerste straat links is de Bokhovenstraat in ca. 1909. In dit huis woonde tussen ca. 1905 en 1911 jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911) met zijn echtgenote Theresia Marie Charlotte Rouppe van der Voort (gehuwd in 1900) en hun zonen jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) en zijn jongere broer jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965). Na het veel te vroegere overlijden op 39 jarige leeftijd keer Theresia met haar twee zonen terug naar de Lage Vuursche om daar het leven voort te zetten. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch, beeldbank, nummer: 0000757.


Gezicht op de zijgevels van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) met de dubbele 'Utrechtse' brug over de slotgracht, uit het westen in 1860-1861. Naar een tekening van F.H. Weissenbruch en W. Hekking. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201190. Gezicht op de zijgevels van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) met de dubbele 'Utrechtse' brug over de slotgracht, uit het westen in 1860-1861. Naar een tekening van F.H. Weissenbruch en W. Hekking. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201190.


     

Koning Willem III en prins Hendrik ('de Zeevaarder') op bezoek omringd door getroffenen en vergezeld van de Commissaris van de Koning in Noord-Brabant en de burgemeester van Hedel (met ambtsketen) in 1861 naar een schilderij van Piet Slager Jr.. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) staande links. Schilderij bevindt zich in particulier bezit. Koning Willem III en prins Hendrik ('de Zeevaarder') op bezoek omringd door getroffenen en vergezeld van de Commissaris van de Koning in Noord-Brabant en de burgemeester van Hedel (met ambtsketen) in 1861 naar een schilderij van Piet Slager Jr.. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) staande links. Schilderij bevindt zich in particulier bezit.



Kasteel Drakestein - Kadastrale gemeente: Baarn BAA01 - F - 1012 - Sectie F, perceelnummer 1012. Adressen op dit perceel: Kapelweg 2, Slotlaan 8 en 10. Postcodes op dit perceel: 3749 AS -3749 AA. Groote perceel F-1012: 207.505 m2 - 2.093 m.

Sinds 1959 het eigendom van H.K.H. Beatrix Wilhelmina Armgard, Prinses der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, Prinses van Lippe-Biesterfeld. Geboren te Baarn op maandag 31 januari 1938. 

H.K.H. Beatrix Wilhelmina Armgard, Prinses der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, Prinses van Lippe-Biesterfeld was van 30 april 1980 tot en met 30 april 2013 Koningin der Nederlanden.


H.K.H. Beatrix Wilhelmina Armgard, Prinses der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, Prinses van Lippe-Biesterfeld. Bron: Wikipedia Beatrix der Nederlanden. H.K.H. Beatrix Wilhelmina Armgard, Prinses der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, Prinses van Lippe-Biesterfeld. Bron: Wikipedia Beatrix der Nederlanden.



Zij is het oudste kind uit het huwelijk van koningin Juliana der Nederlanden en prins Bernhard van Lippe-Biesterfeld en sinds 2002 weduwe van prins Claus der Nederlanden

Beatrix der Nederland kocht het kasteel Drakestein van jhr. Frederik (Freddy) Lodewijk Maria Bosch van Drakestein voor f. 300.000-, in 1959.

Bronnen: Kadastrelekaart.com, van dato: 14-03-2021 en Wikipedia Beatrix der Nederlanden.


Op maandag 30 oktober 1967 werd kasteel Drakestein (Slotlaan 9, Lage Vuursche) ingeschreven in het Rijksmonumenten Register. Als ondergetekende De minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk, M. Reynders. Eigenaresse van kasteel Drakestein H.K.H. Beatrix Wilhelmina Armgard Prinses der Nederlanden, Prinses van Oranje Nassau, Prinses van Lippe Biesterfeld, Amsterdamsestraatweg 1 te Baarn. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 8195 1995 115. Op maandag 30 oktober 1967 werd kasteel Drakestein (Slotlaan 9, Lage Vuursche) ingeschreven in het Rijksmonumenten Register. Als ondergetekende De minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk, M. Reynders. Eigenaresse van kasteel Drakestein H.K.H. Beatrix Wilhelmina Armgard Prinses der Nederlanden, Prinses van Oranje Nassau, Prinses van Lippe Biesterfeld, Amsterdamsestraatweg 1 te Baarn. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 8195 1995 115.


       


Bron: Het Utrechts Archief, T1294, 9632 (1232), 1959 juni 9-1959 juni 20 1232/94

Kasteel Drakestein (transcriptie Hypo4 tekst)

Verkoop kasteel Drakestein door jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008) aan H.K.H. Beatrix Wilhelmina Armgard, Prinses der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, Prinses van Lippe-Biesterfeld (1938)


Aankoop van gronden voor een te bouwen bedrijventerrein tussen de spoorlijn Utrecht-Amsterdam en het merwedekanaal. Perceel midden rechtsboven was tot 1902 van jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911) (in geel gearceerd omlijnd). Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3. Aankoop van gronden voor een te bouwen bedrijventerrein tussen de spoorlijn Utrecht-Amsterdam en het merwedekanaal. Perceel midden rechtsboven was tot 1902 van jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911) (in geel gearceerd omlijnd). Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3.



Overlegd is een verklaring van/vanwege burgemeester en wethouders van de gemeente Baarn dd. 8 mei 1959, ingevolge het eerste/tweede lid vanartikel 29a van de Wet op de vervreemding van landbouwgronden. De Bewaarder.



Voor rectificatie van de naam van H.K.H. zie deel 1234 nr. 147.


Aankoop van gronden voor een te bouwen bedrijventerrein tussen de spoorlijn Utrecht-Amsterdam en het merwedekanaal. Perceel midden rechtsboven was tot 1902 van jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911). Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3. Aankoop van gronden voor een te bouwen bedrijventerrein tussen de spoorlijn Utrecht-Amsterdam en het merwedekanaal. Perceel midden rechtsboven was tot 1902 van jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911). Bron: Het Utrechts Archief, 1007-3.



Heden, de vijftiende juni negentien honderd negen en vijftig,

compareerden voor mij, Bernard Engelbert Koenderink, notaris ter standplaats Baarn:

1.   de Hoogwelgeboren Heer Jonkheer Frederik Lodedijk Maria de La Conception Bosch van Drakestein, particulier, wonende te Lage Vuursche, gemeente Baarn.

2.   de Hoogwelgeboren Heer Jonkheer Meester Cornelis Dedel, Intendant van Soestdijk, wonende te Baarn, handelende als lasthebber van Hare Koninklijke Hoogheid Beatrix Wilhelmina Armgard Prinses der Nederlanden, enzovoort, enzovoort,k wonende te Baarn, Paleis Soestdijk.

Blijkende voormelde lastgeving uit een onderhandse akte van volmacht, welke na vooraf door de lasthebber van de comparant sub 2, voor wie deze verklaarde te hebben gekocht en in eigendom te aanvaarden:

Het kasteel Drakestein met gebouwen, tuin en bos, gelegen in te Lage Vuursche, gemeente Baarn, kadastraal bekend Gemeente Baarn, Sectie F nommer 714. groot twintig hectaren, vier en tachtig aren en vijfen tachtig centiaren;

door de verkoper in eigendom verkregen bij akte van scheiding elf december negentien honderd zes en vijftig in deel 1174 nommer 120.


Akte (fragment) van de aankoop van een perceelgrond in de gemeente Catharijne, Sectie B, nummer 2680. van jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911) door de gemeente Utrecht. Bron: Het Utrechts Archief, 1803. Akte (fragment) van de aankoop van een perceelgrond in de gemeente Catharijne, Sectie B, nummer 2680. van jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911) door de gemeente Utrecht. Bron: Het Utrechts Archief, 1803.



Een gedeelte van het perceel voor zover afkomstig van oud F 574, 580 en 670 is bezwaard met recht van opstal ten behoeve van de Gemeente Baarn tot een januari negentien honderd vier en vijftig.

De comparanten verklaarden, dat deze verkoop en koop geschied voor de som van drie honderd duizend gulden, welke koopsom de verkoper verklaarde van de Koopster ontvangen te hebben en daarvoor algehele kwijting te verlenen, terwijl voorts de volgende bepalingen zijn vastgesteld:

1.   Het onroerend goed is verkocht in de staat waarin het zich op heden bevindt, met alle rechten en verplichtingen, lusten en lasten, heersende en lijdende erfdienstbaarheden, zonder andere vrijwaring dan voor de eigendom, vrij van hypotheek en beslag.

2.   De aanvaarding in genot en lasten vindt plaats op heden.

3.   Iedere actie wegens over- of ondermaat wordt bij deze uitgesloten, terwijl partijen afstand doen van het recht tot ontbinding dezer overeenkomst, eventueel voortvloeiende uit de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek.

4.   Partijen verklaren toe te stemmen in de overschrijving dezer akte of van een afschrift of uittreksel daarvan in de daartoe bestemde openbare registers.

5.   Alle rechten en kosten op deze overeenkomst vallende zullen door de Koopster worden gedragen en betaald.


In het noorden van de gemeente De Bilt had familie Bosch van Drakestein vele gronden in bezit gehad. Kaart van gemeente De Bilt. Bron: Wikipedia. In het noorden van de gemeente De Bilt had familie Bosch van Drakestein vele gronden in bezit gehad. Kaart van gemeente De Bilt. Bron: Wikipedia.



Bijzondere bepalingen:

Het Kasteel en alle bij de verkoper in gebruik zijnde ruimten worden bij ondertekening dezer akte vrij van huur geheel ontruimd opgeleverd.

Ten behoeve van het bij deze verkochte onroerend goed worden verleend en gevestigd de volgende erfdienstbaarheden:

a.   het recht van weg om te komen van- en te gaan naar de Dorpstraat over de Slotlaan, kadastraal bekend Gemeente Baarn, Sectie F nommer 715;

b.   het recht van weg om te komen van- en te gaan naar de Pijnenburgerweg over het verlengde van de Kapelweg, kadastraal bekend Gemeente Baarn, Sectie F nommers 718-132-146-130-133-134-135-136-123-122 en 668.


Aankoop door de gemeente Utrecht van een perceel grond Kadastraal Gemeente Catharijne, Sectie B, Nr 2679 'aan te koopen door de Gemte Utrecht van jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein, groot ongeveer 4 hectare, 30 aren en 36 centiaren. Per akte gepasseerd voor de Utrechtse notarissen E.C.M. de Balbian van Doorn op 27 november 1902- deel 635/116. Bron: Het Utrechts Archief, 1803. Aankoop door de gemeente Utrecht van een perceel grond Kadastraal Gemeente Catharijne, Sectie B, Nr 2679 'aan te koopen door de Gemte Utrecht van jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein, groot ongeveer 4 hectare, 30 aren en 36 centiaren. Per akte gepasseerd voor de Utrechtse notarissen E.C.M. de Balbian van Doorn op 27 november 1902- deel 635/116. Bron: Het Utrechts Archief, 1803.



Alle eventuele aanspraken tegen de Rijks Commissie voor Monumentenzorg worden overgedragen aan de Koopster met ingang van heden.

Aan de Koopster wordt verleend het recht van voorkeur tot koop van alle ten Oosten van het het bij deze verkochte onroerend goed gelegen percelen, welke thans worden ingesloten door de Driehonderd Roedenlaan, Pijnenburgerweg en de Zevenlindenweg;

de verkoper is verplicht deze percelen bij voorgenomen verkoop eerst schriftelijk onder opgave van de verlangende prijs aan te bieden aan de Koopster. Indien de Koopster niet binnen één maand na ontvangst van het aanbod schriftelijk heeft verklaard dat derden, mits niet tegen de lagere prijs te verkopen.

De comparanten verklaarden te kiezen ten kantore van de wettige bewaarder dezer minuut,

Waarvan Akte in Minuut verleden te Baarn, te dage in het hoofd gemeld, in tegenwoordigheid van de Heren Pieter Cornelis Jan Beynen, kandidaat-notaris, en Willem Boelhouwer, notarisklerk, beiden wonende te Baarn,

als getuigen, evenals comparanten mij, notaris bekend

Terstond na voorlezing is deze akte door de comparanten, de getuigen en mij, notaris, ondertekend.

Getekend: F. Bosch van Drakestein, Dedel, Beynen, W. Boekhouwer, B.E. Koenderink.

De ondergetekende, Bernard Engelbert Koenderink, notaris te Baarn, verklaart, dat het bij dit afschrift behorend stuk door hem is ondertekend en dat dit afschrift eensluidend is met bedoeld stuk.


Ondertekening door notaris B.E. Koenderink onder de aankoopakte tussen Prinses Beatrix en jonkheer van Frederik Bosch van Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9632 (1232), 1959 juni 9-1959 juni 20 1232/94. Ondertekening door notaris B.E. Koenderink onder de aankoopakte tussen Prinses Beatrix en jonkheer van Frederik Bosch van Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9632 (1232), 1959 juni 9-1959 juni 20 1232/94.


         

Op maandag 8 januari 1962 vond ten overstaan van de Baarnse notaris Antonius Michael Jacobus Morsch in getegnwoordige getuigen als jhr. Mr. Cornelis Dedel, intendant van het Koninklijk Particulier Paleis en Domein Soestdijk, handelende als lasthebber van Hare Koninklijk Hoogheid Beatrix Wilhelmina Armgard Prinses der Nerderlanden, Prinses van Oranje Nassau, Prinses van Lippe Biesterfeld, wonende te Baarn. Hierbij deed de prinses afstand opstalrecht op een bepaald perceel ten noordwesten van het kasteel Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9709 (1309), 1962 jan. 4-1962 jan. 18 1309 57. Op maandag 8 januari 1962 vond ten overstaan van de Baarnse notaris Antonius Michael Jacobus Morsch in getegnwoordige getuigen als jhr. Mr. Cornelis Dedel, intendant van het Koninklijk Particulier Paleis en Domein Soestdijk, handelende als lasthebber van Hare Koninklijk Hoogheid Beatrix Wilhelmina Armgard Prinses der Nerderlanden, Prinses van Oranje Nassau, Prinses van Lippe Biesterfeld, wonende te Baarn. Hierbij deed de prinses afstand opstalrecht op een bepaald perceel ten noordwesten van het kasteel Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9709 (1309), 1962 jan. 4-1962 jan. 18 1309 57.


Op maandag 8 januari 1962 vond ten overstaan van de Baarnse notaris Antonius Michael Jacobus Morsch in getegnwoordige getuigen als jhr. Mr. Cornelis Dedel, intendant van het Koninklijk Particulier Paleis en Domein Soestdijk, handelende als lasthebber van Hare Koninklijk Hoogheid Beatrix Wilhelmina Armgard Prinses der Nerderlanden, Prinses van Oranje Nassau, Prinses van Lippe Biesterfeld, wonende te Baarn. Hierbij deed de prinses afstand opstalrecht op een bepaald perceel ten noordwesten van het kasteel Drakestein. Perceel waar het omgaat in rood geaerceerd. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9709 (1309), 1962 jan. 4-1962 jan. 18 1309 57. Op maandag 8 januari 1962 vond ten overstaan van de Baarnse notaris Antonius Michael Jacobus Morsch in getegnwoordige getuigen als jhr. Mr. Cornelis Dedel, intendant van het Koninklijk Particulier Paleis en Domein Soestdijk, handelende als lasthebber van Hare Koninklijk Hoogheid Beatrix Wilhelmina Armgard Prinses der Nerderlanden, Prinses van Oranje Nassau, Prinses van Lippe Biesterfeld, wonende te Baarn. Hierbij deed de prinses afstand opstalrecht op een bepaald perceel ten noordwesten van het kasteel Drakestein. Perceel waar het omgaat in rood geaerceerd. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9709 (1309), 1962 jan. 4-1962 jan. 18 1309 57.


   

"Condities van de verkoop van de goederen nagelaten door wijlen Mr. Coert Simon Sander, heer van Drakestein en De Vuursche, opgenaakr door Mr. F.H. Moorrees en N.W. Buddingh, curatoren van de nagelaten boedel voor het Hof van Utrecht, 7 augustus 1805. Koper Mr. P.W. Bosch van de heerlijkheid De Vuursche en de Ridderhofstad Drakestein in ad. f. 76.000,-., 10 dammaten ad f. 2.775,-. en 8 dammaten landad f. 2.700,-. gelegen in de Spikmanspolder onder Eembrugge. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 2, 107.


  

Kaartje van de Hoge Vuurscheweg in rood gearceerd het onderhoud wat door de gemeente De Bilt en Baarn werd overgenomen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955). Bron: RHC Vecht en Venen. Kaartje van de Hoge Vuurscheweg in rood gearceerd het onderhoud wat door de gemeente De Bilt en Baarn werd overgenomen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955). Bron: RHC Vecht en Venen.



Bron: Het Utrechts Archief, T1294, 9634 (1234), 1959 juli 1-1959 juli 14 1234/147

Kasteel Drakestein (transcriptie Hypo4 tekst)

Verkoop kasteel Drakestein door jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008) aan H.K.H. Beatrix Wilhelmina Armgard, Prinses der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, Prinses van Lippe-Biesterfeld (1938)

RECTIFICATIE van DEEL 1232 nummer 94


Portret van E.C.U. de Balbian van Doorn, geboren 1841, notaris te Utrecht, overleden 1917. Balbian van Doorn van de Utrechtse huisnotaris van jhr. P.J. Bosch van Drakestein (1825-1894) en zijn zoon jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911). Portret uit de periode 1865-1875. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 103932. Portret van E.C.U. de Balbian van Doorn, geboren 1841, notaris te Utrecht, overleden 1917. Balbian van Doorn van de Utrechtse huisnotaris van jhr. P.J. Bosch van Drakestein (1825-1894) en zijn zoon jhr. F.L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911). Portret uit de periode 1865-1875. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 103932.



Heden, de dertiende Juli negentienhonderd negen en vijftig verscheen voor mij, Bernard Engelbert Koenderink, Notaris te Baarn: de Heer Willem Jansen, notarisklerk, wonende te Baarn, handelende de als mondeling lasthebber van de na te melden partijen.

De comparant verklaarden dat bij akte vijftien Juni negentienhonderd negen en vijftig voor mij, Notaris, verleden, overgeschreven te Hypotheekkantore te Amersfoort diezelfde dag in deel 1232 nummer 94 door Jonkheer Frederik Lodewijk Maria de la Conception Bosch van Drakestein te Lage Vuursche is overgedragen aan Hare Koninklijke Hoogheid Beatrix Wilhelmina Armgard Prinses der Nederlanden, enzovoort, enzovoort, wonende te Baarn, Paleis Soestdijk:

Het Kasteel Drakestein met gebouwen, tuin en bos, gelegen te Lage Vuursche gemeente Baarn, kadastraal bekend gemeente Baarn,

sectie F nummer 714, groot twintig Hectare, vier en tachtig are, vijf en tachtig centiare;


De openstelling van landgoederen Klein Drakestein en Groot Drakestein in 1938 ca. 200 ha. door jhr. H.P.J. Bosch van Drakestein in het kadaster van de Natuurschoonwet in samenwerking met Staatsbosbeheer. Bron: Delpher.nl. De openstelling van landgoederen Klein Drakestein en Groot Drakestein in 1938 ca. 200 ha. door jhr. H.P.J. Bosch van Drakestein in het kadaster van de Natuurschoonwet in samenwerking met Staatsbosbeheer. Bron: Delpher.nl.



dat de namen der koopster moeten luiden:

Hare Koninklijke Hoogheid BEATRIX WILHELMINA ARMGARD PRINSES DER NEDERLANDEN, PRINSES VAN ORANJE NASSAU, PRINSES VAN LIPPE BIESTERFELD.

Dienende deze tot rectificatie,

De comparant en na te nomen getuigen zijn aan mij, Notaris, bekend.

Waarvan akte in Minuut, verleden te Baarn, op datum gemeld, in tegenwoordigheid van de Heren Hermanus Martinus Johannes Helling en Jan Gerhard Hendrik Eerligh, beiden notarisklerk eb wonende te Baarn, als getuigen.

Onmiddellijk na voorlezing is deze minute door de comparant, voornoemde getuigen en mij, Notaris ondertekend.

(getekend) W. Jansen - H. Helling - J.G.H. Eerligh - B.E. Koenderink.

Uitgegeven voor afschrift: (getekend) B.E. Koenderink.

De ondergetekende Bernard Engelbert Koenderink, Notaris te Baarn verklaart het bij dit afschrift behorend stuk te hebben ondertekend en dat dit afschrift eensluidend is met bedoeld stuk.


Ondertekening door de Baarnse notaris B.E. Koenderink onder de (rectificatie akte) verbeterden akte met de volledige gespelde naam van Prinses Beatrix der Nederlanden. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9634 (1234), 1959 juli 1-1959 juli 14 1234/147. Ondertekening door de Baarnse notaris B.E. Koenderink onder de (rectificatie akte) verbeterden akte met de volledige gespelde naam van Prinses Beatrix der Nederlanden. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 9634 (1234), 1959 juli 1-1959 juli 14 1234/147.


   

Prins Claus George Willem Otto Frederik Geert, Prins der Nederlanden, Jonkheer van Amsberg, geboren als Klaus-Georg Wilhelm Otto Friedrich Gerd von Amsberg (Hitzacker, 6 september 1926 – Amsterdam, 6 oktober 2002), was de prins-gemaal van koningin Beatrix der Nederlanden. Tezamen met zijn zoon Willem-Alexander Claus George Ferdinand, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Jonkheer van Amsberg (Utrecht, 27 april 1967) is sinds 30 april 2013 Koning der Nederlanden. Hij is het oudste kind uit het huwelijk van Beatrix, Prinses der Nederlanden, en Claus, Prins der Nederlanden, Jonkheer van Amsberg. Zijn roepnaam is Alex/Alexander. Foto genomen op vrijdag 29 november 1968. Willem-Alexander groeide vanaf 1967 in zijn jeugd op, op kasteel Drakestein te Lage Vuursche tot 1981. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.05.02. Prins Claus George Willem Otto Frederik Geert, Prins der Nederlanden, Jonkheer van Amsberg, geboren als Klaus-Georg Wilhelm Otto Friedrich Gerd von Amsberg (Hitzacker, 6 september 1926 – Amsterdam, 6 oktober 2002), was de prins-gemaal van koningin Beatrix der Nederlanden. Tezamen met zijn zoon Willem-Alexander Claus George Ferdinand, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Jonkheer van Amsberg (Utrecht, 27 april 1967) is sinds 30 april 2013 Koning der Nederlanden. Hij is het oudste kind uit het huwelijk van Beatrix, Prinses der Nederlanden, en Claus, Prins der Nederlanden, Jonkheer van Amsberg. Zijn roepnaam is Alex/Alexander. Foto genomen op vrijdag 29 november 1968. Willem-Alexander groeide vanaf 1967 in zijn jeugd op, op kasteel Drakestein te Lage Vuursche tot 1981. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.05.02.


Aankondigingsbiljet van de verkoop van de heerlijkheid De Vuursche met de hofsteden en landerijen onder de gerechten van De Vuursche, Soest, De Bilt, Baarn en Ter Eem, door de curatoren van de boedel van wijlen Mr. Coert Simon Sander, heer van Drakestein en De Vuursche, ten overstaan van noatris N.W. Buddingh. z.j. (1805). Gedrukt. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 2, 106. Aankondigingsbiljet van de verkoop van de heerlijkheid De Vuursche met de hofsteden en landerijen onder de gerechten van De Vuursche, Soest, De Bilt, Baarn en Ter Eem, door de curatoren van de boedel van wijlen Mr. Coert Simon Sander, heer van Drakestein en De Vuursche, ten overstaan van noatris N.W. Buddingh. z.j. (1805). Gedrukt. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 2, 106.


Kaart van een deel van de Lage Vuursche Baarn Sectie F in 1881. Kaart: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL). Kaart van een deel van de Lage Vuursche Baarn Sectie F in 1881. Kaart: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL).


Acte van transport, ten overstaan van schout en schepenen de De Vuursche, door Simon de Meijerse gerechtsbode van De Vuursche, gemachtigd door Mr. F.H. Moorrees en Me. N.W. Buddingh, curatoren van de insolvente boedel van wijlen Mr. Coert Simon Sander, heer van Drakestein en De Vuursche, aan Mr. Paulus Wilhelmus Bosch, oud- lid van de Departementale Rekenkamer van Utrecht, van de Ridderhofstad Drakestein en de heerlijkheid De Vuursche, 11 maart 1806. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 2, 106. Acte van transport, ten overstaan van schout en schepenen de De Vuursche, door Simon de Meijerse gerechtsbode van De Vuursche, gemachtigd door Mr. F.H. Moorrees en Me. N.W. Buddingh, curatoren van de insolvente boedel van wijlen Mr. Coert Simon Sander, heer van Drakestein en De Vuursche, aan Mr. Paulus Wilhelmus Bosch, oud- lid van de Departementale Rekenkamer van Utrecht, van de Ridderhofstad Drakestein en de heerlijkheid De Vuursche, 11 maart 1806. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 2, 106.


Kasteel Drakestein in de periode 1930-1950 op een prentbriefkaart. Kasteel Drakestein in de periode 1930-1950 op een prentbriefkaart.


Prinses Beatrix en Prins Claus lopen hand in hand met (van links naar rechts)Willem-Alexander en Constantijn over de toegangslaan, op de voorgrond twee leden van de marechaussee. Prinses Beatrix opent het dorpshuis Lage Vuursche op zaterdag 2 februari 1974. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05. Prinses Beatrix en Prins Claus lopen hand in hand met (van links naar rechts)Willem-Alexander en Constantijn over de toegangslaan, op de voorgrond twee leden van de marechaussee. Prinses Beatrix opent het dorpshuis Lage Vuursche op zaterdag 2 februari 1974. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05.


Kasteel Drakestein vanuit het noordwesten gezien in 1993. Kasteel Drakestein vanuit het noordwesten gezien in 1993.


Muzikale felicitatie voor prins Willem-Alexander op Drakestein ter gelegenheid van zijn achtste verjaardag op zaterdag 26 april 1975. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.04. Muzikale felicitatie voor prins Willem-Alexander op Drakestein ter gelegenheid van zijn achtste verjaardag op zaterdag 26 april 1975. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.04.


   

Kaart van de polder de Vuursche. Bron: Nationaal Archief, 4.VTH, 3019. Kaart van de polder de Vuursche. Bron: Nationaal Archief, 4.VTH, 3019.


   

Overzicht voorgevel, gedeelte van de bouwhuizen en plantsoen van kasteel Drakestein in de periode 1930-1950. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: ST-2.246. Overzicht voorgevel, gedeelte van de bouwhuizen en plantsoen van kasteel Drakestein in de periode 1930-1950. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: ST-2.246.


    

Kasteel Drakestein op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05. Kasteel Drakestein op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05.


Kasteel Drakestein op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05. Kasteel Drakestein op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05.


Kasteel Drakestein met bijgebouwen op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05. Kasteel Drakestein met bijgebouwen op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05.


 

Aankoop van de ambachtsheerlijkheid De Vuursche en Kasteel Drakestein door Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein op 7 augustus 1805. Bron: HISGIS Utrecht. Aankoop van de ambachtsheerlijkheid De Vuursche en Kasteel Drakestein door Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein op 7 augustus 1805. Bron: HISGIS Utrecht.


   

Kasteel Drakestein met bijgebouwen op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05. Kasteel Drakestein met bijgebouwen op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05.


Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein, heer van Drakestein, Drakenburg en de Vuursche (1871-1911). Omstreeks 1900-1905. Met paard al deelnemend aan een draf dressuur. Frederik was bestuurslid van de Vereniging van Nederlandsche Eigenaars van Harddravers. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein, heer van Drakestein, Drakenburg en de Vuursche (1871-1911). Omstreeks 1900-1905. Met paard al deelnemend aan een draf dressuur. Frederik was bestuurslid van de Vereniging van Nederlandsche Eigenaars van Harddravers. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Verkoop van een perceel grond door jhr. Frederik L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911) aan de gemeente Utrecht, kadastraal gemeente Catharijne, sectie B, nummer: 2679 op donderdag 27 november 1902 ten overstaan van de Utrechtse notaris Balbian van Doorn, voor een bedrag van f. 36.000, - gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U333d073 8665. Verkoop van een perceel grond door jhr. Frederik L.H.J. Bosch van Drakestein (1871-1911) aan de gemeente Utrecht, kadastraal gemeente Catharijne, sectie B, nummer: 2679 op donderdag 27 november 1902 ten overstaan van de Utrechtse notaris Balbian van Doorn, voor een bedrag van f. 36.000, - gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U333d073 8665.


Kasteel Drakestein met bijgebouwen en het voorplein op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05. Kasteel Drakestein met bijgebouwen en het voorplein op woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05.


Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973) met haar twee zoons, Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955), Jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965). Foto opnamen uit de periode 1911-1915. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973) met haar twee zoons, Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955), Jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965). Foto opnamen uit de periode 1911-1915. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Kasteel Drakestein met tuin, vijver en kunstwerk woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05. Kasteel Drakestein met tuin, vijver en kunstwerk woensdag 19 april 1967. Foto: Wikimedia Commons - Nationaal Archief, 2.24.01.05.


Klassenfoto van de Aloysius Lagere School in Hilversum in het schooljaar 1913-1914 met in het midden hoofdfrater Alfonsus Jellema. Links zittend op de eerste rij in het witte pak jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein met uiterst recht (dezelfde rij) zijn broer jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: mijnoudeschool.nl. Klassenfoto van de Aloysius Lagere School in Hilversum in het schooljaar 1913-1914 met in het midden hoofdfrater Alfonsus Jellema. Links zittend op de eerste rij in het witte pak jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein met uiterst recht (dezelfde rij) zijn broer jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: mijnoudeschool.nl.


Portret uit ca. 1791 met vermoedelijk Cornelia van Bijleveld (1746-1823) (links) en (rechts) Theodorus Gerardus Bosch (1726-1802) met in het midden staand (vermoedelijk) hun jongste dochter Cornelia Jacoba Bosch (1773-1839) op ongeveer 18 jarige leeftijd. Portret: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret uit ca. 1791 met vermoedelijk Cornelia van Bijleveld (1746-1823) (links) en (rechts) Theodorus Gerardus Bosch (1726-1802) met in het midden staand (vermoedelijk) hun jongste dochter Cornelia Jacoba Bosch (1773-1839) op ongeveer 18 jarige leeftijd. Portret: familiearchief Bosch van Drakestein.


Gezicht op de Weerdpoort in Utrecht met in de verte de St. Jacobskerk naar een schilderij van Jan Hendrik Verheyen (1778-1846). Tot eind achttiende eeuw woonde familie Bosch vlakbij de Weerdpoort. Bron: Christies.com. Gezicht op de Weerdpoort in Utrecht met in de verte de St. Jacobskerk naar een schilderij van Jan Hendrik Verheyen (1778-1846). Tot eind achttiende eeuw woonde familie Bosch vlakbij de Weerdpoort. Bron: Christies.com.


Plattegrond van het dorp de Lage Vuursche in ca. 1700-1800. Bron: Het Utrechts Archief, 635. Plattegrond van het dorp de Lage Vuursche in ca. 1700-1800. Bron: Het Utrechts Archief, 635.


Gezicht op Utrecht met de Wittevrouwenpoort naar een schilderij van Jan ten Compe (1713-1761). Via deze poort heeft Jhr. Paulus Jan BOsch van Drakestein vele malen de stad per koets verlaten om naar zijn geliefde de Lage Vuursche en kasteel Drakestein te gaan. Bron: Christies.com. Gezicht op Utrecht met de Wittevrouwenpoort naar een schilderij van Jan ten Compe (1713-1761). Via deze poort heeft Jhr. Paulus Jan BOsch van Drakestein vele malen de stad per koets verlaten om naar zijn geliefde de Lage Vuursche en kasteel Drakestein te gaan. Bron: Christies.com.


  

Heren van de Vuursche en Drakestein

Familiewapen Bosch van Drakestein verdeeld in 4 vlakken linksonder en rechts boven met een rood hert en twee vlakken links boven en rechts onder met een groene boomtak, geflankeerd door twee draken in geel en bovenop een rood hert. Banderol draagt de tekst: 'Virtute et Labore'. Bron: erfgoedshertogenbosch.nl, nummer: 0043681. Familiewapen Bosch van Drakestein verdeeld in 4 vlakken linksonder en rechts boven met een rood hert en twee vlakken links boven en rechts onder met een groene boomtak, geflankeerd door twee draken in geel en bovenop een rood hert. Banderol draagt de tekst: 'Virtute et Labore'. Bron: erfgoedshertogenbosch.nl, nummer: 0043681.


      

Dorpsstraat in Lage Vuursche getekend in augustus 1800. Bron: Rijksmuseum Amsterdam. Dorpsstraat in Lage Vuursche getekend in augustus 1800. Bron: Rijksmuseum Amsterdam.


De officiële (kopie) adelsdimploma van jhr. Paulus Willem Bosch van Drakestein uit 1829. Bron: De Hoge Raad van Adel, Nederland. De officiële (kopie) adelsdimploma van jhr. Paulus Willem Bosch van Drakestein uit 1829. Bron: De Hoge Raad van Adel, Nederland.


 

Origineel portret van Jhr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein (1771-1834) in 1830. Geschilderd door de Utrechtse portretschilder Jan Lodewijk Jonxis (1789-1866). Portret bevindt zich in particulier bezit in Bussum (Noord-Holland). Origineel portret van Jhr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein (1771-1834) in 1830. Geschilderd door de Utrechtse portretschilder Jan Lodewijk Jonxis (1789-1866). Portret bevindt zich in particulier bezit in Bussum (Noord-Holland).


Paulus Wilhelmus Bosch, noemde zich vanaf 1811 bij de invoering van de burgerlijke stand Bosch van Drakestein.

Werd in 1829 bij koninklijk besluit in de adelstand verheven (jonkheer en jonkvrouw) en vanaf 1836 mochten zijn kinderen en verder nazaten zich Bosch van Drakestein noemen.

Geboren woensdag 13 november 1771 te Utrecht en overleden op donderdag 17 april 1834 te Utrecht.

Hij was toen 62 jaar oud. Zoon van Theodorus Gerardus Bosch (1726-1802) en Cornelia van Bijleveld (1746-1823)



Jhr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein

Van beroep Burgemeester van Utrecht (maire 1812-1813), Lid van Provinciale Staten van Utrecht en Commissaris van de Straatweg De Bilt - Soestdijk.

Wonende aan de Voorstraat 85-87 en Janskerkhof 17 (<1800 wijk: H, Nr. 500 - 1811-1890 wijk: H Nr. 593)

Huwde op zondag 10 december 1797 te Utrecht met Henriëtta Hofmann (1774-1839).

Hij was toen 26 jaar oud.

Uit dit huwelijk:

1.   Jhr. Willem Bosch van Drakestein (1798-1853)
2.   Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1799-1866)
3.   Jkvr. Henriette Josephine Jacoba Bosch van Drakestein (1801-1878)
4.   Jkvr. Pauline Elisabeth Bosch van Drakestein (1803-1838)
5.   Jhr. Hendrik Willem Bosch van Drakestein (1805-1883)
6.   Jhr. Carel Theodoor Jan Bosch van Drakestein (1807-1860)
7.   Jkvr. Elisabeth Cornelia Petronella Bosch van Drakestein (1809-1883)
8.   Jhr. Johannes Gerardus Bosch van Drakestein (1811-1883)
9.   Jhr. Gerardus Wilhelmus Bosch van Drakestein (1813-1862)



Origineel portret van Jhr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein (1771-1834) in 1800-1810. Portret bevindt zich in particulier bezit in De Lage Vuursche (Prov. Utrecht). Origineel portret van Jhr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein (1771-1834) in 1800-1810. Portret bevindt zich in particulier bezit in De Lage Vuursche (Prov. Utrecht).


Origineel portret van Henriëtte Hofmann (1775-1839) in ca. 1800-1810. Portret bevindt zich in particulier bezit in De Lage Vuursche (Prov. Utrecht). Origineel portret van Henriëtte Hofmann (1775-1839) in ca. 1800-1810. Portret bevindt zich in particulier bezit in De Lage Vuursche (Prov. Utrecht).




Theodorus Gerardus Bosch. Geboren woensdag 21 augustus 1726 te Utrecht en overleden zondag 13 juni 1802 te Utrecht. Portret uit ca. 1765. Hij werd 75 jaar oud. Van beroep koopman en industrieel. Hij huwde pop zondag 29 januari 1764 te Vleuten met Cornelia van Bijleveld (1746-1823). Hij was toen 37 jaar oud. Uit dit huwelijk voortgekomen: Paulus Willem Bosch (van Drakestein) (1771-1834) en Cornelia Jacoba Bosch (1773-1839). Theo Bosch was geen eigenaar of bezitter van De Vuursche of kasteel Drakestein. Portret bevindt zich in particulier bezit. Theodorus Gerardus Bosch. Geboren woensdag 21 augustus 1726 te Utrecht en overleden zondag 13 juni 1802 te Utrecht. Portret uit ca. 1765. Hij werd 75 jaar oud. Van beroep koopman en industrieel. Hij huwde pop zondag 29 januari 1764 te Vleuten met Cornelia van Bijleveld (1746-1823). Hij was toen 37 jaar oud. Uit dit huwelijk voortgekomen: Paulus Willem Bosch (van Drakestein) (1771-1834) en Cornelia Jacoba Bosch (1773-1839). Theo Bosch was geen eigenaar of bezitter van De Vuursche of kasteel Drakestein. Portret bevindt zich in particulier bezit.


Cornelia van Bijleveld. Geboren donderdag 10 maart 1746 te Vleuten en overleden maandag 18 augustus 1823 te Utrecht. Portret uit ca. 1765. Zij werd 77 jaar oud. Zij huwde pop zondag 29 januari 1764 te Vleuten met Theodorus Gerardus Bosch (1726-1802). Zij was toen 17 jaar oud. Uit dit huwelijk voortgekomen: Paulus Willem Bosch (van Drakestein) (1771-1834) en Cornelia Jacoba Bosch (1773-1839). Portret bevindt zich in particulier bezit. Cornelia van Bijleveld. Geboren donderdag 10 maart 1746 te Vleuten en overleden maandag 18 augustus 1823 te Utrecht. Portret uit ca. 1765. Zij werd 77 jaar oud. Zij huwde pop zondag 29 januari 1764 te Vleuten met Theodorus Gerardus Bosch (1726-1802). Zij was toen 17 jaar oud. Uit dit huwelijk voortgekomen: Paulus Willem Bosch (van Drakestein) (1771-1834) en Cornelia Jacoba Bosch (1773-1839). Portret bevindt zich in particulier bezit.




Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Hij was toen 66 jaar oud.Zoon van Jhr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein (1771-1834) en Henriëtta Hofmann (1774-1839).


Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein

Geboren dinsdag 17 december 1799 te Utrecht en overleden op zondag 8 juli 1866 te Lage Vuursche.

 Van beroep Lid van de Eerste Kamer en Rechter. Wonende bij de Keizersgracht te Amsterdam.

Huwde op dinsdag 18 mei 1824 te Amsterdam met Martha Maria Ancher (1805-1875). Hij was toen 24 jaar oud.

Uit dit huwelijk:

1.   Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894)

2.   Jhr. Jan Hendrik Bosch van Drakestein (1826-1826)

3.   Jkvr. Maria Wilhelmina Frederika Henrietta (1827-1866)



Foto (fragment) van huis met winkel aan het Rokin 195 (1853), Rokin 2 (1873), heden het Rokin 6 te Amsterdam waar warenhuis De Bijenkorf is gevestigd. Het huis waar Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein met zijn gezin vanaf 1822 tot 26 oktober 1852 woonde. Foto: Stadsarchief Amsterdam, beeldbank. Foto (fragment) van huis met winkel aan het Rokin 195 (1853), Rokin 2 (1873), heden het Rokin 6 te Amsterdam waar warenhuis De Bijenkorf is gevestigd. Het huis waar Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein met zijn gezin vanaf 1822 tot 26 oktober 1852 woonde. Foto: Stadsarchief Amsterdam, beeldbank.


Foto van huis met winkel aan het Kalverstraat 187 (1853), heden aan de Kalverstraat 115 te Amsterdam wat het huis was van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein waar hij met echtgenote woonde van november 1852 tot 4 augustus 1854. Foto: Wikimedia Commons. Foto van huis met winkel aan het Kalverstraat 187 (1853), heden aan de Kalverstraat 115 te Amsterdam wat het huis was van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein waar hij met echtgenote woonde van november 1852 tot 4 augustus 1854. Foto: Wikimedia Commons.




Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1799-1866) in 1860-1865. Heer van De Vuursche en Drakestein. Rechts zijn zoon Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Bron: Het Utrechts Archief, 635, 37. Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1799-1866) in 1860-1865. Heer van De Vuursche en Drakestein. Rechts zijn zoon Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Bron: Het Utrechts Archief, 635, 37.


Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Heer van De Vuursche en Drakestein. Links zijn vader Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1799-1866). Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Heer van De Vuursche en Drakestein. Links zijn vader Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1799-1866).




Gisterochtend (woensdag 29 oktober 1884) heeft de heer Boas Berg, antiquaar te Amsterdam, verkocht het Saksisch tafelservies, dat in de veiling van den boedel van baron Bosch van Drakestein f 4800 gegolden had, aan den grootvorst van Rusland, die te Amsterdam vertoeft, en zulks voor den prijs van tienduizend gulden. Bron: Delpher.nl. Gisterochtend (woensdag 29 oktober 1884) heeft de heer Boas Berg, antiquaar te Amsterdam, verkocht het Saksisch tafelservies, dat in de veiling van den boedel van baron Bosch van Drakestein f 4800 gegolden had, aan den grootvorst van Rusland, die te Amsterdam vertoeft, en zulks voor den prijs van tienduizend gulden. Bron: Delpher.nl.


(Donderdag 5 maart 1891) Bij den Commissaris des Konings in Den Bosch, jhr. mr. Bosch van Drakestein, moet gestolen zijn voor ongeveer f. 3000 aan coupons en bankpapieren, alsmede een antiek gouden horloge een gouden savonnet-horloge en een dubbelloops jachtgeweer. Bron: Delpher.nl. (Donderdag 5 maart 1891) Bij den Commissaris des Konings in Den Bosch, jhr. mr. Bosch van Drakestein, moet gestolen zijn voor ongeveer f. 3000 aan coupons en bankpapieren, alsmede een antiek gouden horloge een gouden savonnet-horloge en een dubbelloops jachtgeweer. Bron: Delpher.nl.




Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1799-1866) in 1860-1865. Heer van De Vuursche en Drakestein (1). Bron: Het Utrechts Archief, 635, 37. Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1799-1866) in 1860-1865. Heer van De Vuursche en Drakestein (1). Bron: Het Utrechts Archief, 635, 37.


Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1799-1866) in 1860-1865. Heer van De Vuursche en Drakestein (2). Bron: Het Utrechts Archief, 635, 37. Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1799-1866) in 1860-1865. Heer van De Vuursche en Drakestein (2). Bron: Het Utrechts Archief, 635, 37.




Foto van huis aan het Reguliersgracht 504 (1853), heden aan de Reguliersgracht 32 te Amsterdam wat het huis was van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein waar hij met echtgenote woonde van vanaf augustus 1855. Foto: Wikimedia Commons. Foto van huis aan het Reguliersgracht 504 (1853), heden aan de Reguliersgracht 32 te Amsterdam wat het huis was van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein waar hij met echtgenote woonde van vanaf augustus 1855. Foto: Wikimedia Commons.


Portret van Jhr. mr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, geboren in Utrecht op 15 februsri 1825, en in 's-Hertogenbosch op 25 mei 1894, commissaris des Konings (der koningin) in Noord Brabant van 1856 tot 1894 in ca. 1894. Foto: Erfgoed 's-Hertogenboch, nummer: 0008434. Portret van Jhr. mr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, geboren in Utrecht op 15 februsri 1825, en in 's-Hertogenbosch op 25 mei 1894, commissaris des Konings (der koningin) in Noord Brabant van 1856 tot 1894 in ca. 1894. Foto: Erfgoed 's-Hertogenboch, nummer: 0008434.




Canvasportret (fragment) van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1890-1894. In functie gekleed als commissaris van de koning(in) van de provincie Noord-Brabant. Foto: familie Bosch van Drakestein. Canvasportret (fragment) van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1890-1894. In functie gekleed als commissaris van de koning(in) van de provincie Noord-Brabant. Foto: familie Bosch van Drakestein.


Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Bron: Geheugen Delpher. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Bron: Geheugen Delpher.

Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein bezat het jachtrecht van de vroege heerlijkheid Hedel bij ''s-Hertogenbosch.



Graf van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) op begraafplaats de Sterrenberg te Soesterberg in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Graf van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) op begraafplaats de Sterrenberg te Soesterberg in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Graf van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) op begraafplaats de Sterrenberg te Soesterberg in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Graf van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) op begraafplaats de Sterrenberg te Soesterberg in maart 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.




Portret van Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) of Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) in ca. 1880. Net voor hun overlijden op 16 jarige leeftijd. Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering geplaatst bij de nalatenschap van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Commissaris van de koning en koningin in Noord-Brabant. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) of Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) in ca. 1880. Net voor hun overlijden op 16 jarige leeftijd. Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering geplaatst bij de nalatenschap van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Commissaris van de koning en koningin in Noord-Brabant. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Portret van Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) of Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) in ca. 1880. Net voor hun overlijden op 16 jarige leeftijd. Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering geplaatst bij de nalatenschap van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Commissaris van de koning en koningin in Noord-Brabant. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) of Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) in ca. 1880. Net voor hun overlijden op 16 jarige leeftijd. Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering geplaatst bij de nalatenschap van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Commissaris van de koning en koningin in Noord-Brabant. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.




Portret van de Bosche tweeling Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) en Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881). Allebei op veel te jonge leeftijd overleden op 19 en 20 november 1881, beide werden maar 16 jaar oud. Dochters van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) en Elisabeth Henrietta Johanna Bosch (1833-1884). Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering neergezet als nalatenschap van Paulus Jan. In het midden vermoedelijk hun nichtje Jkvr. Elisabeth Johanna Maria van der Does de Willebois (1879-1955). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van de Bosche tweeling Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) en Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881). Allebei op veel te jonge leeftijd overleden op 19 en 20 november 1881, beide werden maar 16 jaar oud. Dochters van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) en Elisabeth Henrietta Johanna Bosch (1833-1884). Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering neergezet als nalatenschap van Paulus Jan. In het midden vermoedelijk hun nichtje Jkvr. Elisabeth Johanna Maria van der Does de Willebois (1879-1955). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Bidprent van tweeling Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) en Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881). Allebei op veel te jonge leeftijd overleden op 19 en 20 november 1881, beide werden maar 16 jaar oud. Zeer waarschijnlijk zijn de twee dames overleden door een Typhuseepidemie die in het najaar van 1881 in de stadsregio van 's-Hertogenbosch huishield. Dochters van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) en Elisabeth Henrietta Johanna Bosch (1833-1884). Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering neergezet als nalatenschap van Paulus Jan Bosch van Drakestein. Foto: Genealogieonline.nl. Bidprent van tweeling Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) en Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881). Allebei op veel te jonge leeftijd overleden op 19 en 20 november 1881, beide werden maar 16 jaar oud. Zeer waarschijnlijk zijn de twee dames overleden door een Typhuseepidemie die in het najaar van 1881 in de stadsregio van 's-Hertogenbosch huishield. Dochters van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) en Elisabeth Henrietta Johanna Bosch (1833-1884). Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering neergezet als nalatenschap van Paulus Jan Bosch van Drakestein. Foto: Genealogieonline.nl.




Portret van vermoedelijk Jkvr. Marie Henriette Elisabeth Bosch van Drakestein (1857-1919) uit ca. 1860. Dochter van Paulus Jan en Elisabeth, echtgenote van Petrus Josephus Johannes Sophia Maria van der Does de Willebois (1843-1937). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van vermoedelijk Jkvr. Marie Henriette Elisabeth Bosch van Drakestein (1857-1919) uit ca. 1860. Dochter van Paulus Jan en Elisabeth, echtgenote van Petrus Josephus Johannes Sophia Maria van der Does de Willebois (1843-1937). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Schilderij waarop alle wapens van successies, dus bezitters van kasteel Drakestein de ambachtsheerlijkheid De Vuursche op staan afgebeeld. Waaronder de familiewapens van Van Rheede, Godin en Barchman Wuytiers. Schilderij: familiearchief Bosch van Drakestein. Schilderij waarop alle wapens van successies, dus bezitters van kasteel Drakestein de ambachtsheerlijkheid De Vuursche op staan afgebeeld. Waaronder de familiewapens van Van Rheede, Godin en Barchman Wuytiers. Schilderij: familiearchief Bosch van Drakestein.




Gezicht op het Gouvernementsgebouw in de Verwersstraat 41 te 's-Hertogenbosch in ca. 1860 waar commissaris van de koning(in) Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein woonde tot 1894. Foto: Erfgoed 's-Hertogenbosch, nummer: 0000467. Gezicht op het Gouvernementsgebouw in de Verwersstraat 41 te 's-Hertogenbosch in ca. 1860 waar commissaris van de koning(in) Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein woonde tot 1894. Foto: Erfgoed 's-Hertogenbosch, nummer: 0000467.


Gezicht op de voorgevel van het Gouvernement in de Verwersstraat 41 te 's-Hertogenbosch in 1768-1777 waar commissaris van de koning(in) Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein woonde tot 1894. Foto: Erfgoed 's-Hertogenbosch nummer: 0000255. Gezicht op de voorgevel van het Gouvernement in de Verwersstraat 41 te 's-Hertogenbosch in 1768-1777 waar commissaris van de koning(in) Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein woonde tot 1894. Foto: Erfgoed 's-Hertogenbosch nummer: 0000255.




Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in in de periode 1880-1885. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in in de periode 1880-1885. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Portret van Elisabeth Henriëtta Johanna Bosch (1833-1884). Echtgenote van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van Elisabeth Henriëtta Johanna Bosch (1833-1884). Echtgenote van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.




Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1890-1894. In functie gekleed als commissaris van de koning(in) van de provincie Noord-Brabant. Foto: familie Bosch van Drakestein. Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1890-1894. In functie gekleed als commissaris van de koning(in) van de provincie Noord-Brabant. Foto: familie Bosch van Drakestein.


Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894)

Geboren dinsdag 15 februari 1825 te Utrecht en overleden op vrijdag 25 mei 1894 te 's-Hertogenbosch.

Hij was 69 jaar oud.

Zoon van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1799-1866) en Martha Maria Ancher (1805-1875).

Van beroep Kamerheer i.b.d. van Koning Willem III, lid Gemeenteraad van Amsterdam, commissaris des Konings in de provincie Noord-Brabant.

Huwde op donderdag 2 september 1852 te Utrecht met Elisabeth Henriëtta Johanna Bosch (nicht/verstandshuwelijk) (1833-1884). Hij was toen 27 jaar oud.

Bron: Het Gelders Archief, 0094 Tiendcommissie in het derde Tienddistrict te Tiel, 127. >>>

Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein

Uit dit huwelijk:

1.   Jkvr. Elisabeth Frederica Maria Bosch van Drakestein (1853-1931)
2.   Jhr. Paulus Willem Bosch van Drakestein (1854-1855)
3.   Jkvr. Marie Henriëtta Elisabeth Bosch van Drakestein (1857-1919)
4.   Jkvr. Henriëtta Paulina Maria Bosch van Drakestein (1858-1858)
5.   Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881)
6.   Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881)
7.   Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein, heer van Drakestein, Drakenburg en de Vuursche (1871-1911).

Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein was tiendeigenaar in de gemeente Ommeren (Gelderland) over de oogsten die van het Ommersche Veld afkwamen. Een tiende van de ombrengst moiest aan hem worden afgestaan.

In het jaar 1894 na het overlijden van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) is bekend bij het opmaken van zijn Memories van Successie dat hij nog de tiende in het Ommersche Veld bezat.

Schoonzoon van Paulus Jan Bosch, jhr. P.J.J.S.M. van der Does de Willebois uit 's-Hertogenbosch deed rond 1908-1910 aangifte bij de Tiendcommissie in het derde Tienddistrict te Tiel te Gelderland om het tiendrecht in Ommeren, genaamd op De Princen of Oudeweise tiend ook wel genaamd de Ommerveldse Havertiend afgekocht en vergoed te krijgen.

Bij besluit van de tiendcommissie van dinsdag 23 augustus 1910 werd hier het fiat voor gegeven.




Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1890-1894 (in zwart-wit). Foto: familie Bosch van Drakestein. Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1890-1894 (in zwart-wit). Foto: familie Bosch van Drakestein.


Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1890-1894. In functie gekleed als commissaris van de koning(in) van de provincie Noord-Brabant (in zwart-wit). Foto: familie Bosch van Drakestein. Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1890-1894. In functie gekleed als commissaris van de koning(in) van de provincie Noord-Brabant (in zwart-wit). Foto: familie Bosch van Drakestein.




Overlijdens advertentie met berichtgeving van het overlijden van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein op vrijdag 25 mei 1894. Bron: Delpher.nl. Overlijdens advertentie met berichtgeving van het overlijden van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein op vrijdag 25 mei 1894. Bron: Delpher.nl.


Overlijdens bedank advertentie na het overlijden van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. In de krant van dinsdag 28 augustus 1894. Bron: Delpher.nl. Overlijdens bedank advertentie na het overlijden van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. In de krant van dinsdag 28 augustus 1894. Bron: Delpher.nl.




Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1871-1911) in 1875 bij een fotograaf in 's-Hertogenbosch. Heer van De Vuursche en Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 38. Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1871-1911) in 1875 bij een fotograaf in 's-Hertogenbosch. Heer van De Vuursche en Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 38.


Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1871-1911) in ca. 1885. Heer van De Vuursche en Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 38. Jhr. Fredericus Ludovicus Herbertus Joannes Bosch van Drakestein (1871-1911) in ca. 1885. Heer van De Vuursche en Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 38.




De Drakenfontein voor het Stationsplein voor station 's-Hertogenbosch rond 1900-1910. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch, nummer: 0031872. De Drakenfontein voor het Stationsplein voor station 's-Hertogenbosch rond 1900-1910. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch, nummer: 0031872.


De Drakenfontein voor het Stationsplein voor station 's-Hertogenbosch rond 1900-1910. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch, nummer: 0048503. De Drakenfontein voor het Stationsplein voor station 's-Hertogenbosch rond 1900-1910. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch, nummer: 0048503.




Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911) in 1910-1910. Foto: familie Bosch van Drakestein. Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911) in 1910-1910. Foto: familie Bosch van Drakestein.


Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein

Theresia Maria Charlotte

Rouppe Van der Voort


Geboren zondag 10 september 1871 te 's-Hertogenbosch en overleden op dinsdag 25 juli 1911 te Lage Vuursche.

Hij werd 39 jaar oud.

Van beroep: Heer van Drakestein, De Vuursche en Drakenburg,

Lid van de gemeenteraad van Baarn, bestuurslid van de Vereniging van Nederlandsche Eigenaars van Harddravers,

Commissaris van de Nederlandsche Hypotheek- en Pandbriefbank,

Griffier van de arrondissementsrechtbank van 's-Hertogenbosch,

Lid van het Algemeen Bestuur van de Heidemij, Oranje van Orde

Medewerker op de koopvaardijvaart van Stoomvaart-Maatschappij Nederland.




Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein huwde op woensdag 7 februari 1900 te 's-Hertogenbosch met

Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973).

Hij was toen 28 jaar oud.

Uit dit huwelijk:

1.   Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955)

2.   Jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965)

Theresia Maria Charlotte Rouppe van der Voort  huwde na het overlijden van haar echtgenoot met in 1915 met Arnoud Johan Carel Loten van Doelen Grothe (1889-1932)




Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955), heer van Drakestein en De Vuursche. Foto uit ca. 1910. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955), heer van Drakestein en De Vuursche. Foto uit ca. 1910. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965), heer van Drakenburg. Foto uit ca. 1910. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965), heer van Drakenburg. Foto uit ca. 1910. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.




Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955), heer van Drakestein en De Vuursche. Foto uit 1904-1905. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955), heer van Drakestein en De Vuursche. Foto uit 1904-1905. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965), heer van Drakenburg. Foto uit 1904-1905.. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965), heer van Drakenburg. Foto uit 1904-1905.. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.




Graf van Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort op de begraafplaats Kloosterlaan de aan de Kloosterlaan te Lage Vuursche. Foto: Online-begraafplaatsen.nl. Graf van Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort op de begraafplaats Kloosterlaan de aan de Kloosterlaan te Lage Vuursche. Foto: Online-begraafplaatsen.nl.


Rouwadvertentie van familie Bosch van Drakestein uit 1973 voor Theresia Maria Charlotte Rouppe. Bron: Delpher.nl. Rouwadvertentie van familie Bosch van Drakestein uit 1973 voor Theresia Maria Charlotte Rouppe. Bron: Delpher.nl.




Jhr. Herbert Paulus Josephus Bosch van Drakestein (De Vuursche Tak) rond 1933-1944 (1903-1965). Buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister, reserve kapitein voor de algemene dienst. Bron: Geheugen van Nederland.nl Jhr. Herbert Paulus Josephus Bosch van Drakestein (De Vuursche Tak) rond 1933-1944 (1903-1965). Buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister, reserve kapitein voor de algemene dienst. Bron: Geheugen van Nederland.nl



Uit het eerste huwelijk had jhr. Herbert P.J. Bosch van Drakestein met Adelaide Eastman kwam in Peking, China een zoon ter wereld op zaterdag 10 augustus 1935, genaamd jhr. Peter Herbert Bosch van Drakestein (1935-2015), zich noemende Peter Herbert Pattridge (Bellingham WA./Washington/Alexandria).

Peter Herbert Pattridge. Na de scheiding van Herbert en Adelaide hertrouwde zij en gebruikte Peter Bosch van Drakestein voortaan de achternaam van zijn stiefvader Pattridge.



Jkvr. Veronica Paula Helena Stalling - Bosch van Drakestein (1955) op 28 januari 1982. Dochter uit het tweede huwelijk van jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: Delpher.nl. Jkvr. Veronica Paula Helena Stalling - Bosch van Drakestein (1955) op 28 januari 1982. Dochter uit het tweede huwelijk van jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: Delpher.nl.


Peter was afgestudeerd aan de Cate School in Carpinteria CA. en aan de George Washington University in Washington DC.

 Hij begon zijn loopbaan bij de overheid in 1963 bij het Amerikaans ministerie van landbouw, vervolgens naar het ministerie van Arbeid, vervolgens kwam Peter Bosch van Drakestein terecht bij het ministerie van Arbeid en uiteindelijk bij het ministerie van Buitenlandse Zaken tot aan zijn pensionering.

Na zijn overlijden op zondag 1 november 2015 laat jhr. Peter Herbert Bosch van Drakestein (1935-2015) een vrouw en dochter na in Laramie WY.

Bron: Westfordfuneralhome.com.




Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008) in 1964. Bron: Delpher.nl. Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008) in 1964. Bron: Delpher.nl.


Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein in 1959 kort voordat Frederik kasteel Drakestein aan Prinsses Beatrix der Nederlanden verkocht. Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein in 1959 kort voordat Frederik kasteel Drakestein aan Prinsses Beatrix der Nederlanden verkocht.



Marita de la Concepcion Fernanda Timotea Antonia Sorela y del Correl - Bosch van Drakestein (1901-1984) in ca. 1950, huwde in 1929 met Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (De Vuursche tak). Bron: Het Nationaal Archief te Den Haag. Marita de la Concepcion Fernanda Timotea Antonia Sorela y del Correl - Bosch van Drakestein (1901-1984) in ca. 1950, huwde in 1929 met Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (De Vuursche tak). Bron: Het Nationaal Archief te Den Haag.


Overlijdensadvertentie van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) uit november 1955. Bron: Delpher.nl. Overlijdensadvertentie van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) uit november 1955. Bron: Delpher.nl.



Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) in 1950-1955. Foto: familie Bosch van Drakestein. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) in 1950-1955. Foto: familie Bosch van Drakestein.


Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein

(1901-1955)

Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein

Geboren maandag 18 februari 1901 te 's-Hertogenbosch en overleden op maandag 7 november 1955 te Baarn aan een beroerte.

Hij werd 54 jaar oud.

Van beroep Landeconoom.

Huwde op zaterdag 6 juli 1929 te Brussel (België) met Marita de la Concepcion Fernanda Timotea Antonia Sorela y del Correl (1901-1984).

Uit dit huwelijk:

1.   Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008)

2.   Jkvr. Maria Theresia Carmen Diana Catharina Bosch van Drakestein (1932-2017), van beroep directrice van bungalowpark In Het Bosch van Drakestein" B.V..




Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008) in 1961. Foto: familie Bosch van Drakestein. Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008) in 1961. Foto: familie Bosch van Drakestein.


Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008)



Jhr. Frederik (Freddy)  Lodewijk Maria Bosch van Drakestein

Geboren op woensdag 30 april 1930 en overleden op vrijdag 26 december 2008.

Hij werd 78 jaar oud.

Gehuwd op donderdag 4 januari 1962 te Lage Vuursche met H.A. Bosch van Drakestein - Lomberg.

Van beroep bosbouwer, exploitant kasteel Drakestein en directeur van Import en Export Bureau "Drakestein".

In de jaren 50 konden bezoekers het kasteel tegen een vergoeding bezoeken.



Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008) in 2002. Foto: familie Bosch van Drakestein. Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008) in 2002. Foto: familie Bosch van Drakestein.


Jhr. Frederik Lodewijk Maria Bosch van Drakestein (1930-2008)



Uit dit huwelijk:

1.   Jkvr. Angelique Albertine Charlotte Diana Bosch van Drakestein.

Geboren dinsdag 16 januari 1968.

Voorzitter van Stichting Vrienden van het Cantonspark te Baarn.

2.   Jhr. Paulus Frederik Lodewijk Bosch van Drakestein.

Geboren woensdag 22 december 1971.

Secretaris van Stichting Natuur en Landschap Lage Vuursche e.o..

Bron: 1 en 2 Kamer van Koophandel, Handelsregister.




Portret van vermoedelijk de oudste dochter Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, Jkvr. Marie Henriette Elisabeth Bosch van Drakestein (1857-1919) in ca. 1867. Typerend is zijn brede dames mouwen aan de jurk die in de jaren 60 van de negentiende eeuw in de mode was. Portret: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van vermoedelijk de oudste dochter Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, Jkvr. Marie Henriette Elisabeth Bosch van Drakestein (1857-1919) in ca. 1867. Typerend is zijn brede dames mouwen aan de jurk die in de jaren 60 van de negentiende eeuw in de mode was. Portret: familiearchief Bosch van Drakestein.


Portret van vermoedelijk Jkvr. Maria Wilhelmina Frederika Henriëtta Bosch van Drakestein (1827-1866) in ca. 1830. Typerend tijdbeeld is het kante mutsje voor de periode 1830-1840. Dochter van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1799-1866) en Martha Maria Ancher (1805-1875). Portret familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van vermoedelijk Jkvr. Maria Wilhelmina Frederika Henriëtta Bosch van Drakestein (1827-1866) in ca. 1830. Typerend tijdbeeld is het kante mutsje voor de periode 1830-1840. Dochter van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1799-1866) en Martha Maria Ancher (1805-1875). Portret familiearchief Bosch van Drakestein.




Jhr. Freddy Bosch van Drakestein (1930-2008) voor kasteel Drakestein in 1959. Bron: krantenknipsel huisarchief Drakestein. Jhr. Freddy Bosch van Drakestein (1930-2008) voor kasteel Drakestein in 1959. Bron: krantenknipsel huisarchief Drakestein.


Portret van jhr. Freddy Bosch van Drakestein (1930-2008) in ca. 1960. Bron: krantenknipsel huisarchief Drakestein. Portret van jhr. Freddy Bosch van Drakestein (1930-2008) in ca. 1960. Bron: krantenknipsel huisarchief Drakestein.




Handtekening van jhr. Frederik Bosch van Drakestein (1930-2008). Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Handtekening van jhr. Frederik Bosch van Drakestein (1930-2008). Bron: Archief Eemland, 0446, 4378.


Handtekening van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955). Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Handtekening van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955). Bron: Archief Eemland, 0446, 4378.








Jhr. Paul Frederik Lodewijk Bosch van Drakestein (1971)


Jhr. Paulus Frederik Lodewijk Bosch van Drakestein

Geboren woensdag 22 december 1971.

Gehuwd met J.Z.M. Bosch van Drakestein - Amer

Uit dit huwelijk:

1.   Jkvr. ... Bosch van Drakestein

2.   Jkvr. ... Bosch van Drakestein




Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) in de periode 1920-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) in de periode 1920-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Portret van vermoedelijk jkvr. Elisabeth Cornelia Petronella Bosch van Drakestein (1809-1883) met vermoedelijk één van haar neefje of nichtje. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van vermoedelijk jkvr. Elisabeth Cornelia Petronella Bosch van Drakestein (1809-1883) met vermoedelijk één van haar neefje of nichtje. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.




Adres van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) met telefoonnummer. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Adres van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) met telefoonnummer. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378.


Handtekening van Theresia Maria Charlotta Rouppe van der Voort (1880-1973), echtgenote van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakenstein (1871-1911). Onder de akte van boedelscheiding na Frederik zijn overlijden. Bron: Archief Eemland, 0443, 101. Handtekening van Theresia Maria Charlotta Rouppe van der Voort (1880-1973), echtgenote van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakenstein (1871-1911). Onder de akte van boedelscheiding na Frederik zijn overlijden. Bron: Archief Eemland, 0443, 101.




Portret van Arnaud Johan Carel van Loten van Doelen Grothe (1889-1932) als kind in ca. 1893. Bron: HUA, 750. Portret van Arnaud Johan Carel van Loten van Doelen Grothe (1889-1932) als kind in ca. 1893. Bron: HUA, 750.


Portret van Arnaud Johan Carel van Loten van Doelen Grothe (1889-1932) als kind in ca. 1899. Bron: HUA, 750. Portret van Arnaud Johan Carel van Loten van Doelen Grothe (1889-1932) als kind in ca. 1899. Bron: HUA, 750.




          

Portret met links Theresia Maria Charlotte Rouppe van der Voort (1881-1973) met rechts (vermoedelijk) Arnoud Johan Carel Loten van Doelen Grothe. Geboren maandag 29 april 1889 en overleden woensdag 20 januari 1932 te Montélimar (Frankrijk) op 42 jarige leeftijd. Volgens het gerucht was Arnoud gehuwd met Theresia omdat hij nog wat armlastig was en zij nog een vermogende vrouw was met het kapitaal van haar overleden echtgenoot Frederik Bosch van Drakestein. Foto uit 1920-1925. Bron: familiearchief Bosch van Drakestein, Lage Vuursche. Portret met links Theresia Maria Charlotte Rouppe van der Voort (1881-1973) met rechts (vermoedelijk) Arnoud Johan Carel Loten van Doelen Grothe. Geboren maandag 29 april 1889 en overleden woensdag 20 januari 1932 te Montélimar (Frankrijk) op 42 jarige leeftijd. Volgens het gerucht was Arnoud gehuwd met Theresia omdat hij nog wat armlastig was en zij nog een vermogende vrouw was met het kapitaal van haar overleden echtgenoot Frederik Bosch van Drakestein. Foto uit 1920-1925. Bron: familiearchief Bosch van Drakestein, Lage Vuursche.


Op maandag 6 november 1916 vond ten overstaan van de Baarnse notaris Frans Paul Edmund van Ditzhuyzen een schuldbetekenis plaats van de kersverse echtgenoot van Theresia Maria Charlotte Rouppe van der Voort, Arnout Johan Carel Loten van Doelen Grothe. Hij leende f. 44.700-, gulden van zijn minderjarige stiefzonen jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein en jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: Archief Eemland, 0443 116. Op maandag 6 november 1916 vond ten overstaan van de Baarnse notaris Frans Paul Edmund van Ditzhuyzen een schuldbetekenis plaats van de kersverse echtgenoot van Theresia Maria Charlotte Rouppe van der Voort, Arnout Johan Carel Loten van Doelen Grothe. Hij leende f. 44.700-, gulden van zijn minderjarige stiefzonen jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein en jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: Archief Eemland, 0443 116.


Handtekening van Arnoud Johan Carel Loten van Doelen Grothe. Geboren maandag 29 april 1889 en overleden woensdag 20 januari 1932 te Montélimar (Frankrijk) op 42 jarige leeftijd. Bron: Het Utrechts Archief, 1201. Handtekening van Arnoud Johan Carel Loten van Doelen Grothe. Geboren maandag 29 april 1889 en overleden woensdag 20 januari 1932 te Montélimar (Frankrijk) op 42 jarige leeftijd. Bron: Het Utrechts Archief, 1201.


   

Het juridische geschil wat betreft Oorzaken: verzachten of een boete nemen hoe die god draait goed op gezag van de magnifieke rector John Henry Pareau Filos. theorie Mag. verlicht. Brommen. En Theol. doc. verlicht. Oriënteren Met de toestemming van de meest vooraanstaande academische senaat en door het besluit van de meest nobele juridische faculteit, De hoogste eer en privileges in het Romeinse recht van vandaag naar behoren en legitiem aan de universiteit van Rijn-Trajectina de geleerde onderwerpt zich aan het examen Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein, traject DAG Juni 1822 11 uur de Rijn oversteken Uit de werken van O.L. van Paddenburg, Academiae Typographi. Bron: Het Utrechts Archief, 635. Het juridische geschil wat betreft Oorzaken: verzachten of een boete nemen hoe die god draait goed op gezag van de magnifieke rector John Henry Pareau Filos. theorie Mag. verlicht. Brommen. En Theol. doc. verlicht. Oriënteren Met de toestemming van de meest vooraanstaande academische senaat en door het besluit van de meest nobele juridische faculteit, De hoogste eer en privileges in het Romeinse recht van vandaag naar behoren en legitiem aan de universiteit van Rijn-Trajectina de geleerde onderwerpt zich aan het examen Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein, traject DAG Juni 1822 11 uur de Rijn oversteken Uit de werken van O.L. van Paddenburg, Academiae Typographi. Bron: Het Utrechts Archief, 635.


Kaart in geel gearceerd de gronden van Staatsbosbeheer Boswachterij De Vuursche ten oosten van de De Zevenlindenweg. In groen gearceerd het perceel van de gemeente Rotterdam voor zomerkampen zogenaamde kindervakantieweek voor kinderen uit de Rotterdamse stad. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Kaart in geel gearceerd de gronden van Staatsbosbeheer Boswachterij De Vuursche ten oosten van de De Zevenlindenweg. In groen gearceerd het perceel van de gemeente Rotterdam voor zomerkampen zogenaamde kindervakantieweek voor kinderen uit de Rotterdamse stad. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.


Proefschrift Juridica Inauguralis Ontwerp van Nautico hoe Ik voel de hoogste godheid het gezag van een magnifieke heerser Peter John Isaac van Fremery ... ... ... ... ... ... Sec niet De instemming van de academische senaat en door een decreet van de meest gevierde Faculteit der Juridische doctorstitel opperste in het Romeinse recht en de huidige wet en voorrechten in de academische wereld onderwerpt zich aan een openbaar en plechtig examen Paulus Joannes Bosch van Drakestein, Amsterdam op 23 juni 1847, nora 1 Amsterdam in de boekhandel C.G. van der Post 1848. Bron: Het Utrechts Archief, 635. Proefschrift Juridica Inauguralis Ontwerp van Nautico hoe Ik voel de hoogste godheid het gezag van een magnifieke heerser Peter John Isaac van Fremery ... ... ... ... ... ... Sec niet De instemming van de academische senaat en door een decreet van de meest gevierde Faculteit der Juridische doctorstitel opperste in het Romeinse recht en de huidige wet en voorrechten in de academische wereld onderwerpt zich aan een openbaar en plechtig examen Paulus Joannes Bosch van Drakestein, Amsterdam op 23 juni 1847, nora 1 Amsterdam in de boekhandel C.G. van der Post 1848. Bron: Het Utrechts Archief, 635.


Gezicht op de zessprong van zandpaden in het gemengde bos te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15125. Gezicht op de zessprong van zandpaden in het gemengde bos te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15125.


'De Ondergeteekende ten hoogste gevoelig voor de menigvuldige blijken van deelneming, tijdens den zoo gevaarlijken ziekte-toestand zijner Echgenoot, aan hem en aan de zijnen door zijne vrienden zoo binnen als buiten deze stad betood, betuigt daarvoor, zoo voor zich als voor zijne Echtgenoot, aan deze allen zijne hartelijken dank. Utrecht 6. November 1831.P.W. Bosch van Drakestein. Bron: Utrechtsche Courant, 07-11-1831, Delpher.nl. 'De Ondergeteekende ten hoogste gevoelig voor de menigvuldige blijken van deelneming, tijdens den zoo gevaarlijken ziekte-toestand zijner Echgenoot, aan hem en aan de zijnen door zijne vrienden zoo binnen als buiten deze stad betood, betuigt daarvoor, zoo voor zich als voor zijne Echtgenoot, aan deze allen zijne hartelijken dank. Utrecht 6. November 1831.P.W. Bosch van Drakestein. Bron: Utrechtsche Courant, 07-11-1831, Delpher.nl.


Brief uit 1948 waarbij jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) aangeeft voornemens was om de Kasteel Drakestein te restaureren, nadat het interieur door de bezetters diverse malen is beschadigd. Bron: NA. Brief uit 1948 waarbij jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) aangeeft voornemens was om de Kasteel Drakestein te restaureren, nadat het interieur door de bezetters diverse malen is beschadigd. Bron: NA.


  

Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein

(1771-1834) maire van Utrecht


Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein werd op 13 november 1771 in Utrecht geboren als zoon van Theodorus Gerardus Bosch en Cornelia Maria van Bijleveld. Hij trouwde op 10 december 1797 in Utrecht met Henriëte Hoffmann.


Luchtfoto van de Lage Vuursche met rechts De Stulp en middenin het kasteelterrein Drakestein in de periode in 1920-1940. Gezien vanuit het zuidoosten. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Luchtfoto van de Lage Vuursche met rechts De Stulp en middenin het kasteelterrein Drakestein in de periode in 1920-1940. Gezien vanuit het zuidoosten. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Het echtpaar kreeg negen kinderen. Bosch van Drakestein overleed op 17 april 1834 in zijn geboortestad.

Paulus Wilhelmus Bosch groeide op in een familie waar alcohol een hoofdrol speelde. Zijn vader bezat een brandewijnstokerij in de Bemuurde Weerd en zijn moeder stamde uit een Vleutens bierbrouwersgeslacht. 


Kasteel Drakestein vanuit het noordoosten gezien in de periode 1920-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Kasteel Drakestein vanuit het noordoosten gezien in de periode 1920-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Grootvader Hendrik Bosch was naast drankstoker en bontwerker impostmeester van de gebrande wijnen geweest, tot het pachtersoproer van 1748 daar een eind aan maakte. In zijn huis aan de Schoutensteeg waren de ruiten ingegooid.


Kasteel Drakestein vanuit het zuiden gezien te Lage Vuursche in de periode 1920-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Kasteel Drakestein vanuit het zuiden gezien te Lage Vuursche in de periode 1920-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Zoon Theodorus Gerardus Bosch bouwde de brandewijnstokerij flink uit. Het huwelijk met de rijke Vleutense brouwersdochter Cornelia Maria van Bijleveld kwam daarbij goed uit.
Hun gezin bestond uit twee zoons en twee dochters. Paulus Wilhelmus en zijn oudere broer Henricus Wilhelmus kregen de mogelijkheid om door te leren. Voor twee roomse jongens was dat bepaald geen vanzelfsprekendheid.


Prent van vermoedelijk een oude in slechte staat verkerende kapel op het terrein van Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1650-1700. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Prent van vermoedelijk een oude in slechte staat verkerende kapel op het terrein van Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1650-1700. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Zij bezochten de Latijnse school in Utrecht en vervolgens de universiteit. De oudste ging medicijnen studeren, de jongste rechten. Na zijn promotie in 1793 vestigde Paulus Wilhelmus zich als advocaat. Spoedig openden zich verdere perspectieven. Met de Bataafse Revolutie, die na de binnenkomst van de Franse legers in januari 1795 uitbrak, vielen voor katholieken allerlei maatschappelijke barrières weg. Samen met zijn broer stortte Paulus Wilhelmus zich in de politiek.


Portret van moeder Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973) (middenin) met links haar jongste zoon jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965) en rechts haar oudste zoon jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955). Portret in de periode 1925. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van moeder Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973) (middenin) met links haar jongste zoon jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965) en rechts haar oudste zoon jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955). Portret in de periode 1925. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Hij nam zitting in de Provisionele Municipaliteit, die na de afzetting van de vroedschap op 25 januari 1795 het stadsbestuur overnam. In april 1795 werd hij tot tweede secretaris van de Raad van Rechtspleging gekozen, de vernieuwde stedelijke rechtbank. Zijn broer kreeg een zetel in de Raad der Gemeente. In de toenemende polarisatie tussen radicale en gematigde revolutionairen behoorden de gebroeders Bosch zeker niet tot het radicale kamp.


Jager en/of jachtopziender poserend bij een kar met geschoten wild in de Lage Vuursche rond 1920-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Jager en/of jachtopziender poserend bij een kar met geschoten wild in de Lage Vuursche rond 1920-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Krantenadvertentie van eind juni 1912 waarbij Theresia Rouppe van der Voort de ruim 800 hectare rond de Lage Vuursche en Drakestein verpacht voor drie jaar. Bron: Delpher.nl - De Gooi- en Eemlander : nieuws- en advertentieblad. Krantenadvertentie van eind juni 1912 waarbij Theresia Rouppe van der Voort de ruim 800 hectare rond de Lage Vuursche en Drakestein verpacht voor drie jaar. Bron: Delpher.nl - De Gooi- en Eemlander : nieuws- en advertentieblad.



De jongste wist zich echter redelijk op de vlakte te houden toen er na de radicale staatsgreep van januari 1798 grootscheepse zuiveringen plaatsvonden, wist hij zijn post te behouden.


Een nieuwe Citroën auto met het kenteken L-3109 aangeschaft begin september 1919 door vermoedelijk jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955). Hij werd in februari 1919, 18 jaar en zal deze prachtig voor die tijd moderne auto gekocht hebben. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Een nieuwe Citroën auto met het kenteken L-3109 aangeschaft begin september 1919 door vermoedelijk jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955). Hij werd in februari 1919, 18 jaar en zal deze prachtig voor die tijd moderne auto gekocht hebben. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Zijn broer, inmiddels lid van het Provinciaal Bestuur, verdween van het politieke toneel.
Naast de advocatuur en zijn functie als rechtbanksecretaris bleef P.W. Bosch actief in het familiebedrijf. Dat was inmiddels fors uitgegroeid.


Zicht op het voorterrein van het landgoed Drakestein vanaf de hoofdingang gezien van het kasteel met op de voorgrond de toegangsbrug rond 1910-1920. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Zicht op het voorterrein van het landgoed Drakestein vanaf de hoofdingang gezien van het kasteel met op de voorgrond de toegangsbrug rond 1910-1920. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



In 1796 werd het kapitaal bij een fiscale taxatie geschat op ruim 400.000 gulden, één van de grootste vermogens in Utrecht. Voor het beheer bedachten de leden van de familie allerlei ingewikkelde constructies, waarbij ze elkaar regelmatig dwarszaten.


Een van de koetshuizen of bijgebouwen op het kasteelterrein Drakestein in de periode 1910-1920. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Een van de koetshuizen of bijgebouwen op het kasteelterrein Drakestein in de periode 1910-1920. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Zo herriep Theodorus Gerardus Bosch in november 1798 een testament dat zijn jongste
zoon hen op zijn ziekbed had laten tekenen. Deze was een jaar eerder getrouwd met de 22-jarige Henriëtte Hoffmann. Gezien de maat schappelijke ambities van de familie was dit een opmerkelijke keuze. Henriëtte's vader was pikeur bij de manege en behoorde evenals veel Duitse immigranten tot de lutherse kerk. Dit huwelijk beneden zijn stand heeft Paulus Wilhelmus Bosch allerminst geremd in zijn weg naar de top.


Prentbriefkaart van kasteel Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1900-1910. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Prentbriefkaart van kasteel Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1900-1910. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Zijn carrière verliep voorspoedig en het geld stroomde binnen. In 1802 werd hij lid van de Departementale Rekenkamer, die de financiën van het net herstelde gewest Utrecht moest controleren. Zes jaar later nam hij zitting in de door Lodewijk Napoleon benoemde Utrechtse vroedschap. Zijn voornaamste inkomsten betrok hij uit de familiebedrijven, die zich tot steeds meer economische sectoren uitstrekten. Zo exploiteerde Bosch ook een oliemolen. Zijn bestuurlijke en zakelijke belangen hield hij niet strikt gescheiden.


Zicht op het grasveld naast het kasteel Drakestein in de periode 19001-1910 te Lage Vuursche. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Zicht op het grasveld naast het kasteel Drakestein in de periode 19001-1910 te Lage Vuursche. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



In 1809 leverde hij bijvoorbeeld lijnolie voor de stadsverlichting. Zijn geld belegde Bosch vooral in landerijen. Van in moeilijkheden geraakte patriciërs en edellieden kocht hij verschillende buitenplaatsen.


Interieur van een van de kamer binnenin het kasteel Drakestein in de periode 1910-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Interieur van een van de kamer binnenin het kasteel Drakestein in de periode 1910-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



In 1806 verwierf hij de heerlijkheid Drakestein en de Vuursche. De naam van het kasteeltje voegde hij toe aan zijn achternaam. Status was een belangrijk motief voor zijn aankopen.

Elke keer als zijn vruchtbare gade hem weer met een nakomeling verblijdde, schafte hij voor de boreling een ambachtsheerlijkheid aan.

Net als adel en patriciaat bezat Bosch van Drakestein een prachtig pand in de binnenstad, aan het Janskerkhof, luxueus ingericht en met bediening door huispersoneel.


Lucht op het kasteel en terrein Drakestein uit de periode 1910-1920 te Lage Vuursche. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Lucht op het kasteel en terrein Drakestein uit de periode 1910-1920 te Lage Vuursche. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



De grote jaren van Bosch van Drakestein zouden komen tijdens de inlijving bij Frankríjk. Bij de bestuurlijke reorganisatie van juni 1811 werd hij adjunct-maire (wethouder). Hij toonde zich een hardwerkend en efficiënt bestuurder, maar door zijn tomeloze ambitie, parvenuachtig gedrag en opvallende Fransgezindheid maakte hij zich gehaat bij de traditionele elite.


Zicht op het voorterrein en kasteel 'Groot Drakestein' te Lage Vuursche in de periode 1950-1955. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Zicht op het voorterrein en kasteel 'Groot Drakestein' te Lage Vuursche in de periode 1950-1955. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



 Toen hij lid wilde worden van de chique sociëteit Sic Semper werd hij zelfs geweigerd. Utrechtse patriciërs zetten alles op alles om te voorkomen dat Bosch van Drakestein maire zou worden na het overlijden van mr AJ.W. van Dielen, een regenten zoon.


Zicht op het voorterrein en kasteel 'Groot Drakestein' te Lage Vuursche in de periode 1925-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Zicht op het voorterrein en kasteel 'Groot Drakestein' te Lage Vuursche in de periode 1925-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



De prefect van het Departenment van de Zuiderzee, waarin Utrecht was opgegaan, A.Ph.F.G, de Visscher, comte de Celles, zag in Bosch echter de beste kandidaat. Hij beantwoordde aan het bonapartische ideaal: van betrekkelijk eenvoudige afkomst, ambitieus toegewijd aan het Franse bewind. In mei 1812 kwam zijn benoeming en rond.


Zicht op het voorterrein en kasteel Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1925-1940. Met rechts het zuidelijke staande koetshuis. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Zicht op het voorterrein en kasteel Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1925-1940. Met rechts het zuidelijke staande koetshuis. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Bosch van Drakestein stelde zijn superieuren niet teleur. Hij stroomlijnde het Utrechtse overheidsapparaat, saneerde de financiën en voerde stipt de Franse orders uit. Trouw rapporteerde hij over ongeregeldheden en trad daar indien nodig hard tegen op.


Familie Bosch bezig met een sleetje en een motor door de sneeuw op het terrein van Drakestein bij een van de bijgebouwen rond 1930-1945. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Familie Bosch bezig met een sleetje en een motor door de sneeuw op het terrein van Drakestein bij een van de bijgebouwen rond 1930-1945. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



De Utrechtse maire kwam regelmatig in botsing met zijn directe chef, de onderprefect van het arrondissement Utrecht, J.M. van Tuyll van Serooskerken. Deze edelman probeerde Franse maatregelen zo veel mogelijk te verzachten of te ontduiken, terwijl Bosch van Drakestein er liever nog een schepje bovenop deed. Beide heren verschilden van mening over het dempen van de onrust die eind 1812 ontstond na het bekend worden van Napoleons nederlaag in Rusland.


Prentbriefkaart met zicht op het terrein en kasteel Drakestein in de periode 1930-1950. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Prentbriefkaart met zicht op het terrein en kasteel Drakestein in de periode 1930-1950. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



De leden van de Nationale Garde, de opvolger van de schutterij, hadden de jaarlijkse herdenking van de keizerkroning geboycot en geweigerd nachtwachten uit te voeren. De maire, die zich gewoonlijk van het Frans bediende, schreef nu een brief in duidelijk Nederlands met keiharde bedreigingen aan het adres van de onwillige schutters. Van Tuyll van Serooskerken gebood echter een sussend optreden.


Zicht op de hoofdingang en gang van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1920-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Zicht op de hoofdingang en gang van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1920-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Met de Raad der Municipaliteit, de bijna machteloze Utrechtse gemeenteraad, kwam Bosch van Drakestein in botsing, toen hij in februari 1813 voorstelde om voor de uitrusting van een extra-opgroepen cavalerie-eenheid 23.000 franc ter beschikking te stellen.


Zicht op het kasteel Drakestein met het voorterrein te Lage Vuursche in de periode 1890-1900. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Zicht op het kasteel Drakestein met het voorterrein te Lage Vuursche in de periode 1890-1900. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Vrij wel de gehele raad boycotte de zitting. 'Raasende wierd de Maire', zo meldt de Utrechtse apotheker Hendrik Keetell in zijn dagboek, "toen hij, de vergaderzaal intredende slechts een zo gering getal leden gewaar wierd, en gat deeze zijn voornemen te kennen tot de strengste maatregelen te zullen overgaan'.


Interieurfoto van het kasteel Drakestein van binnenin in de periode 1930-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Interieurfoto van het kasteel Drakestein van binnenin in de periode 1930-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



De meest draagkrachtige Utrechters werden op het stadhuis ontboden en voor extra-heffingen aangeslagen. De paardenbezitters die nog aan vorderingen waren ontkomen, kregen het bevel een van hun dieren ter keuring bij de stadspikeur af te leveren. De stadspikeur was Carl Lodewijk Hoffimann, zwager van de maire. Bosch had met deze stap niet direct bijgedragen tot zijn toch al wankele populariteit.


Interieurfoto van het kasteel Drakestein van binnenin in de periode 1930-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Interieurfoto van het kasteel Drakestein van binnenin in de periode 1930-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Volgens Keetell haalde de maire zich 'met deeze en nog meer andere handelwijzen de haat van het algemeen op de hals De bereidheid om met hem samen te werken nam steeds verder af. 


Interieurfoto van de eetkamer van het kasteel Drakestein van binnenin in de periode 1930-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Interieurfoto van de eetkamer van het kasteel Drakestein van binnenin in de periode 1930-1940. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Raadsleden bedankten of verschenen niet meer op de vergaderingen ambtenaren namen ontslag en het vinden van opvolgers bleek bijzonder moeilijk. De militaire tegenslagen die Napoleon sinds zijn tocht naar Rusland achtervolgden, vormden de achtergrond voor deze Verzetshouding. 


Een huis in de buurt van Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1910-1920. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Een huis in de buurt van Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1910-1920. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Bij zijn bezoek aan de Domstad in de herfst van 1811 de toen nog almachtige Napoleon massaal toegejuicht Bosch van Drakestein bleef de keizer echter trouw, ook toen positie van de Fransen na de Volkerenslag bij Leipzig in oktober 1811 precair werd. Tot op het laatst werkte hij nauw samen met prefect De Celles en de Franse generaal Molitor, terwijl Van Tuyll van Serooskerken de steven al wendde naar Oranje en de geallieerden.


Zicht op de toegangsbrug met beplanting aan weerszijden met op de achtergrond het voortFoto: familiearchief Bosch van Drakestein.errein van kasteel Drakestein in de periode 1945-1955. Zicht op de toegangsbrug met beplanting aan weerszijden met op de achtergrond het voortFoto: familiearchief Bosch van Drakestein.errein van kasteel Drakestein in de periode 1945-1955.



De Celles beschouwde de Utrechtse maire als een van de laatste steunpilaren in het Utrechtse. Toen Molitor de stad in de vroege ochtend van de 28ste november ontruimde en enkele uren later een Kozakkenpatrouille aan de Wittevrouwenpoort verscheen om de komst van het Pruisisch-Russische leger aan te kondigen, begreep Bosch van Drakestein dat zijn positie onhoudbaar was geworden. Hij besloot de eer aan zichzelf te houden en diende zijn ontslag in bij Van Tuyll, om gezondheidsredenen.


Een mevrouw vermoedelijk Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973) staande in het toegangsportaal en hoofdingang van kasteel Drakestein in de periode 1915-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Een mevrouw vermoedelijk Theresia Maria Charlotte Rouppe Van der Voort (1880-1973) staande in het toegangsportaal en hoofdingang van kasteel Drakestein in de periode 1915-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Een diepe vernedering bleef de afgetreden maire niet bespaard. Op 1 december werd hij gearresteerd op verdenking van samenwerking met de Franse legereenheden die zich in Naarden bevonden. Wegens gebrek aan bewijs kwam hij na een uur weer vrij. Na 1813 bleek de rol van Bosch van Drakestein niet geheel te zijn uitgespeeld.

Willem I, de teruggekeerde zoon van de laatste stadhouder, had een grote sympathie voor toegewijde en efficiënte bureaucraten van bonapartistische signatuur. Bosch van Drakestein was zo iemand en de vorst benoemde hem in de Staten van de herstelde provincie Utrecht, die in september 1814 voor het eerst bijeenkwamen.


Zicht op kasteel Drakestein met het voorterrein te Lage Vuursche in de periode 1945-1955. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Zicht op kasteel Drakestein met het voorterrein te Lage Vuursche in de periode 1945-1955. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



De oude elite bleef hem echter met de nek aankijken. Dat bleek bijvoorbeeld toen in 1818 de affaire van de de ballotage door Sic Semper weer boven kwam.


Afbeelding van huis Klein Drakestein te Lage Vuursche aan de Kloosterlaan in de periode 1950-1965. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Afbeelding van huis Klein Drakestein te Lage Vuursche aan de Kloosterlaan in de periode 1950-1965. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Volgens de diplomaat Paulus Strick van Linschoten, die in 1795 een van de revolutionaire leiders in Utrecht was geweest, berustte het isolement van Bosch van Drakestein op het feit dat hij nieuwkomer in de elite was en dan nog wel katholiek.


Interierfoto van een kamer binnenin kasteel Drakestein in de periode 1910-1930 te Lage Vuursche. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Interierfoto van een kamer binnenin kasteel Drakestein in de periode 1910-1930 te Lage Vuursche. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Het nog steeds gebruikte argument van Fransgezindheid was in zijn ogen buiengewoon hypocriet: 'Hoe velen hebben er toen niet met de wolven moeten mede huilen?


Interieurfoto van de eetkamer binnenin kasteel Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1920-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Interieurfoto van de eetkamer binnenin kasteel Drakestein te Lage Vuursche in de periode 1920-1930. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



 Een troost voor Bosch van Drakestein was sympathie van de koning. In 1829 verhief Willem I hem in de adeltand met het predicaat jonkheer, Vijf jaar later stierf Paulus Wilhelmus.


Afbeelding van een huisnummer- en straatnaamverwijsbord op in het bosgebied van De Stulp achter kasteel Drakestein in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Afbeelding van een huisnummer- en straatnaamverwijsbord op in het bosgebied van De Stulp achter kasteel Drakestein in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Hij liet zijn kinderen het immense vermogen van anderhalf miljoen gulden na. Het nageslacht ontwikkelde zich tot een gerespecteerde adellijke familie. In de beginnende katholieke emancipatie speelden verschillende Bosch van Drakesteins een belangrijke rol. De eerste jonkheer Bosch van Drakestein had daarvoor het fundament gelegd.


Bos- en heidegebied De Stulp te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Bos- en heidegebied De Stulp te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Gebruik makend van de verruimde mogelijkheden die de Bataafs-Franse tijd voor nieuwkomers bood, wist hij carrière te maken. De tegenwerking van de Utrechtse elite compenseerde hij door steun van bovenaf, eerst van de Franse autoriteiten, later van koning Willem I.


Driehonderd Roedenlaan te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Driehonderd Roedenlaan te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Literatuur: 
R.E. de Bruin, Burgers op het kussen. Volkssoevereiniteit en bestuurssamenstelling in de
stad Utrecht 1795-1813 (diss. Utrecht 1986; Zutphen 1986)


Toegang tot het Pluismeer in De Stulp in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Toegang tot het Pluismeer in De Stulp in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



M. van Hattem, Kozakkendag. De bevrijding van Utrecht in 1813 (Utrecht 1993) H. Keetell, De stad Utrecht in het jaar 1813. Uit het dagboek van een oogetuige. P.J. Vermeulen, red. (Utrecht 1863)


Informatiebord van de flora- en fauna die rondom Het Pluismeer in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Informatiebord van de flora- en fauna die rondom Het Pluismeer in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



P.J.A. van Meegeren, 'Katholiek Utrecht in de tweede helft van de 19e eeuw, Utrechtse Historische Cahiers, 8 nr. 3/4 (1987)


Straatnaambord 'Stulpselaan' te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Stulpselaan' te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



(P.H.A.J Strick van Linschoten), Herinneringen van den baron Strick van Linschotern
(Amsterdam 1855); oorspronkelijk verschenen in 1818 onder de titel V'ertraue-
te Briefe


Huis aan de Stulpselaan 2 te Lage Vuursche. Eerder het bezit geweest van van jkvr. Diana Bosch van Drakestein. Foto: juli 2021, Sander van Scherpenzeel. Huis aan de Stulpselaan 2 te Lage Vuursche. Eerder het bezit geweest van van jkvr. Diana Bosch van Drakestein. Foto: juli 2021, Sander van Scherpenzeel.



W.A. Wijburg, 'Bosch van Drakestein', De Nederlandse Leeuw, 105 (1988) s4-64


Zicht op de 300 Roedenlaan in de richting van De Stulp in de richting van het oosten met rechts het Nonnenland te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op de 300 Roedenlaan in de richting van De Stulp in de richting van het oosten met rechts het Nonnenland te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Naar een tekst van R.(Renger) E. de Bruin.


Het Nonnenland ten zuiden van de 300 Roedenlaan in juli 2021. Foto; Sander van Scherpenzeel. Het Nonnenland ten zuiden van de 300 Roedenlaan in juli 2021. Foto; Sander van Scherpenzeel.


Zicht op de Vuursesteeg aan de zuidelijke rand van het dorp de Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op de Vuursesteeg aan de zuidelijke rand van het dorp de Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Kasteel Drakestein bij de Lage Vuursche op een prentbriefkaart in ca. 1900-1920. Kasteel Drakestein bij de Lage Vuursche op een prentbriefkaart in ca. 1900-1920.


Straatnaambord 'Vuursesteeg' te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Vuursesteeg' te Lage Vuursche in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Zicht op de zuidkant van het dorp de Lage Vuursche aan de Vuursesteeg in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Zicht op de zuidkant van het dorp de Lage Vuursche aan de Vuursesteeg in juli 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De 300 Roedenlaan te Lage Vuursche in juli 2021 (1). Foto: Sander van Scherpenzeel. De 300 Roedenlaan te Lage Vuursche in juli 2021 (1). Foto: Sander van Scherpenzeel.


De 300 Roedenlaan te Lage Vuursche in juli 2021 met twee jakobsladder van zonnestralen op een zomeravond. Foto: Sander van Scherpenzeel. De 300 Roedenlaan te Lage Vuursche in juli 2021 met twee jakobsladder van zonnestralen op een zomeravond. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De 300 Roedenlaan te Lage Vuursche in juli 2021 (2). Foto: Sander van Scherpenzeel. De 300 Roedenlaan te Lage Vuursche in juli 2021 (2). Foto: Sander van Scherpenzeel.


Besluit om het dorpsgezicht van het dorp de Lage Vuursche als beschermt gezicht te laten verklaren in naam van de monumentenwet. Bijbehorende plattegrond. Bron: NA. Besluit om het dorpsgezicht van het dorp de Lage Vuursche als beschermt gezicht te laten verklaren in naam van de monumentenwet. Bijbehorende plattegrond. Bron: NA.


Besluit van ministerie van Cultuur en Recreatie en Maatschappelijk Werk om het kasteel Drakesteyn aan te wijzen voor de natuurschoonwet als artikel 1 uit 1928. Beskuit uit 1975. Bron: NA. Besluit van ministerie van Cultuur en Recreatie en Maatschappelijk Werk om het kasteel Drakesteyn aan te wijzen voor de natuurschoonwet als artikel 1 uit 1928. Beskuit uit 1975. Bron: NA.


Besluit om het dorpsgezicht van het dorp de Lage Vuursche als beschermt gezicht te laten verklaren in naam van de monumentenwet. Bron: NA. Besluit om het dorpsgezicht van het dorp de Lage Vuursche als beschermt gezicht te laten verklaren in naam van de monumentenwet. Bron: NA.


  

Commissaris Bosch van Drakesteinlaan te 's-Hertogenbosch

Twee straatnaamborden van de 'Commissaris Bosch van Drakesteinlaan', Commissaris des Konings in Noord-Brabant (1856-1894) in de 's-Hertogenbosche jaren 60 wijk De Kruiskamp. Foto: Sander van Scherpenzeel. Twee straatnaamborden van de 'Commissaris Bosch van Drakesteinlaan', Commissaris des Konings in Noord-Brabant (1856-1894) in de 's-Hertogenbosche jaren 60 wijk De Kruiskamp. Foto: Sander van Scherpenzeel.



In de gemeente 's-Hertogenbosch (Prov. Noord-Brabant) in de wijk De Kruiskamp is er een Commissaris Bosch van Drakesteinlaan. Deze is genoemd naar Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, die in de tweede helft van de negentiende eeuw Commissaris van de koning en later de koningin was van de provincie Noord-Brabant.

Deze straatnaam is vastgesteld bij raadsbesluit van de gemeente 's-Hertogenbosch op vrijdag 26 maart 1965.


Twee straatnaamborden in de 's-Hertogenbosche jaren 60 wijk De Kruiskamp met boven het straatnaambord 'Commissaris Bosch van Drakestein' en een zij straat de 'Albert Plesmansingel' President-directeur van de K.L.M *1889 - + 1953). Foto: Sander van Scherpenzeel. Twee straatnaamborden in de 's-Hertogenbosche jaren 60 wijk De Kruiskamp met boven het straatnaambord 'Commissaris Bosch van Drakestein' en een zij straat de 'Albert Plesmansingel' President-directeur van de K.L.M *1889 - + 1953). Foto: Sander van Scherpenzeel.


Twee foto's van twee basisscholen in hetzelfde gebouw in de 's-Hertogenbosche jaren 60 wijk De Kruiskamp op de hoek van de Com. Bosch van Drakestein met de Churchilllaan. Links het frontbord van basisschool 'De Kruisboelijn' en rechts die van basisschool 'Nour', in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. Twee foto's van twee basisscholen in hetzelfde gebouw in de 's-Hertogenbosche jaren 60 wijk De Kruiskamp op de hoek van de Com. Bosch van Drakestein met de Churchilllaan. Links het frontbord van basisschool 'De Kruisboelijn' en rechts die van basisschool 'Nour', in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


De Commissaris Bosch van Drakesteinlaan in de jaren 60 wijk De Kruiskamp te 's-Hertogenbosch in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel. De Commissaris Bosch van Drakesteinlaan in de jaren 60 wijk De Kruiskamp te 's-Hertogenbosch in mei 2021. Foto: Sander van Scherpenzeel.


  

Andere heren van de Vuursche en Drakestein

Portret van Ernst van Reede ( 1588 -1640), Heer van Vuursche en Drakestein. Gehuwd met Elisabeth van Utenhove te Utrecht op zaterdag 29 december 1629. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Ernst van Reede ( 1588 -1640), Heer van Vuursche en Drakestein. Gehuwd met Elisabeth van Utenhove te Utrecht op zaterdag 29 december 1629. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Portret van Elisabeth van Utenhove (1595-1637). Gehuwd met Ernst van Reede ( 1588 -1640), Heer van Vuursche en Drakestein te Utrecht op zaterdag 29 december 1629. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Elisabeth van Utenhove (1595-1637). Gehuwd met Ernst van Reede ( 1588 -1640), Heer van Vuursche en Drakestein te Utrecht op zaterdag 29 december 1629. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Wapen van Ridderhofstad Drakestein. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1921-039. Wapen van Ridderhofstad Drakestein. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1921-039.


Wapens Gerard van Reede, heer van Drakestein. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1921-039. Wapens Gerard van Reede, heer van Drakestein. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1921-039.


Portret van Pierre Antoine Godin (1726-1776) in 1761, Heer van Drakestein en de Vuursche. Gehuwd met Isabella Lucretia Barchman Wuytiers (1731-1780) op zondag 30 mei 1751. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Pierre Antoine Godin (1726-1776) in 1761, Heer van Drakestein en de Vuursche. Gehuwd met Isabella Lucretia Barchman Wuytiers (1731-1780) op zondag 30 mei 1751. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Portret van Isabella Lucretia Barchman Wuytiers (1731-1780) en Jan Carel graaf Godin (1752-1787) in 1761. Gehuwd met Pierre Antoine Godin (1726-1776), Heer van Drakestein en de Vuursche op zondag 30 mei 1751. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Isabella Lucretia Barchman Wuytiers (1731-1780) en Jan Carel graaf Godin (1752-1787) in 1761. Gehuwd met Pierre Antoine Godin (1726-1776), Heer van Drakestein en de Vuursche op zondag 30 mei 1751. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


     

Kaart van dorpsgezichten ex. art. 20 Monumenten Lag Vuursche gem. Baarn Behoort bij beschikking van de Ministers van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van donderdag 4 augustus nr. 115.544I, afdeling O.K.N.. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Besluit van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tot het aanwijzen van de oude kern van het buurtschap Lage Vuursche en het nabijgelegen kasteel Drakenstein als beschermd dorpsgezicht (monument) in 1966. Kaart van dorpsgezichten ex. art. 20 Monumenten Lag Vuursche gem. Baarn Behoort bij beschikking van de Ministers van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van donderdag 4 augustus nr. 115.544I, afdeling O.K.N.. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Besluit van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tot het aanwijzen van de oude kern van het buurtschap Lage Vuursche en het nabijgelegen kasteel Drakenstein als beschermd dorpsgezicht (monument) in 1966.


Straatnaambord 'Vuursche Dreef' in de het dorpje Hollandsche Rading in augustus 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Vuursche Dreef' in de het dorpje Hollandsche Rading in augustus 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Fragment van het proces voor het Hof van Utrecht tussen Johannes Lachtropius en Gerard van Reede over een plecht in 1653. Met een akte van belening door de graaf van Buren van Ernst van Reede met de hoge en lage jurisdictie en heerlijkheid van de Vuursche en de hoge heerlijkheid van Draeckesteyn in 1637. Bron: Het Utrechts Archief, 241 6. Fragment van het proces voor het Hof van Utrecht tussen Johannes Lachtropius en Gerard van Reede over een plecht in 1653. Met een akte van belening door de graaf van Buren van Ernst van Reede met de hoge en lage jurisdictie en heerlijkheid van de Vuursche en de hoge heerlijkheid van Draeckesteyn in 1637. Bron: Het Utrechts Archief, 241 6.


Gezicht op kasteel Drakestein gezien vanuit het zuiden in de periode 1750-1800. Schilderij: familiearchief Bosch van Drakestein. Gezicht op kasteel Drakestein gezien vanuit het zuiden in de periode 1750-1800. Schilderij: familiearchief Bosch van Drakestein.


Kaart (fragment) van dorpsgezichten ex. art. 20 Monumenten Lag Vuursche gem. Baarn Behoort bij beschikking van de Ministers van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van donderdag 4 augustus nr. 115.544I, afdeling O.K.N.. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Besluit van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tot het aanwijzen van de oude kern van het buurtschap Lage Vuursche en het nabijgelegen kasteel Drakenstein als beschermd dorpsgezicht (monument) in 1966. Kaart (fragment) van dorpsgezichten ex. art. 20 Monumenten Lag Vuursche gem. Baarn Behoort bij beschikking van de Ministers van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van donderdag 4 augustus nr. 115.544I, afdeling O.K.N.. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Besluit van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tot het aanwijzen van de oude kern van het buurtschap Lage Vuursche en het nabijgelegen kasteel Drakenstein als beschermd dorpsgezicht (monument) in 1966.


 

Portret van Hendrik Adriaan van Reede tot Drakestein (1636-1691) in 1675. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Hendrik Adriaan van Reede tot Drakestein (1636-1691) in 1675. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Portret van Hendrik Adriaan van Reede tot Drakestein (1636-1691) in 1650-1674. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Hendrik Adriaan van Reede tot Drakestein (1636-1691) in 1650-1674. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


   

Kaart van dorpsgezichten ex. art. 20 Monumenten Lag Vuursche gem. Baarn Behoort bij beschikking van de Ministers van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van donderdag 4 augustus nr. 115.544I, afdeling O.K.N.. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Besluit van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tot het aanwijzen van de oude kern van het buurtschap Lage Vuursche en het nabijgelegen kasteel Drakenstein als beschermd dorpsgezicht (monument) in 1966. Kaart van dorpsgezichten ex. art. 20 Monumenten Lag Vuursche gem. Baarn Behoort bij beschikking van de Ministers van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van donderdag 4 augustus nr. 115.544I, afdeling O.K.N.. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Besluit van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tot het aanwijzen van de oude kern van het buurtschap Lage Vuursche en het nabijgelegen kasteel Drakenstein als beschermd dorpsgezicht (monument) in 1966.


Gezicht op kasteel Drakestein gezien vanuit het noordwesten met op de de N.H. Kerk van de Vuursche in de de periode 1700-1800. Schilderij: familiearchief Bosch van Drakestein. Gezicht op kasteel Drakestein gezien vanuit het noordwesten met op de de N.H. Kerk van de Vuursche in de de periode 1700-1800. Schilderij: familiearchief Bosch van Drakestein.


Kaart (fragment) van dorpsgezichten ex. art. 20 Monumenten Lag Vuursche gem. Baarn Behoort bij beschikking van de Ministers van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van donderdag 4 augustus nr. 115.544I, afdeling O.K.N.. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Besluit van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tot het aanwijzen van de oude kern van het buurtschap Lage Vuursche en het nabijgelegen kasteel Drakenstein als beschermd dorpsgezicht (monument) in 1966. Kaart (fragment) van dorpsgezichten ex. art. 20 Monumenten Lag Vuursche gem. Baarn Behoort bij beschikking van de Ministers van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk en van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van donderdag 4 augustus nr. 115.544I, afdeling O.K.N.. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Besluit van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk en de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tot het aanwijzen van de oude kern van het buurtschap Lage Vuursche en het nabijgelegen kasteel Drakenstein als beschermd dorpsgezicht (monument) in 1966.



Jhr. Paulus Willem Bosch van Drakestein in 1830 versus 2021 in bewegend beeld. Met technologische ontwikkeling kan je met een programma zien hoe Paul in die tijd bewoog. Bron: MyHeritage.com.


Portret van Joan Reynst (1636-1695) in 1675, Heer van Drakestein en de Vuursche. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Joan Reynst (1636-1695) in 1675, Heer van Drakestein en de Vuursche. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Agnes van Reede tot Drakestein (ca. 1610 - 1692) in 1650. Dochter van Ernst Van Reede, Heer Van De Vuursche en Drakestein (ca. 1592-1640) en Elisabeth Van Utenhove (ca. 1595-1637). Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Agnes van Reede tot Drakestein (ca. 1610 - 1692) in 1650. Dochter van Ernst Van Reede, Heer Van De Vuursche en Drakestein (ca. 1592-1640) en Elisabeth Van Utenhove (ca. 1595-1637). Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Agnes van Reede tot Drakestein (ca. 1610 - 1692) in 1650. Dochter van Ernst Van Reede, Heer Van De Vuursche en Drakestein (ca. 1592-1640) en Elisabeth Van Utenhove (ca. 1595-1637). Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Agnes van Reede tot Drakestein (ca. 1610 - 1692) in 1650. Dochter van Ernst Van Reede, Heer Van De Vuursche en Drakestein (ca. 1592-1640) en Elisabeth Van Utenhove (ca. 1595-1637). Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Interieur Slot Drakensteyn . De bibliotheek in de werkkamer van Prinses Beatrix op dinsdag 2 april 1963. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.04. Interieur Slot Drakensteyn . De bibliotheek in de werkkamer van Prinses Beatrix op dinsdag 2 april 1963. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.04.


Interieur Slot Drakensteyn op dinsdag 2 april 1963. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.04. Interieur Slot Drakensteyn op dinsdag 2 april 1963. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.04.


       

Interieur van de eetkamer Slot Drakensteyn op dinsdag 2 april 1963. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.04. Interieur van de eetkamer Slot Drakensteyn op dinsdag 2 april 1963. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.04.


Erewacht voor het het begeleiden van de koningin en de koningin-moeder met haar gevolg van Paleis Soestdijk naar station Baarn. Op 6 september zou de jonge Wilhelmina in de Nieuwe Kerk van Amsterdam worden ingehuldigd als koningin der Nederlanden. Oorspronkelijk bijschrift: Erewacht voor het het begeleiden van de koningin en de koningin-moeder met haar gevolg van Paleis Soestdijk naar station Baarn. Op 6 september zou de jonge Wilhelmina in de Nieuwe Kerk van Amsterdam worden ingehuldigd als koningin der Nederlanden. Oorspronkelijk bijschrift: "De eerewacht op 29 Aug 1898 Baarn." Geheel vooraan - Links - rijdt Commandant Jhr Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakenstein, heer van De Vuursche en Drakestein. Naast hem (kruisje op het paard): ondercomm. B. Paine Stricker. Achter deze twee rijden respectievelijk (links, kruisje op de arm): Mr. Korthals Altes en dhr. Browne (kruisje op het paard). De foto moet gemaakt zijn bij het Station Centraal Spoorweg. Deze foto zit in een album dat op het titelblad de naam "Baarn" draagt en verder de volgende tekst: "Geschenk van H.F. Bn d'Aulnis de Bourouill te 's Gravenhage. 1914. Oud-Archivaris van Baarn en Eemnes". Foto genomen op maandag 29 augustus 1898. Bron: Archief Eemland, fotonummer: B_album_001_006_01.


Opening jachtseizoen in Lage Vuursche in de periode 1930-1940. Bron: Regionaal Archief, fotonummer: AFT003001841. Opening jachtseizoen in Lage Vuursche in de periode 1930-1940. Bron: Regionaal Archief, fotonummer: AFT003001841.


      

De ingang van het dorp de Lage Vuursche met een file aan auto op zondag 9 april 1967. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.05. De ingang van het dorp de Lage Vuursche met een file aan auto op zondag 9 april 1967. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.05.


Kopergravure van dorpsgezicht De Lage Vuursche te Baarn in 1788. Bron: Museum Flehite, beeldbank, Amersfoort. Kopergravure van dorpsgezicht De Lage Vuursche te Baarn in 1788. Bron: Museum Flehite, beeldbank, Amersfoort.


Het mooie weer heeft voor grote drukte op de wegen gezorgd. Vele mensen trokken naar Drakensteyn. Er ontstonden kilometerlange filles op donderdag 9 maart 1967 bij het dorp de Lage Vuursche. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.05. Het mooie weer heeft voor grote drukte op de wegen gezorgd. Vele mensen trokken naar Drakensteyn. Er ontstonden kilometerlange filles op donderdag 9 maart 1967 bij het dorp de Lage Vuursche. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.05.


De ingang van het dorp de Lage Vuursche met een file aan auto op zondag 9 april 1967. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.05. De ingang van het dorp de Lage Vuursche met een file aan auto op zondag 9 april 1967. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.05.


Drukte rond paleis Drakensteyn en in Lage Vuursche i.v.m. geboorte kroonprins. Ook tegenover kasteel Drakensteyn op de terrassen en binnen in de cafe-restaurants is de rust des avonds weergekeerd op donderdag 13 april 1967. Bron: Nationaal Archief, 2.24.05.02. Drukte rond paleis Drakensteyn en in Lage Vuursche i.v.m. geboorte kroonprins. Ook tegenover kasteel Drakensteyn op de terrassen en binnen in de cafe-restaurants is de rust des avonds weergekeerd op donderdag 13 april 1967. Bron: Nationaal Archief, 2.24.05.02.


Boerin bij de haard in een boerenhofste te Lage Vuursche in 1931. Bron: Nationaal Archief, 2.24.05.02. Boerin bij de haard in een boerenhofste te Lage Vuursche in 1931. Bron: Nationaal Archief, 2.24.05.02.


Drukte voor het hek van kasteel Drakestein bij de geboorte van Prins Willem-Alexander op zondag 9 april 1967. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.05. Drukte voor het hek van kasteel Drakestein bij de geboorte van Prins Willem-Alexander op zondag 9 april 1967. Bron: Nationaal Archief, 2.24.01.05.


 

 Tiendplicht in De Vuursche

Handtekening van jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965) in 1938. Bron: Het Utrechts Archief, 1201. Handtekening van jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965) in 1938. Bron: Het Utrechts Archief, 1201.



Op dinsdag 11 mei 1784 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh een verkoop uitgevoerd verkoper Jan Otto Klein, gehuwd met Lijstje Joosten den Ouden verkocht een stukje bouwland, met de eike wal daarbij en aan de behoorende, tezaamen groot een morgen tweehonderd roeden. Getuigen bij verkoop waren Hendrik Jansen en Jan van Noord.

Koper van het goed van de Heer Mr. Coert Simon Sander.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272c007 38 11-05-1784


Handtekening onder de akte van 19 september 1793 van Jan Otto Kleyn, kinderen en erven Lijsje Joosten: Joost Jacobse, zoon van Jacob Elbertse, Jan Janze Post, Jan Boerhout, Gerrigje Kleyn, dochter van Jan Otte Kleyn, Otto Kleyn, zoon van Jan Otte Kleyn, Jacobje Kleyn, dochter van Jan Otte Kleyn Cornelis Kleyn, zoon van Jan Otte Kleyn, Aelberd Kleyn Pieter Meessen Diepgrond, Pieter van der Vliet N.W. Buddingh en Gerrit la Borde. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272c015 112 19-09-1793. Handtekening onder de akte van 19 september 1793 van Jan Otto Kleyn, kinderen en erven Lijsje Joosten: Joost Jacobse, zoon van Jacob Elbertse, Jan Janze Post, Jan Boerhout, Gerrigje Kleyn, dochter van Jan Otte Kleyn, Otto Kleyn, zoon van Jan Otte Kleyn, Jacobje Kleyn, dochter van Jan Otte Kleyn Cornelis Kleyn, zoon van Jan Otte Kleyn, Aelberd Kleyn Pieter Meessen Diepgrond, Pieter van der Vliet N.W. Buddingh en Gerrit la Borde. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272c015 112 19-09-1793.



Op donderdag 19 september 1793 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh een uitkoop uitgevoerd onder getuigenis van Gerrit la Borde en Pieter van der Vliet.

Uitkoper was Jan Otto Klein, weduwnaar van Lijsje Joosten, eerder weduwe van Jacob Elbertse.

Tweede partij in deze uitkoop waren de kinderen en erven van Lijsje Joosten, Joost Jacobse, zoon van Jacob Elbertse, Jan Janze Post, partner van Lijsje Jacobse, dochter van Jacob Elbertse. Jan Boerhout, partner Claasje Jacobse, dochter van Jacob Elbertse. Gerrigje Klein, dochter van Jan Otto Klein, minderjarig. Otto Klein, zoon van Jan Otto Klein, minderjarig. Jacobje Klein, dochter van Jan Otto Klein, minderjarig. Cornelis Klein, zoon van Jan Otto Klein, minderjarig. Aelberd Klein, voogd. Pieter Meessen Diepgrond, voogd.

Object van uitkoop een daggeldershuisje en tuinen -naar Jan Otto Klein, gelegen aan de Drakesteinselaan.

Lijsje Joosten had geen testament opgemaakt voor scheiding van haar boedel naar haar overlijden. Jan Otto Klein kocht de ander partij van kinderen uit haar eerdere huwelijk uit. Om zijn kinderen in het huisje aan de Drakesteinselaan te laten wonen en opgroeien.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272c015 112 19-09-1793


Kadastralekaart van Drakestein in de Lage Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Kadastralekaart van Drakestein in de Lage Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Op donderdag 19 september 1793 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh vond er een verkoop tot transport plaats. Jan Otto Klein verkocht aan de heer Mr. Coert Simon Sander een daggelderswoning met annexe thuinen, zijnde erfpachtgoed van den huize Drakestein; nz Drakesteinselaan of de weg naar naar de Maartensdijk.

Jan Otto Klein had het daggeldershuisje net per uitkoop gekocht van de partij uit het eerste huwelijk van zijn echtgenote die Lijsje Joosten die reeds eerder overleden was.

Getuigen tot het transport waren Pieter van der Vliet en Wouterus Pull.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272c015 113 19-09-1793


Wegenlegger van de gemeente Baarn en De Vuursche uit 1875. Bron: Het Utrechts Archief, 79. Wegenlegger van de gemeente Baarn en De Vuursche uit 1875. Bron: Het Utrechts Archief, 79.



Op donderdag zaterdag 7 maart 1807 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh een attestatie (getuigenis) gegeven door Jan van Overeem, in de leeftijd van 53 jaar, schepen van het gerecht De Vuursche. Woonplaats te Utrecht, in de herberg De Roskam aan de Hooge Vuursche. Hij was huurder van 1791 tot 1806 van dhr. Coert Simon Sander

Rekwirant (procespartij die zijn vordering tegen de wederpartij aan het gerecht voorlegt) was Paulus Willem Bosch, heer van Drakestein en De Vuursche.

Jan van Overeem verklaarde aan Mr. Paulus Willem Bosch dat hij altijd gehoord en te hebben geweten dat de 2,5 morgen bouwland onder het gerecht van De Vuursche genaamd: 'de oude goederen van Graves' alsmede behorens 9 morgen bouwland onder hetzelfde gerecht gelegen. Dat na de bouw van huis Klein Drakestein en de aanleg van de bijbehorende plantsoenen en tuinen is afgenomen omtrent 4 morgen. Zodat daarvan thans nog overig is 5 morgen bouwland.

Dat attestant Jan ook bekend is dat die beide voortgeschreven percelen (welke bij publieke verkoop uit de boedel van Heer Mr. Coert Simon Sander en meer eigendommen in het bezit waren gekomen van Jacob Staal, aan De Vuursche woonachtig altijd, zoon lange den attestant geheugd, zijn geweest, tiendplichtig aan den Heer van Drakestein en De Vuursche.

'Dat de attestant de ongeveer twee en een half morgen Bouwland bovengemeld Welke door Jacobups Graves en zijn dood door zijnb weduwe van den Heer van Drakestein in erfpacht wierden gehouden van de weduwe Graves enka acht a negen jaren de in huure heeft gerbuikt. en dat hij gedurende dien tijd jaarlijks aan den Heer van Drakestein de waarde van den tiend betaald heeft. '

'Dar sedert dat de Heer van Drakestein desvoordeligen eigendom van het zelve land van de erfpachters hadde gekocht, Barend van Dijk, huurdervan eene hofstede toebehorende aan den Heer Sander de voorbeschreven ongeveer twee en een half morgen, mede van gemelde Heer Sander in huure heeft aangestaan, en bij die gelegenheid met deszelven is overeengekomen dat alle de vrugten zonder afgifte van den Tiend aan den Huurder zouden verblijven en de Huurder zoo voor huur als voor Tiend jaarlijks inééns eene somme zonde betalen, even gelijk de Heer Sander gewoon was, alle zijn Landen op dien voet te verhuren.'

'Dat de attestant mede zeer wel weet, dat straksgemelde Heer Sander, nimmer, zoo lang de Attestant geheugd aan anders den bruikers van zijne eigene Hofsteden, eenige Bouwlanden daarvan dan tiend te nemen neen maar, in die gevallen erfpreselijk den tiend gevorderd heeft. Voorts, dat de Attestant ter goede trouw, kan verklaren, bij zich zelven overtuigd te zijn en aldus gehoord te hebben, dat de Tiend van de Vuursche is algemeen zonder uitzondering, behalven alleen zoodanige Landen, welke bevorens als vrij van Tiend, uitdrukkelijk zijn verkocht geworden.'

"eindelijk verklaard de attestant dat hem zeer wel bekend is een ander Perceel bouwland gelegen onder de Vuursche aan Baardjens Steeg om erfpacht bezeten geweest door Jan Otto Klein en dat de Heer Sander, zoo lange de attestant aan de Vuursche gewoonbd heeft, en het voornoe,mde land erfpacht subject was de Heer Sander daarvan den Tiend genoten heeft, doch dat sedert, die Heer den voordeligen eigendom daarvan heeft ingekocht, hetzelve aan zich heeft gehouden, en tot plantsoen aangelegd.

'Gevende de attestant voor redenen van wetenschap dat hij van het jaar 1785 of 1786 aan de Vuursche heeft gewoond en wel sints het jaar 1791 of 1792 tot aan het jaar 1806 als bruiker van den Heer Sander in het geregtshuis vande Vuursche, waartoe diverse Landerijen behoren, Voorts dat het geattesteerde hem levendig in geheugen is, bereid zijnde hetzelve ten allen tijde met solemnelen Ede te bevestigen.'

'Gepasseerd binnen Utrecht, present, Fredericus Catharinus Blekmnan en Klaas Jansz. Slagt, als getuigen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272C037 36 07-03-1807


De bouw of aanleg van een nieuw tolhuis aan de Hoge Vuurseweg in 1905 op de plek van hofstede Craailo (Crailo) door jhr. Frederik Bosch van Drakestein (1871-1911). Bron: Het Utrechts Archief, 1208. De bouw of aanleg van een nieuw tolhuis aan de Hoge Vuurseweg in 1905 op de plek van hofstede Craailo (Crailo) door jhr. Frederik Bosch van Drakestein (1871-1911). Bron: Het Utrechts Archief, 1208.



Op donderdag zaterdag 7 maart 1807 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh een attestatie (getuigenis) gegeven door Barend van Dijk, in de leeftijd van 44 jaar, wonende te De Vuursche.

Rekwirant (procespartij die zijn vordering tegen de wederpartij aan het gerecht voorlegt) was Paulus Willem Bosch, heer van Drakestein en De Vuursche.

Barend van Dijk verklaarde aan Mr. Paulus Willem Bosch dat hij altijd gehoord en te hebben geweten dat de 2,5 morgen bouwland onder het gerecht van De Vuursche genaamd: 'de oude goederen van Graves' alsmede behorens 9 morgen bouwland onder hetzelfde gerecht gelegen. Dat na de bouw van huis Klein Drakestein en de aanleg van de bijbehorende plantsoenen en tuinen is afgenomen omtrent 4 morgen. Zodat daarvan thans nog overig is 5 morgen bouwland.

Dat attestant Barend ook bekend is dat die beide voortgeschreven percelen (welke bij publieke verkoop uit de boedel van Heer Mr. Coert Simon Sander en meer eigendommen in het bezit waren gekomen van Jacob Staal, in De Vuursche woonachtig en over de goederen tiendplichtig was aan de Heer van Drakestein.

Dat Barend van Dijk na de Heer Sander in zijn voordeel de 2,5 morgen bouwland boven gemeld van de erfpachter had gekocht als huurder van een hofstede van de Heer Sander toebehorende dezelfde 2,5 morgen bouwland, mede van dien heer in huur heeft aangestaan onder de conditie dat hij voor huur en voor tiend tezamen jaarlijks in eens per morgen (oppervlakte maat) zou betalen f. 16, - even wel gelijk de Heer Sander gewoon was alle zijne landen op zulk gelijke voet te verhuren en de attestant ook zijn hofstede alzoo had gehuurd.

'eindelijk dat de Attestant geen beval bekend is, waarvan door den Heer Sander enig bouwland apart aan personen niet op zijne hofstede wonende is afgestaan, zonder daarvan den Tiend te genieten om welke reden dan ook de in erfpagt uitgegeven Landen zulks hebben betaald, het zij dan in graan of de waarde dien in geld, gevende de attestant voor redenen van wetenschap, zedert ruim achttien jaren aan De Vuursche te hebben gewoond en wel de eerste Tien jaren als Bouwmeester van den Heer Sander en de laatste agt jaren als Bouwmeester van den Heer Sander en de laatste agt jaren als bruiker van een zijner Hofsteden en voorts als in bruiker van een zijner Hofsteden, envoorts als in den tekst bereid zijn der dit geattesteerde nader met eede te bevestigen.'

Gepasseerd binnen Utrecht, present Clement Lens Jr., en Klaas Jansz. Slagt als getuigen. ...

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272C037 37 07-03-1807


Wegenlegger van de gemeente Baarn en De Vuursche uit 1944. Bron: Het Utrechts Archief, 79. Wegenlegger van de gemeente Baarn en De Vuursche uit 1944. Bron: Het Utrechts Archief, 79.



Op donderdag zaterdag 4 april 1807 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh een attestatie (getuigenis) gegeven door Lambert van den Berg, in de leeftijd van 59 jaar, sinds 32 jaar wonende te De Vuursche.

Rekwirant (procespartij die zijn vordering tegen de wederpartij aan het gerecht voorlegt) was Paulus Willem Bosch, heer van Drakestein en De Vuursche.

Lambert van den Berg verklaarde aan Mr. Paulus Willem Bosch dat hij altijd gehoord en te hebben geweten dat de 2,5 morgen bouwland onder het gerecht van De Vuursche genaamd: 'de oude goederen van Graves' alsmede behorens 9 morgen bouwland onder hetzelfde gerecht gelegen. Dat na de bouw van huis Klein Drakestein en de aanleg van de bijbehorende plantsoenen en tuinen is afgenomen omtrent 4 morgen. Zo dat daarvan thans nog overig is 5 morgen bouwland.

Dat attestant Lambert ook bekend is dat die beide voortbeschreven percelen (welke bij publieke verkoop uit de boedel van Heer Mr. Coert Simon Sander en meer eigendommen in het bezit waren gekomen van Jacob Staal, in De Vuursche woonachtig en over de goederen tiendplichtig was aan de Heer van Drakestein.

Dat de heer Coert Simon Sander in zijn eigen voordelig eigendom over de 2,5 morgen bouwland de erfpacht had gekocht van Barend van Dijk. Huurder van een hofstede toebehorende aan de heer Sander. De 2,5 morgen morgen bouwland in huur had van de heer Sander en heeft aangestaand en geaccordeerd is dat hij voor huur en voor tiend tezamen jaarlijks in eens 'eene somme zoude betalen, even gelijk de Heer Sander gewoon was, alle zijne landen, op zulk eene voelt te verhuren.'

'Dat attestant (Lambert van den Berg) voorts mede zeer bekend, een ander perceel bouwland gelegen onder De Vuursche aan de Baartjens-Steeg, in erfpacht bezeten geweest door Jan Otto Klein, en dat attestant mede zeer wel is bekend dat voornoemde Jan Otto Klein voor den tiend van de land jaarlijks aan den Heer Sander heeft betaald Twee Guldens 10 stuivers. Dar sedert die Heer dan voordelige eigendom daar dan heeft in gekocht en hetzelfde land tot plantsoen aangelegd en alzoo aan zich heeft gehouden.'

'Eindelijk dat de attestant te goedertrouwe verklaard, niet anders te weten en aldus gehoord te hebben, dat de tiend van de  Vuursche is algemeen, zonder uitzondering behalven alleen van zoodanige landen welke behorens als vrij van tiend, uitdrukkelijk zijn verkocht geworden.'

'Gevende voor redenen van wetenschap als in den tekst, bereid zijnde het geattesteerde des noods ten alle tijde met solemnelen eede gestand te doen.

'Gepasseerd binnen Utrecht, present Clemens Lens Jr. en Fredericus Catharinus Blekman, als Getuigen.'

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272C037 43 04-04-1807


Kadastrale kaart van land en grond ten zuiden van 300 Roedenlaan te Lage Vuursche uit het archief van boswachterij De Lage Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Kadastrale kaart van land en grond ten zuiden van 300 Roedenlaan te Lage Vuursche uit het archief van boswachterij De Lage Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Op donderdag zaterdag 11 april 1807 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh een attestatie (getuigenis) gegeven door Annigje Overzee, in de leeftijd van 67 jaar. Annigje is de weduwe van Cornelis Otto Klein, hij was de broer van Jan Otto Klein.

Rekwirant (procespartij die zijn vordering tegen de wederpartij aan het gerecht voorlegt) was Paulus Willem Bosch, heer van Drakestein en De Vuursche.

Annigje woont al ruim 37 jaar op de hofstede in De Vuursche behorend bij het kasteel Drakestein.

Annigje verklaarde aan Paul Bosch dat haar bekend was dat de 2,5 morgen land genaamd 'de oude goederen van Graves' met daarbij nog 9 morgen bouwland voor de bouw van huize Klein Drakestein tot de plantsoenen en tuinen waren afgenomen omtrent 10 morgen zo dat daarvan thans nog overig ruim 5 morgen bouwland over was.

Dat attestante (Annigje) nog weet te vertellen dat de percelen voor de publieke verkoop van de goederen van Coert Simon Sander in augustus 1805. Dat de goederen na verkoop de verkoop in eigendom zijn gekomen van Jacob Staal in De Vuursche woonachtig en dat attestante 'zolang ze zich kan heugen' de tiendplicht altijd nog voldaan werd aan de Heer van Drakestein en De Vuursche.

Attestante 'zeer wel weet' dat de heer Sander de voormalige eigendom van de 2,5 morgen bouwland van de erfpachters had gekocht. Barend van Dijk die huurder van een hofstede van de Heer Sander was ook toebehoordend was de 2,5 morgen mede van dien heer huurde.

Hierbij was Van Dijk bekend en geaccordeerd dat hij voor de huur en voor de tiend tezamen jaarlijks in één som zou betalen. Dat de heer Sander al zijn landerijen op dezelfde wijze verhuurde aan zijn pachters en huurders.

Attestante bekend is dat de 2,5 morgen bouwland gelegen onder De Vuursche aan de Baartjes-Steeg in erfpacht bezeten was door haar zwager Jan Otto Klein. Dat Annigje ook bekend was dat haar zwager Jan jaarlijks aan de heer Sander betaalde 'Twee Guldens en 10 stuivers'. Sander had zich in de erfpacht ingekocht en diverse plantsoenen aangelegd en deze ook in eigendom gehouden.

'Eindelijk dat de Attenstante ter goede trouwe '' verklaard,,  niet anders te weten en aldus gehoord te hebben dat de Tiend van de Vuursche is algemeen, zonder uitzondering. Behalve alleen van zodanige landen welke behoren als vrij van tiend, uitdrukkelijk zijn verkocht geworden.'

'Geziende voor redenen van wetenschap als ik den tekst, bereid zijnde het geattesteerde des noods ten alle tijde met solemmelen Eede gestand te doen.''

'Gepasseerd binnen Utrecht, present Clemens Lens Junior en Klaas Jansz. Slagt als getuige.'

Paulus Willem Bosch wilde bij deze getuigenis gehoord hebben welke onderdelen van kasteel Klein Drakestein nou wel of niet toehoorde tot het tiende en de erfpacht op diverse goederen rondom het dorp de Lage Vuursche.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272C037 49 11-04-1807


Kaart of plattegrond waarin de bomen in boswachterij De Vuursche op staan ingetekend rond 1950. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Kaart of plattegrond waarin de bomen in boswachterij De Vuursche op staan ingetekend rond 1950. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Op donderdag 24 december 1807 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh een attestatie (getuigenis) gegeven door Roelof Graves, in de leeftijd van 53 jaar. Roelof zijn grootmoeder was Jannigje Outstein, geboren Beek.

Rekwirant (procespartij die zijn vordering tegen de wederpartij aan het gerecht voorlegt) was Paulus Willem Bosch, heer van Drakestein en De Vuursche.

Het betrof de getuigenis van Roelof waarin hij vertelde dat de goederen genaamd 'de oude goederen van Graves' wat 2,5 morgen land, gelegen in De Vuursche betrof door zijn ouders in erfpacht was gekregen door de heer van Drakestein en ook tiendplichtig aan hem waren.

De vader van Roelof vader vaak had verteld dat de 9 morgen, genaamd 'Den Engh' voor de aanleg van Klein drakestein tiendplichtig was aan de Heer van Drakestein.

Een zeker perceel bouwland gelegen onder De Vuursche aan de Baartjes-Steeg laatst in erfpacht gehouden was aan Jan Otto Klein, maar de opbrengsten (tiendplichtig) was aan de Heer van Drakestein.

Paul Bosch van Drakestein wilde geregeld hebben hoe de verhouding omtrent de tiendplicht op bepaalde percelen waren in De Vuursche waren onder zijn bezitting van de goederen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272C037 155 24-12-1807


Een boom in de bossen in de Lage Vuursche in 1878. Bron: Wikimedia Commons. Een boom in de bossen in de Lage Vuursche in 1878. Bron: Wikimedia Commons.



Op zaterdag 2 januari 1808 werd ten overstaan van de Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh een attestatie (getuigenis) gegeven door Jannetje Graves, in de leeftijd van 47 jaar, wonende te Achttienhoven, gehuwd met Jan Bunt. Jannetje is geboren in De Vuursche en op haar 42ste verhuisd naar Achttienhoven.

Rekwirant (procespartij die zijn vordering tegen de wederpartij aan het gerecht voorlegt) was Paulus Willem Bosch, heer van Drakestein en De Vuursche.

Het betrof de getuigenis van Jannetje Graves over 2,5 morgen genaamd 'de oude goederen van Graves' dat over deze landerijen het tiendplicht ook betaald werd aan de heer Godin en Coert Simon Sander die in eind 18e eeuw ook heer van Drakestein en De Vuursche was.

Paul Bosch van Drakestein legde hierbij vast dat over deze goederen geen tiendplicht meer voldaan moest worden. Rede was omdat de vader van Jannetje Graves de tiendplicht eertijds al had afbetaald.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4 U272C038 1 02-01-1808


Een huis in de Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Een huis in de Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.


     

Akte van toestemming door de ridderschap aan Coert Simon Sander van Drakestein en De Vuursche om vrij te beschikken over zijn erfpachtgoederen van de St. Servaasabdij in 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (1) 1005-2 65. Akte van toestemming door de ridderschap aan Coert Simon Sander van Drakestein en De Vuursche om vrij te beschikken over zijn erfpachtgoederen van de St. Servaasabdij in 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (1) 1005-2 65.


Akte van toestemming door de ridderschap aan Coert Simon Sander van Drakestein en De Vuursche om vrij te beschikken over zijn erfpachtgoederen van de St. Servaasabdij in 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (2) 1005-2 65. Akte van toestemming door de ridderschap aan Coert Simon Sander van Drakestein en De Vuursche om vrij te beschikken over zijn erfpachtgoederen van de St. Servaasabdij in 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (2) 1005-2 65.


Akte van uitgifte in erfpacht door de ridderschap aan Coert Simon Sanders van Drakestein van 98 morgen uitgegraven en nog uit te graven gronden aan De Vuursche in het gerecht van Zeist en De Vuursche, met renversaal uit 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (1) 1005-4 131. Akte van uitgifte in erfpacht door de ridderschap aan Coert Simon Sanders van Drakestein van 98 morgen uitgegraven en nog uit te graven gronden aan De Vuursche in het gerecht van Zeist en De Vuursche, met renversaal uit 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (1) 1005-4 131.


Akte van uitgifte in erfpacht door de ridderschap aan Coert Simon Sanders van Drakestein van 98 morgen uitgegraven en nog uit te graven gronden aan De Vuursche in het gerecht van Zeist en De Vuursche, met renversaal uit 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (2) 1005-4 131. Akte van uitgifte in erfpacht door de ridderschap aan Coert Simon Sanders van Drakestein van 98 morgen uitgegraven en nog uit te graven gronden aan De Vuursche in het gerecht van Zeist en De Vuursche, met renversaal uit 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (2) 1005-4 131.


Akte van uitgifte in erfpacht door de ridderschap aan Coert Simon Sanders van Drakestein van 98 morgen uitgegraven en nog uit te graven gronden aan De Vuursche in het gerecht van Zeist en De Vuursche, met renversaal uit 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (3) 1005-4 131. Akte van uitgifte in erfpacht door de ridderschap aan Coert Simon Sanders van Drakestein van 98 morgen uitgegraven en nog uit te graven gronden aan De Vuursche in het gerecht van Zeist en De Vuursche, met renversaal uit 1780. Bron: Het Utrechts Archief, (3) 1005-4 131.


 

Krantenartikelen

Landgoed Drakestein en Bosch van Drakestein

natuurschoon 'in het Gooi' en omgeving wil de overheid overgaan tot onteigening van het landgoed Drakestein van de familie Bosch van; Drakestein in Lage Vuursche.. ; De staatssecretaris van 0., K. en W. heeft de eerste stap voor de vermoedelijk langdurige procedure gedaan. Hij heeft een onteigeningsplan opgesteld en ter visie laten leggen op de gemeentesecretarieën van Baarn, Zeist en De Bilt. Waarschijnlijk is het nog nooit voorgekomen, dat een zo groot bezit als dit (ruim 345 hectare) wordt onteigend tot behoud van natuurgebied. De reden voor deze ongewone maatregel is, dat na het overlijden van jhr. P. J. Bosch van Drakestein. de zoon en de dochter keer op keer plannen hebben gemaakt, die het bosbezit dreigden aan te tasten. Enige jaren geleden wilde jhr. Bosch van Drakestein jr. een rij prachtige beuken laten kappen. Dank zij een gemeentelijke verordening van Baarn en een schadeloosstelling heeft men toen kunnen verhinderen, dat de bomen aan de weg werden geveld. Uit protest hebben de eigenaren daarna het landgoed voor het publiek gesloten. Geen circuti. De aanleg van een autocircuit, waarmee de jonkheer zijn inkomsten wilde vermeerderen, heeft men ook kunnen tegenhouden. Men achtte het eveneens in strijd met het algemeen belang dat er bungalows op het landgoed zouden worden gebouwd. Dit plan is echter al ten dele verwezenlijkt. „ , Ruim een jaar geleden wilde de familie Bosch van Drakestein een mooie heidepias, het Pluismeer, laten afgraven voor zandsteenfabricage. Het meer heeft men kunnen sparen met behulp van de bepalingen, die er aan ontgronding worden gesteld. Het was echter niet mogelijk te voorkomen, dat er in de naaste omgeving zand werd gedolven en dat er een verplaatsbare installatie voor in een zandsteenfabricage in het bos werd opgericht. Bezwaren Tegen het thans ter visie liggende plan kunnen bezwaren worden ingebracht. De gemeenten en Gedeputeerde Staten zullen moeten beoordelen of deze gegrond zijn. Als zij verworpen worden, kan de procedure voortgang vinden. Er is dan nog beroep pp de Kroon mogelijk. Indien ook cut verworpen wordt, moet een speciale wet, een zogenaamde nutswet, worden aangenomen door het parlement eer de onteigening definitief is. Het is een lange weg, omdat de zogenaamde korte onteigenigsprocedure niet kan worden toegepast, wanneer er natuurschoonbelang in het geding is. In de krant het Vrije Volk van vrijdag 17 november 1961. Bron: Delpher.nl.


Zicht op een weg/laan met de kruising met vermoedelijke de 300 Roedenlaan in het bos te Lage Vuursche in de periode 1955-1960. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Zicht op een weg/laan met de kruising met vermoedelijke de 300 Roedenlaan in het bos te Lage Vuursche in de periode 1955-1960. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378.


Houtverkoop afkomstig van landgoed Groot Drakestein, Klein Drakestein de hofstede De Zeven Linden, De Stulp, Splinterenburg, De Hooge Woning en Drakenburg onder De Vuursche, Baarn en De Bilt uit de Amerfoortsche Courant van dinsdag 8 januari 1878. Bron: Archief Eemland Krantenbank. Houtverkoop afkomstig van landgoed Groot Drakestein, Klein Drakestein de hofstede De Zeven Linden, De Stulp, Splinterenburg, De Hooge Woning en Drakenburg onder De Vuursche, Baarn en De Bilt uit de Amerfoortsche Courant van dinsdag 8 januari 1878. Bron: Archief Eemland Krantenbank.


Zicht op een weg/laan in het bos te Lage Vuursche in de periode 1955-1960. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Zicht op een weg/laan in het bos te Lage Vuursche in de periode 1955-1960. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378.


Op zaterdag 9 augustus 1817 verkochte familieleden Kipp ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendrikus Stevens het landgoed Splinterenburg te De Bilt aan Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein voor een bedrag van f. 7.600-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U324c009 09-08-1817 aktenummers: 2551, 2552, 2555, blz. 507-... . Op zaterdag 9 augustus 1817 verkochte familieleden Kipp ten overstaan van de Utrechtse notaris Gerardus Hendrikus Stevens het landgoed Splinterenburg te De Bilt aan Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein voor een bedrag van f. 7.600-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U324c009 09-08-1817 aktenummers: 2551, 2552, 2555, blz. 507-... .


HET RIJK KOOPT BOSSCHEN AAN, Baarn, 18 Juli. Toen eenige weken geleden het Rijk de bosschen van het landgoed ».De Hooge Vuursche" aankocht, ging het gerucht dat men ook in onderhandeling was over den aankoop van het groote boschcomplex, toebehoorende aan jhr. H. Bosch van Drakestein. Thans is over dezen aankoop eveneens overeenstemming bereikt, zoodat het Rijk nu de beschikking heeft gekregen over een boschbezit dat een opperviakte van rond 600 ha beslaat. Onder leiding van het Staatsboschbeheer zullen deze bosschen worden verbeterd en gedeeltelijk vernieuwd, waarmede, naar men berekent, ongeveer 6 a 7 jaren zullen zijn gemoeid. Deze werken zullen in werkverschaffing worden uitgevoerd waartoe werkloozen uit Hilversum en Baarn — en ook van elders want het wordt een z.g. centrale werkverschaffing — zullen worden tewerkgesteld. Deze nieuwe aankoop is niet te verwarren met de bosschen van jhr. P. J. Bosch van Drakestein, welke eveneens onder deze gemeente zijn gelegen en tot het landgoed »Drakestein" behooren. Naar wij voorts nog vernemen, wordt nog onderhandeld over den aankoop van eenige groote complexen bosch ten Oosten van Amersfoort. Uit het Algemeen Handelsblad van dinsdag 19 juli 1938. Bron: Delpher.nl.


Zicht op een weg in de Lage Vuursche in de periode 1955-1960 met links een pannenkoeken restaurant. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378. Zicht op een weg in de Lage Vuursche in de periode 1955-1960 met links een pannenkoeken restaurant. Bron: Archief Eemland, 0446, 4378.


Landgoed „Klein Drakestein Landgoed „Klein Drakestein" te Lage Vuursche Wegens overlijden kunnen wij vrijblijvend te koop aanbieden het fraaie, alom bekende landgoed ,,Klein Drakestein", gelegen te Lage Vuursche (gem. Baarn). Bestaande uit: 18e eeuws patriciërshuis, tuinmanswoning, garage, sier- en moestuin, alsmede een bosterrein met prachtig opgaand hout (totale oppervlakte ca. 9.86.24 ha). Indeling villa: grote kamer, eetkamer en opkamer, souterrain bestaande uit: grote keuken, bijkeuken en kelders; verdieping bestaande uit: grote slaapkamer met garderobe en badkamer, 2 flinke slaapkamers met afzonderlijke douche; zolderverdieping met 2 kamers, eenvoudige badkamer en bergkamer. Garage voor 2 auto's. Voorzien van oliestook centrale verwarming en gedeeltelijk van parketvloeren. De villa met bijbehorende terreinen wordt direct vrij opgeleverd. De tuinmanswoning is verhuurd. Uit het Algemeen Handelsblad van donderdag 26 mei 1966. Bron: Delpher.nl.


PLANNEN TOT BEHOUD VAN BOSCH TE BAARN Staatsboschbeheer onderhandelt over aankoop van 200 ha. B u s s u m, 8 Juni. Naar wij vernemen, zijn onderhandelingen gaande tusschen het Staatsboschbeheer en jhr. Herbert Bosch van Drakestein, verbonden aan het Nederlandsch gezantschap te Praag, over den aankoop van ongeveer 200 ha bosch en heide onder de gemeente Baarn. Deze terreinen behoorden vroeger tot het landgoed Drakestein, dat ruim 1000 ha groot was en waarvan ongeveer 700 ha thans toebehooren aan jhr. P. J. Bosch van Drakestein te Lage Vuursche en circa 300 ha jhr. Herbert werden toegewezen. Diens gronden liggen achter de golfbanen van het landgoed „Pijnenburg PLANNEN TOT BEHOUD VAN BOSCH TE BAARN Staatsboschbeheer onderhandelt over aankoop van 200 ha. B u s s u m, 8 Juni. Naar wij vernemen, zijn onderhandelingen gaande tusschen het Staatsboschbeheer en jhr. Herbert Bosch van Drakestein, verbonden aan het Nederlandsch gezantschap te Praag, over den aankoop van ongeveer 200 ha bosch en heide onder de gemeente Baarn. Deze terreinen behoorden vroeger tot het landgoed Drakestein, dat ruim 1000 ha groot was en waarvan ongeveer 700 ha thans toebehooren aan jhr. P. J. Bosch van Drakestein te Lage Vuursche en circa 300 ha jhr. Herbert werden toegewezen. Diens gronden liggen achter de golfbanen van het landgoed „Pijnenburg" en reiken tot het landgoed de „Hooge Vuursche", dat doorsneden wordt door den straatweg Hilversum—Baarn. De bedoeling is deze bosschen niet door versnippering verloren te doen gaan, doch in werkverschaffing te verbeteren. Uit het Algemeen Handelsblad van donderdag 9 juni 1938. Bron: Delpher.nl.


Heden overleed tot onze diepe droefheid op de Lage Vnorsche, voorzien van de laatste H. Sacramenten der stervenden, in den ouderdom van bijna 40 jaar, onze Broeder en Zwager, de Hoog WelGeb. Heer Jhr. FREDERIK LODEWIJK HERBERT JAN BOSCH VAN DRAKESTEIN. Jonkvrouwe E. F. M. BOSCH VAN DRAKESTEIN. ‘s-Hertogenbosch. M. H.E. VAN DER DOES DE WILLEBOIS geb. BOSCH VAN DRAKESTEIN. Jhs. P. J. J. S. M. VAN DER DOES DE WILLEBOIS. Lage Vuursche, 25 Juli, Algeneene Kennisgeving. Bezoeken van rouwbeklag kunnen niet worden afgewacht. Uit de krant Het Centrum van donderdag 27 juli 1911. Bron: Delpher.nl. Heden overleed tot onze diepe droefheid op de Lage Vnorsche, voorzien van de laatste H. Sacramenten der stervenden, in den ouderdom van bijna 40 jaar, onze Broeder en Zwager, de Hoog WelGeb. Heer Jhr. FREDERIK LODEWIJK HERBERT JAN BOSCH VAN DRAKESTEIN. Jonkvrouwe E. F. M. BOSCH VAN DRAKESTEIN. ‘s-Hertogenbosch. M. H.E. VAN DER DOES DE WILLEBOIS geb. BOSCH VAN DRAKESTEIN. Jhs. P. J. J. S. M. VAN DER DOES DE WILLEBOIS. Lage Vuursche, 25 Juli, Algeneene Kennisgeving. Bezoeken van rouwbeklag kunnen niet worden afgewacht. Uit de krant Het Centrum van donderdag 27 juli 1911. Bron: Delpher.nl.


Drakestein DEZER dagen liet staatssecretaris Vonhoff (recreatie) de Tweede Kamer weten, dat het wetsontwerp „tot onteigening in het belang der natuurbescherming" van de bossen in en rond het Gooise Lage Vuursche, ingetrokken is. Bedoelde bossen liggen rond Drakestein, de woonstede van prinses Beatrix en prins Claus. Op zichzelf lijkt dit niet zon schokkende mededeling van de heer Vonhoff, maar wel de moeite waard om er even wat dieper op in te gaan. Het wetsontwerp heeft om te beginnen acht jaar in de ijskast gelegen. In 1963 werd het ingediend door de toenmalige staatssecretaris van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, mr. Y. Scholten. Als motief voor de indiening werd in de memorie van toelichting opgegeven, dat de bossen rond Drakesteyn op schromelijke wijze verwaarloosd werden door de eigenaren, jonkheer F. Bosch van Drakestein en zijn zuster, M. Bosch van Drakestein. De vaste Kamercommissie, hierdoor gealarmeerd, wilde zelf wel eens gaan kijken en trok gezamenlijk een dagje naar Het Gooi. Uit het voorlopig verslag bleek, dat de commissie op zn zachtst gezegd de bezwaren van de regering tegen 't beheer van de adellijke broer en zuster niet zo zag zitten. Het is niet nodig, deze bossen in het belang van de natuurbescherming te onteigenen, luidde de algemene strekking. Daarna werd het stil rond het wetsontwerp, want de regering heeft nooit een memorie van antwoord ingediend. Dat parlementaire goedkeuring echter niet altijd nodig is om je eigen zin door te zetten, blijkt uit de brief van staatssecretaris Vonhoff. Het wetsontwerp wordt ingetrokken, deelt hij mee, want Staatsbosbeheer heeft inmiddels vrijwel het hele bos rond Drakestein in handen gekregen. Van de ruim 353 hectare die de familie Bosch in 1963 bezat, is nog maar 53 ha over. Staatsbosbeheer heeft 240 hectare verworven, aldus de brief. En zo is de bescherming van de bossen gewaarborgd. Of ging het er eigenlijk alleerwmaar om, de bossen in handen tevkrijgen zodat prinses Beatrix en haar gezin voortaan rustig kunnen wonen? Een woordvoerder van CRM desgevraagd: „Welnee, het ging hier om een uniek stuk bos, dat de jonkheer slecht beheerde. Om de rust van prinses Beatrix ging het niet, want de bossen zijn in principe opengesteld voor publiek." Maar is het niet wat vreemd dat deze aankoop door het Rijk geheim gehouden is? „Nee, dat doen we wel vaker, om een sterke opdrijving van de grondprijzen tegen te gaan. Er waren namelijk nog enkele andere eigenaren behalve de jonkheer en zijn zuster." Feit blijft, dat de Kamer zioh nooit heeft kunnen uitspreken over deze kwestie, maar dat het doel van het wetsontwerp via een omweg toch bereikt is. Overigens heeft de Tweede Kamer dat ook aan zichzelf te wijten. Er is nooit aangedrongen op indiening van de memorie van antwoord door de regering. Maar dat kan weei komen, doordat het „dossier Drakestein" bij de splitsing van het departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen jarenlang bij de kamercommissie van Onderwijs is blijven liggen, in plaats van overgeheveld te worden naar CRM, waar het thuis hoort. De onderwijscommissie kwam het deze zomer weer eens tegen en heeft het toen pas doorgeschoven naar de CRM-collega's. Maar toen hoefde het al niet meer. Uit de Telegraaf van donderdag 11 november 1971. Bron: Delpher.nl.


Jonker Freddy wil bossen niet meer verkopen LAGE VUURSCHE, 18 juli — De voormalige eigenaar van het kasteeltje Drakesteyn en huidige buurman van prinses Beatrix, jhr Freddy Bosch van Drakestein, heeft zijn onderhandelingen met de Staat over verkoop van zijn reusachtige bosbezit afgebroken. Het gaat om 138 hectare puur recreatiegebied in en om Lage Vuursche. Jonker Freddy wenst .18 hectare bij zijn eigen woning voor zichzelf te houden, en dus honderd hectare te verkopen. Den Haag gaat daar echter niet mee akkoord, zegt de grootgrondbezitter, die daarom het gesprek heeft beëindigd. „Ze gunnen mij die 38 hectare niet. Een reden daarvoor is niet genoemd" aldus de jonkheer. Hij wacht nu maar op de onteigeningswet, die reeds in 1961, voor zijn landgoed werd ingediend, maar nog steeds niet is aangenomen in het parlement. „Het zal nog wel een paar jaar duren voor de wet van kracht wordt- Tegen die tijd zie ik dan wel weer". Volgens jonker Freddy heeft hij met de Staat ook een verschil van mening over de prijs per vierkante meter, maar daar zit de kern van het probleem niet. Hem gaat het voornamelijk om het behoud van de 38 hectaren. Hij wijst op de transactie van zijn zusje, dat dezer dagen 120 hectaren aan de Staat verkocht en wel 40 hectaren voor zichzelf mocht houden. Prinses Beatrix heeft rond haar naburige kasteeltje destijds 20 hectaren grond gekocht van jonker Freddy. De prijs, die de Staat heeft geboden voor de 138 hectaren ligt ergens tussen één gulden en één gulden vijftig per vierkante meter, inclusief de opstallen. De staat wenst eigenaresse te worden om daarmee het behoud van kostbaar natuurschoon te garanderen. Als particulier kan jhr Freddy het publiek de toegang tot zijn gebied ontzeggen. De staat wil het prachtige brok centraal gelegen bossen heidegrond voor de recreatie openleggen. Uit de Volkskrant van zaterdag 18 juli 1964. Bron: Delpher.nl.


Stuk van Drakenstein wordt onteigend Het ziet ernaar uit dat Freddy Bosch van Drakestein een ferm deel van zijn landgoed Drakestein zal kwijtraken. Bij de Tweede Kamer is namelijk een wetsontwerp Ingediend tot onteigening van 358 hectare die behoren of tot voor kort behoord hebben tot het landgoed Drakestein. Staatssecretaris Scholten zegt in zijn memorie van toelichting dat het behoud van dit bosgebisd ernstig gevaar loopt. Het behoud van nat stuk bos moet uit het oogpunt van natuur- en landschapsschoon en om de natuurwetenschappelijke betekenis van het terrein van algemeen belang worden geacht, meent de staatssecretaris. Slechts door onteigening ten behoeve van het rijk kan het behoud worden gewaarborgd,.aldus mr. Scholten. Het stuk bosgrond Is al jaren onderwerp van een hooglopend geschil tussen eigenaar Freddy Bosch van Drakestein en zijn Spaanse moeder aan de ene kant, en burgemeester mr. F- J. van Beeck Calkoen van Baarn aan de andere kant. De heer Bosch van Drakestein redeneerde dat het bos zijn persoonlijk eigendom was en dat hij ermee mocht doen wat hij wilde. Hij kapte dus flink en organiseerde motorcrosses op zondag op zijn landgoed. Wanneer hij daarover klachten kreeg, zowel van natuurbeschermers als van mensen die hun zondagrust liever niet verstoord zagen door knalpotlawaai, redeneerde de grondbezitter dat hij moest zien zijn landgoed economisch rendabel te maken, _zodat hij wel tot dit soort winstgevende dingen moest overgaan. Reeds jaren geleden is hij bedreigd met onteigening. Het ziet ernaar uit dat het nu zover zal komen. Uit de krant Trouw van dinsdag 14 mei 1963. Bron: Delpher.nl.


REGERING GRIJPT IN OP LANDGOED DRAKESTEIN DEN HAAG, maandag. — Bij de Tweede Kamer is ingediend een wetsontwerp tot onteigening In het belang van de natuurbescherming van een gebied van 365 hectare behorende tot het landgoed Drakensteyn by de Lage Vuursche. De staatssecretaris van onderwijs, kunsten en wetenschappen, mr. Y. Scholten, zegt in de toelichting, dat de gang van zaken op dit landgoed de overheid al twintig jaar met grote bezorgdheid vervult. Er is op grote schaal zg. bosstrooisel verkocht, een onevenredig deel van de houtopstand werd geveld, er werd niet of niet tijdig voldaan aan de zg. herplantplicht, bij herhaling werden bomen geveld zonder de vereiste wettelijke goedkeuring, er werd een cement-zandsteenfabriek opgericht bij het Plutsmeer (een natuurwetenschappelijk' waardevol heideven ) de eigenaren zijn van plan voor de steenfabricage zand te winnen uit dit meertje en men wil op het landgoed motor- en skelterraces organiseren. Slechts door een positief gericht beheer en ten koste van belangrijke financiéle offers zal het mogelijk zijn het landgoed zoveel mogelijk in zijn oude luister te herstellen, aldus de staatssecretaris, die daar aan toevoegt, dat beide voornaamste eigenaren noch de daartoe vereiste gezindheid, noch de daartoe benodigde middelen willen of kunnen opbrengen. Uit de krant Het Parool van maandag 13 mei 1963. Bron: Delpher.nl.


DE JONKHEER WIL ZIJN LANDGOED VERKOPEN, MAAR... „Wat moet ik doen met een miljoen ?" De buurman van prinses Beatrix in het liefelijke dorpje Lage Vuursche, jhr. Freddy Bosch van Drakestein, wil zijn 138 hectaren prachtige grond verkopen. Men mompelde de laatste tijd, dat de onderhandelingen die de nog jonge landheer (34) had aangeknoopt met de staat afgebroken waren op twee punten: de prijs en het aantal hectaren dat verkocht zou worden. Want Freddy Bosch van Drakestein stelt niet alleen prijs op een zeer redelijk verkoopcijfer, maar ook op het behoud van 38 hectaren, die rondom zijn moderne bungalow liggen. Vermoeden GISTERMIDDAG BEN ik even een praatje met hem gaan maken in zijn kleine, gezellige werkkamer. „Och, een transactie met dc staat is altijd een wat moeilijke, trage en soms penibele aange legenheid", zei hij peinzend. „Maar de onderhandelingen gaan nog steeds door. Ik heb alleen geen flauw, vermoeden, waarom dc staat ook nog persé die 38 hectaren erbij wil hebben, 38 hectaren is toch een mooi stuk!" Verboden HET LANDGOED Drakestein is bv uitstek geschikt voor recreatiegebied. Het ligt dicht bij Amsterdam, en niet te ver van Den Haag. „Ik zou er zelf graag een modern recreatiegebied van hebben gemaakt", vertelde de jonkheer. „Maar dat is vreemd genoeg voor particulieren verboden. En daar draait de hele zaak om. Aan successierechten bloed je langzaam dood. Rond DE PACHT van mijn twee boerderijen en de opbrengst van mijn kalkoenvetmesterij is net genoeg om rond te komen. Mijn vermogen steekt in de grond maar die grond rendabel maken door recreatiemogelijkheden te scheppen, mag alleen de staat", zei hij. Wanneer de verkoop niet door zou gaan, en alles bij het oude zou blijven (de familie woont al meer dan 200 jaar op het landgoed), vindt Freddy Bosch van Drakestein het ook best. O Jhr. Freddy Bosch van Drakestein. Stokje „STEL DAT ik er een miljoen voor krijg", zei hij- „Wat moet ik met een miljoen? Aandelen kopen vind ik niet veilig. Ik beleg het dus in onroerend goed". Hij begon te lachen. „En dan ben ik weer even ver van huis als nu", zei hij, „tenzij de Onteigeningswet er een stokje voor steekt". Uit De Telegraaf van woensdag 22 juli 1964. Bron: Delpher.nl.


Uit de Nieuwe Tilburgsche courant van dinsdag 5 december 1961. Bron: Delpher.nl. Uit de Nieuwe Tilburgsche courant van dinsdag 5 december 1961. Bron: Delpher.nl.


Departement wil onteigening van landgoed „Drakenstein”
Ter instandhouding van uniek stuk natuur
Plan stuit op verzet van de eigenaars

De afdeling natuurbescherming van het departement van onderwijs, kunsten en wetenschappen heeft geadviseerd tot onteigening over te gaan van het landgoed „Drakestein”, dat zich uitstrekt over de gemeenten Baarn en De Bilt. Pogingen van de zijde van het departement cm langs andere weg in het bezit te komen van het landgoed hebben geen succes gehad. Een woordvoerder van het departement verklaarde, dat het hier gaat om een uniek stuk natuur, dat men in zijn geheel ongerept wil houden Men wil niet de kans lopen dat het gebied wordt verkaveld. Het landgoed is eigendom van jonkvrouwe M. Bosch van Drakestein en haar broer Jonkheer F. Bosch van Drakestein.

Het onteigeningsplan, dat tot volgende week donderdag op de gemeentesecretarieën van Baarn :n De Bilt ter inzage lig, heeft letrekking op een bosgebied van ongeveer 355 ha., dat gebaseerd is op art. 121 van de onteigeningsvet. Tegen het onteigeningsplan kunnen tot 28 december bezwaarschriften worden ingediend. Deze zullen via de gemeentelijke secretarieën en de provinciale griffie op het departement van O. K. en V. belanden. Daarna zal bij de Tweede kamer een speciaal ontwerp van wet worden ingediend, wat op deze onteigeningszaak betrekking heeft. Wordt het wetsontwerp goedgekeurd dan kan tot onteigening worden overgegaan — wanneer de partijen niet tot overeenstemming kunnen geraken over de schadevergoeding, zal de arrondissementsrechtbank het bedrag vaststellen.

NIET ACCOORD De federatie van landeigenaren die niet te spreken is over dit onteigeningsplan, vindt het merkwaardig, dat in de toelichting op iet onteigeningsplan niet wordt gesproken over wanbeheer, terwijl
dit toch de satio van het ingrijpen zou dienen te zijn. „Naar mogelijk wanbeleid van „Drakestein” zal, zo meent zij, een objectief onderzoek moeten worden ingesteld. Zelf zal de federatie dezer dagen een onderzoek instellen. Zij zal zich met een adres tot de tweede, kamer richten. Het landgoed „Drakestein” was al van 1800 in het bezit van de familie Bosch. Twee jaar geleden verkocht jonkheer Bosch van Drakestein het kasteel „groot Drakestein” en 20 ha grond aan prinses Beatrix. Zoals bekend stuitten plannen van de jonkheer om een motorcircuit op zijn grond aan te leggen op verzet van de gemeente Baarn. Dit was eveneens het geval met het plan op grote schaal bungalows te gaan bouwen. Enige tijd geleden wilde de jonkheer een skelterbaan aanleggen. Ook dit ging niet door.

PRINCIPIËLE KWESTIE De jonkheer zelf zegt over het onteigeningsplan, dat het hier at om een principiële kwestie, hij is van oordeel, dat de ontlening nooit doorgang zal vinden. Men zal moeten bewijzen, dat hier een wanbeheer wordt gevoerd, en dat kan men niet. Wanneer het onteigeningsplan verwezenlijkt zal worden, zal de jonkheer Bosch van Drakestein in een boerderij met 30 ha. grond behouden. Zijn zuster zal dan slechts nog 15 ha. grond bezitten, Mr. N. J. C. Kappeyne van de Capello uit Amsterdam behartigt de ken van de jonkheer. 

Voor Kerstmis zal hij een bezwaarschrift indienen.

Uit de Nieuwe Tilburgsche courant van dinsdag 5 december 1961. Bron: Delpher.nl.


Heden overleed te Baarn, tijdig voorzien van de H.H. Sacramenten der Stervenden, de HoogWelGeboren Vrouwe Jonkvrouwe ELISABETH FREDERICA MARIA BOSCH VAN DRAKESTEIN, begiftigd met het Goude Kruis Pro Ecclesia et Pontifice, In den ouderdom van ruim 78 jaren. Namens de familie Jhr. P. J J. S. M. VAN DER DOES DE WILLEBOIS. Nots. D. W. VAN NIEKERK, Exec. Test. Baarn, 10 November 1931. De gelezen Requiem Missen zullen plaats hebben in de St. Nicolaaskerk te Baarn, op Vrijdag 13 November a.s. des morgens ten 7 en 8 uur en de plechtige gezongen Uitvaartdienst om 10 uur, waarna de begrafenis op het R K. Kerkhof te Soesterberg ten ongeveer 1 uur. Eenige en algemeene kennisgeving. Uit de krant De Maasbode van donderdag 12 november 1931. Bron: Delpher.nl. Heden overleed te Baarn, tijdig voorzien van de H.H. Sacramenten der Stervenden, de HoogWelGeboren Vrouwe Jonkvrouwe ELISABETH FREDERICA MARIA BOSCH VAN DRAKESTEIN, begiftigd met het Goude Kruis Pro Ecclesia et Pontifice, In den ouderdom van ruim 78 jaren. Namens de familie Jhr. P. J J. S. M. VAN DER DOES DE WILLEBOIS. Nots. D. W. VAN NIEKERK, Exec. Test. Baarn, 10 November 1931. De gelezen Requiem Missen zullen plaats hebben in de St. Nicolaaskerk te Baarn, op Vrijdag 13 November a.s. des morgens ten 7 en 8 uur en de plechtige gezongen Uitvaartdienst om 10 uur, waarna de begrafenis op het R K. Kerkhof te Soesterberg ten ongeveer 1 uur. Eenige en algemeene kennisgeving. Uit de krant De Maasbode van donderdag 12 november 1931. Bron: Delpher.nl.


Uit het Nieuwsblad van het Noorden van woensdag 10 november 1971. Bron: Delpher.nl. Uit het Nieuwsblad van het Noorden van woensdag 10 november 1971. Bron: Delpher.nl.


AANKOOP MEER DAN JAAR GEHEIM GEHOUDEN

Bossen rond Beatrix' residentie al jaar lang Rijksbezit.

HET RIJK BLIJKT sinds ruim een jaar in stilte eigenaar te zijn van het merendeel van de bossen in de Lage Vuursche. Toen namelijk heeft het rijk 240 ha aangekocht van de landgoederen van jhr. L. M. Bosch van Drakestein en diens zuster jkvr. M. T. C. D. Bosch van Drakestein. 43 ha bleef in handen van de eigenaren. Eerder verkocht de familie stukken grond plus het daarop staande kasteeltje, aan prinses Beatrix. Er zijn voorts nog enkele andere landgoederen in particuliere handen; 42 ha hiervan zijn open voor het publiek.

HET IS NIET TE ACHTERHALEN, waarom 't rijk de aankoop van een zo groot aantal hectaren tot dusverre heeft stilgehouden. Het zwijgen is des te opvallender omdat de aankoop het slot is van een kwestie, die jaren geleden groot opzien heeft gebaard en die voorts jaren heeft gesleept.

DE TWEEDE KAMERCOMMISSIE VOOR O. K. EN W. vond in het onteigeningsvoorstel aanleiding de bezittingen van de jonkheer te bezoeken. Dat was een opvallende daad. Voor dit soort zaken wordt normaliter afgegaan op de inlichtingen, die in de schriftelijke stukken worden verstrekt. In mei 1963 diende de toenmalige staatssecretaris van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, mr. Y. Scholten, bij de Tweede Kamer 'n wetsontwerp in dat in het belang van de natuurbescherming voorzag in de onteigening van het landgoed Drakestein voor zover dat nog in handen van de familie Bosch van Drakestein was. Het ging toen om 358 ha..

Het bezoek resulteerde november 1963 in een vernietigend voorlopig verslag op het onteigeningsvoorstel. Er werd onder andere op gewezen dat de steenfabriek is opgericht met toestemming van de gemeente Baarn en voorts buiten het onteigeningsvoorstel werd gehouden, zodat de fabriek moeilijk een van de argumenten voor de onteigening van het landgoed kon zijn. Jhr. Bosch van Drakestein werd verweten zijn landgoed te verwaarlozen. Hij zou onrechtmatig en te veel kappen. Hij zou te weinig herplanten. Voorts werd hem verweten bij het Pluismeer, het enige overgebleven heideleven in de streek, een cement- en zandfabriek te hebben opgericht. Ook werd hem zeer kwalijk genomen dat hij op zijn landgoed motor- en skelterraces had georganiseerd. Het was een geruchtmakende affaire.

De Kamercommissie concludeerde de indruk te hebben "dat bij de overwegingen, die tot het voorstel van onteigening hebben geleid, niet in de eerste plaats de toestand, waarin de bossen op het ogenblik verkeren, en het beheer, zoals dat door de huidige eigenaren wordt gevoerd, een rol hebben gespeeld". Duidelijk werd er tussen de regels door op gedoeld, dat het in feite ging om rust In de buurt van het kasteeltje van prinses Beatrix.

VAN DE ZIJDE VAN DE REGERING is nooit op het voorlopig verslag gereageerd. Door alle jaren heen bleef het wetsontwerp daardoor op de agenda van de Tweede Kamer staan. Een uitzonderlijke situatie. Slechts zeven wetsontwerpen zijn van nog oudere datum en nog steeds niet afgedaan.
Op een vraag aan het ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk, dat bij zijn instelling enkele jaren geleden de zaak van het ministerie van O. K. en W. heeft overgekregen, wanneer verdere afdoening van het wetsontwerp mocht worden verwacht, werd nog twee maanden geleden een ontwijkend antwoord gegeven.

Vorige week zond staatssecretaris Vonhoff van C.R.M, de Tweede Kamer een brief waarin hij meedeelde, daartoe gemachtigd door Hare Majesteit de Koningin, het wetsontwerp in te trekken. Een argumentatie voor het afzien van de in 1963 noodzakelijk geachte onteigening in het belang dor natuurbescherming, ontbreekt in de brief. Het ministerie van C.R.M, was aanvankelijk alleen bereid ter nadere verklaring mee te delen dat de zaak in de minne was geschikt.

Nader aandringen om een toelichting heeft thans tot resultaat gehad dat werd meegedeeld dat het grootste deel van het omstreden landgoed inmiddels in handen van het Rijk is overgegaan en dat dat reeds meer dan een jaar geleden is gebeurd. Een vraag naar de reden van het stilhouden van de aankoop werd als pijnlijk ervaren en derhalve niet beantwoord. Kasteel Drakestein, residentie van prinses Beatrix en prins Claus in de uitgestrekte bossen van Lage Vuursche. Uit het Nieuwsblad van het Noorden van woensdag 10 november 1971. Bron: Delpher.nl.


STAATSSECRETARIS WIL LANDGOED ONTEIGENEN Staatssecretaris Scholten vindt, dat de twee eigenaren van het landgoed Drakestein bij de Lage Vuursche hun bezit ontoelaatbaar mishandelen. Hij wil het landgoed van 358 hectare, waarbij prinses Beatrix haar nieuwe woning heeft, daarom onteigenen in het belang der natuurbescherming en vraagt het parlement deze onteigening van algemeen nut te verklaren. Al twintig jaar ergeren velen zich 'aan het behe«,r van het landgoed, deelt de staatssecretaris mee. Het leidt tot ontluistering van dit waardevolle stuk natuur. Bosstrooisel wordt op grote schaal verkocht. Er wordt te veel hout gekapt, ook zonder vergunning en er wordt niet voldoende herplant. Ook is bij een waardevol meertje op het terrein een cement-zandsteenfabriek opgericht, wil men dit meertje, ontzanden en tracht men het landgoed rendabel te maken door er motor- en skelterraces te organiseren. Uit de krant Het Vrije volk : democratisch-socialistisch dagblad van zaterdag 11 mei 1963. Bron: Delpher.nl. STAATSSECRETARIS WIL LANDGOED ONTEIGENEN Staatssecretaris Scholten vindt, dat de twee eigenaren van het landgoed Drakestein bij de Lage Vuursche hun bezit ontoelaatbaar mishandelen. Hij wil het landgoed van 358 hectare, waarbij prinses Beatrix haar nieuwe woning heeft, daarom onteigenen in het belang der natuurbescherming en vraagt het parlement deze onteigening van algemeen nut te verklaren. Al twintig jaar ergeren velen zich 'aan het behe«,r van het landgoed, deelt de staatssecretaris mee. Het leidt tot ontluistering van dit waardevolle stuk natuur. Bosstrooisel wordt op grote schaal verkocht. Er wordt te veel hout gekapt, ook zonder vergunning en er wordt niet voldoende herplant. Ook is bij een waardevol meertje op het terrein een cement-zandsteenfabriek opgericht, wil men dit meertje, ontzanden en tracht men het landgoed rendabel te maken door er motor- en skelterraces te organiseren. Uit de krant Het Vrije volk : democratisch-socialistisch dagblad van zaterdag 11 mei 1963. Bron: Delpher.nl.


VAN HEINDE EN VERRE LANDGOED OPENGESTELD. Groot en klein Drakestein ten N. van de Lage Vuursche. Het landgoed Groot en Klein Drakestein, toebehoorende aan jhr. H. P. J. Bosch van Drakestein, te Peking, is onder de Natuurschoonwet gerangschikt. Dit bijna geheel beboschte landgoed, dat ten Noorden van de Lage Vuursche ligt, is ongeveer 200 H.A. groot en opengesteld voor de leden van erkende.vereenigingen, die behoud van natuurschoon, natuurstudie en toerisme ten doel hebben, op vertoon van een bij den jachtopziener C. Karelsen te Lage Vuursche te verkrijgen wandelkaart. Uit de Leeuwarder nieuwsblad van donderdag 19 januari 1933. Bron: Delpher.nl. VAN HEINDE EN VERRE LANDGOED OPENGESTELD. Groot en klein Drakestein ten N. van de Lage Vuursche. Het landgoed Groot en Klein Drakestein, toebehoorende aan jhr. H. P. J. Bosch van Drakestein, te Peking, is onder de Natuurschoonwet gerangschikt. Dit bijna geheel beboschte landgoed, dat ten Noorden van de Lage Vuursche ligt, is ongeveer 200 H.A. groot en opengesteld voor de leden van erkende.vereenigingen, die behoud van natuurschoon, natuurstudie en toerisme ten doel hebben, op vertoon van een bij den jachtopziener C. Karelsen te Lage Vuursche te verkrijgen wandelkaart. Uit de Leeuwarder nieuwsblad van donderdag 19 januari 1933. Bron: Delpher.nl.


Krantenknipsel waarbij jhr. Frederik Bosch van Drakestein mede deelt dat er geen werkzaamheden verricht mogen worden in kasteel Drakestein en dat hij tevens geen verantwoording neemt op de gemaakte schulden van zijn moeder Douanière Jonkheer P. J. Bosch van Drakesein. Bro: delpher.nl. Krantenknipsel waarbij jhr. Frederik Bosch van Drakestein mede deelt dat er geen werkzaamheden verricht mogen worden in kasteel Drakestein en dat hij tevens geen verantwoording neemt op de gemaakte schulden van zijn moeder Douanière Jonkheer P. J. Bosch van Drakesein. Bro: delpher.nl.


'Het bestuur van de N.B.v.R.W. heeft wegens het plotseling overlijden van jhr. P. J. Bosch van. Drakestein de cross-country voor equipes di. as. Zaterdag bij de Lage Vuursche gereden zou worden afgelast. Jarenlang gaf de overledene steeds weer toestemming westrijden te houden op zijn landgoed ,,Drakestein''. Zo ook ditmaal: een groot stuk van de cross zzou over zijn landerijen lopen. Het spreekt vanzelf, dat het bestuur na de droeve tijding de wedstrijd niet liet doorgaan'. Bron: Delpher.nl. 'Het bestuur van de N.B.v.R.W. heeft wegens het plotseling overlijden van jhr. P. J. Bosch van. Drakestein de cross-country voor equipes di. as. Zaterdag bij de Lage Vuursche gereden zou worden afgelast. Jarenlang gaf de overledene steeds weer toestemming westrijden te houden op zijn landgoed ,,Drakestein''. Zo ook ditmaal: een groot stuk van de cross zzou over zijn landerijen lopen. Het spreekt vanzelf, dat het bestuur na de droeve tijding de wedstrijd niet liet doorgaan'. Bron: Delpher.nl.


'Kasteel Drakestein wordt weer bewoond, BAARN. - Het kasteel Drakestein te Lage Vuursche zal binnen afzienbare tijd weer door de eigenaar worden bewoond, aldus vernemen wij ter plaatse. Vooraf echter zal dit kasteel worden verbouwd, vooral het interieur. Vroeger heeft men door verbouwingen reeds veel van het oude doen verloren gaan en de thans voorgenomen modernisering zal eveneens tot gevolg hebben, waaronder antieke lambrizeringen,m in veiling zal worden gebracht. Het kasteel Drakestein werd in 1640 door jhr. G. van Reede van Drakestein gebouwd en kwam in de plaats van de uit 1362 daterende hofstede. In 1642 werd Drakestein tot ridderhofstad verheven. Toto 1671 bleef het kasteel in handen van de familie Van Reede, daarna is het eigendom van verschillende families geweest tot het in 1806 in het bezit kwam van jhr. P. W. Bosch die toen aan zijn naam die tot Drakestein toevoegde. Het kasteel is thans eigendom van P. J. Bosch van Drakestein.'. Kranten knipsel uit 1955. Bron: Delpher.nl. 'Kasteel Drakestein wordt weer bewoond, BAARN. - Het kasteel Drakestein te Lage Vuursche zal binnen afzienbare tijd weer door de eigenaar worden bewoond, aldus vernemen wij ter plaatse. Vooraf echter zal dit kasteel worden verbouwd, vooral het interieur. Vroeger heeft men door verbouwingen reeds veel van het oude doen verloren gaan en de thans voorgenomen modernisering zal eveneens tot gevolg hebben, waaronder antieke lambrizeringen,m in veiling zal worden gebracht. Het kasteel Drakestein werd in 1640 door jhr. G. van Reede van Drakestein gebouwd en kwam in de plaats van de uit 1362 daterende hofstede. In 1642 werd Drakestein tot ridderhofstad verheven. Toto 1671 bleef het kasteel in handen van de familie Van Reede, daarna is het eigendom van verschillende families geweest tot het in 1806 in het bezit kwam van jhr. P. W. Bosch die toen aan zijn naam die tot Drakestein toevoegde. Het kasteel is thans eigendom van P. J. Bosch van Drakestein.'. Kranten knipsel uit 1955. Bron: Delpher.nl.


Gezicht op de rechter- en voorgevel van de lagere school te De Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1870-1875. Een in 1987 gemaakte fotoreproductie van een ca 1870 vervaardigde foto. De originele foto bevindt zich bij de Historische Kring Baarn. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92642. Gezicht op de rechter- en voorgevel van de lagere school te De Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1870-1875. Een in 1987 gemaakte fotoreproductie van een ca 1870 vervaardigde foto. De originele foto bevindt zich bij de Historische Kring Baarn. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92642.


Gezicht op de voorgevel van het hotel De Lage Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1870-1875. Een in 1987 gemaakte fotoreproduktie van een ca 1870 vervaardigde foto. De originele foto bevindt zich bij de Historische Kring Baarn.Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92641. Gezicht op de voorgevel van het hotel De Lage Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1870-1875. Een in 1987 gemaakte fotoreproduktie van een ca 1870 vervaardigde foto. De originele foto bevindt zich bij de Historische Kring Baarn.Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92641.


    

 Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein

Geboren te Utrecht, Utrecht op 15 februari 1825

Overleden 's-Hertogenbosch 25 mei 1894
Titulatuur Jhr. mr.

Politieke Functies

1851-1856 gemeenteraadslid Amsterdam
1856-1893 Commissaris van de Koning van Noord-Brabant

Jonkheer Paulus Jan Bosch van Drakestein, Heer van Vuursche en Drakestein (Utrecht, 15 februari 1825 - 's-Hertogenbosch, 25 mei 1894) was een zoon van jhr. mr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein. 

Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein


Huis aan de Gildstraat 174 in Abstede Utrecht hier woonde in 1982 Jkvr. Veronica P. H. Bosch van Drakestein (De Vuursche Tak). Bron: Telefoonboek Regio Utrecht (1982). Foto: Sander van Scherpenzeel. Huis aan de Gildstraat 174 in Abstede Utrecht hier woonde in 1982 Jkvr. Veronica P. H. Bosch van Drakestein (De Vuursche Tak). Bron: Telefoonboek Regio Utrecht (1982). Foto: Sander van Scherpenzeel.


De familie Bosch was katholiek en kende een rijke traditie als bestuurders. Die achtergrond bepaalde dan ook min of meer de loopbaan van Paulus Jan. Hij was getrouwd met Elisabeth Henriëtte Johanna Bosch, dochter van mr. Johannes Wilhelmus Henricus Bosch. Hij kreeg vijf dochters en twee zonen. Zijn dochter Maria Henrietta Elisabeth (geb. 1857) trouwde in 1878 met Petrus van der Does de Willebois (1843-1937).

Scholing en loopbaan

Hij volgde het atheneum in Amsterdam. Hier bereidde hij zich ook voor voor een examen 'Romeins en Hedendaags Recht' aan de Hogeschool van Utrecht. Hij promoveerde daar in 1848 en vestigde zich vervolgens als advocaat in Amsterdam. Hier trad hij in 1851 ook toe tot de gemeenteraad, waar hij zijn eerste bestuurservaring opdeed. Tijdens zijn verblijf in Amsterdam werd hij ook lid van het College van Curatoren van de Stadsarmenschool.

Uiteindelijk werd Paulus Jan benoemd tot rechter in Amsterdam. In 1856 kreeg hij een aanstelling in dezelfde functie bij de Arrondissementsrechtbank te Amersfoort. Dit duurde echter niet lang omdat hij op 1 oktober van datzelfde jaar benoemd werd als Commissaris van de Koning in Noord-Brabant. Dit zou hij ruim 37 jaar lang blijven, de langstzittende commissaris in Noord-Brabant.

Overlijden

Op 25 mei 1894 overleed Bosch van Drakenstein te 's-Hertogenbosch. Hier werd hij echter niet begraven. Bosch van Drakenstein ligt begraven op de RK begraafplaats Carolus Borromeus te Soesterberg. Hier ligt Bosch van Drakenstein op een familieveld. Het familieveld is aangekocht door de familie Bosch van Drakenstein door de opbrengsten van de verkoop van het landgoed Sterrenberg aan de parochie Carolus Borromeus. Vanaf 1851 werden de eerste familieleden van Bosch van Drakenstein hier begraven. Paulus Jan heeft bij zijn begrafenis een prominente plaats gekregen met een neoclassicistisch grafmonument naar ontwerp van de stadsarchitect van 's-Hertogenbosch Jules Dony.

Dezelfde Dony is verantwoordelijk voor een ander monument dat herinnert aan Paulus Jan Bosch van Drakenstein. Op het Stationsplein van 's-Hertogenbosch staat een standbeeld dat door Dony is 

ontworpen. Het monument is oorspronkelijk een drinkfontein, maar deze functie heeft het nooit vervuld. Het monument stelt een draak voor.

De Drakenfontein is geplaatst in 1903 en was onderdeel van een wedstrijd, welke door de gemeente was uitgeschreven. Jonkheer Bosch van Drakestein had een legaat vermaakt aan de gemeente 's-Hertogenbosch om een gedenkteken op te richten voor zijn tweelingdochters, die in 1881 op 16-jarige leeftijd waren overleden. Het standbeeld zou aanvankelijk vlak voor het station komen te staan, maar het is iets verder naar het oosten geplaatst, in de richting van de binnenstad.

Bidprent van overlijden van de vrouwelijke tweeling van Paulus Jan Bosch van Drakestein. Paulina Maria Bosch van Drakestein, geboren 10 december 1864 te 's-Hertogenbosch en overleden 19 november 1881 te 's-Hertogenbosch en Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein, geboren 10 december 1864 te 's-Hertogenbosch en overleden 20 november 1881 te 's-Hertogenbosch, zij werden beiden maar 16 jaar oud. Bidprent van overlijden van de vrouwelijke tweeling van Paulus Jan Bosch van Drakestein. Paulina Maria Bosch van Drakestein, geboren 10 december 1864 te 's-Hertogenbosch en overleden 19 november 1881 te 's-Hertogenbosch en Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein, geboren 10 december 1864 te 's-Hertogenbosch en overleden 20 november 1881 te 's-Hertogenbosch, zij werden beiden maar 16 jaar oud.


   

Jhr. Petrus Josephus Johannes Sophia Maria van der Does de Willebois (1843-1937), burgemeester van 's-Hertogenbosch. schoonzoon van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Jhr. Petrus Josephus Johannes Sophia Maria van der Does de Willebois (1843-1937), burgemeester van 's-Hertogenbosch. schoonzoon van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Er werd een wedstrijd uitgeschreven. De gebroeders Leeuw uit Nijmegen wonnen deze, maar de Draak is niet naar hun ontwerp gemaakt. Architect van 't Zand Jules Dony kreeg de opdracht een ontwerp te maken voor de drakenfontein. De draak en de kleine draken zijn gefabriceerd bij de firma F.W. Braat in Delft. De sokkel is gemaakt door de firma N. Glaudemans, een steenhouwerij. Overgenomen van Wikipedia Paulus Jan Bosch van Drakestein.


Jhr. Petrus Josephus Johannes Sophia Maria van der Does de Willebois (1843-1937), burgemeester van 's-Hertogenbosch. schoonzoon van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Foto: Wikipedia. Jhr. Petrus Josephus Johannes Sophia Maria van der Does de Willebois (1843-1937), burgemeester van 's-Hertogenbosch. schoonzoon van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Foto: Wikipedia.


    

  Drakenfontein te 's-Hertogenbosch

Drakenfontein ('s-Hertogenbosch). Foto: Wikipedia. Drakenfontein ('s-Hertogenbosch). Foto: Wikipedia.


Portret van de Bosche tweeling Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) en Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881). Allebei op veel te jonge leeftijd overleden op 19 en 20 november 1881, beide werden maar 16 jaar oud. Dochters van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) en Elisabeth Henrietta Johanna Bosch (1833-1884). Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering neergezet als nalatenschap van Paulus Jan. In het midden vermoedelijk hun nichtje Jkvr. Elisabeth Johanna Maria van der Does de Willebois (1879-1955). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van de Bosche tweeling Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) en Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881). Allebei op veel te jonge leeftijd overleden op 19 en 20 november 1881, beide werden maar 16 jaar oud. Dochters van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) en Elisabeth Henrietta Johanna Bosch (1833-1884). Naar deze tweeling is de Drakenfontein bij station 's-Hertogenbosch ter herinnering neergezet als nalatenschap van Paulus Jan. In het midden vermoedelijk hun nichtje Jkvr. Elisabeth Johanna Maria van der Does de Willebois (1879-1955). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Het Stationsplein van 's-Hertogenbosch in 1938 met rechts de Drakenfontein. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch. Het Stationsplein van 's-Hertogenbosch in 1938 met rechts de Drakenfontein. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch.


  

Drakenfontein

('s-Hertogenbosch)

Locatie: Stationsplein
Locatie: 's-Hertogenbosch
Bouw gereed: 1903
Architect: J.J. Dony
Erkenning:
Monumentstatus: Rijksmonument
Monumentnummer: 21852

De Drakenfontein is de bekendste fontein van de gemeente 's-Hertogenbosch. Het beeld op de fontein stelt een draak voor. Oorspronkelijk zou het een drinkfontein moeten worden, maar die functie heeft het nooit vervuld. De fontein staat midden op de zeer drukke kruising van de Stationsweg en de Koninginnenlaan, pal voor station 's-Hertogenbosch.

Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein rond 1850-1860 (1825-1894). Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein rond 1850-1860 (1825-1894).


   

Een originele foto van de officiële onthulling van de Drakesteinfontein in 1903 bij station 's-Hertogenbosch op de rotonde van de Oranje Nassauwelaan, Stationsweg en de Koninginnelaan. Met daarbij 1000 inwoners van 's-Hertogenbosch. Drakenfontein werd geplaatst ter herinnering van de in 1881 overleden tweeling Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) en Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881). Zij werden maar 16 jaar oud. De fontein werd geplaatst naar wens en nalatenschap van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Echtgenoot van Elisabeth Henriëtta Johanna Bosch (1833-1884). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Een originele foto van de officiële onthulling van de Drakesteinfontein in 1903 bij station 's-Hertogenbosch op de rotonde van de Oranje Nassauwelaan, Stationsweg en de Koninginnelaan. Met daarbij 1000 inwoners van 's-Hertogenbosch. Drakenfontein werd geplaatst ter herinnering van de in 1881 overleden tweeling Jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) en Jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881). Zij werden maar 16 jaar oud. De fontein werd geplaatst naar wens en nalatenschap van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Echtgenoot van Elisabeth Henriëtta Johanna Bosch (1833-1884). Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


PRIJSVRAAG Het gemeentebestuur van 's-Hertogenbosch noodigt uit tot medewerking aan eene prijsvraag voor eene Monumentale Fontein te plaatsen op den Stationsweg, ter verwezenlijking van de bedoelingen van het legaat, door de gemeente ontvangen van wijlen Jhr. P.J. Bosch van Drakestein, Commissaris der Koningin in Noord-Brabant. Programma en teekeningen liggen ter inzage op het Gemeentehuis en zijn te verkrijgen tegen betaling van f. 1.50, bij den Ingenieur Architect der gemeente. PRIJSVRAAG Het gemeentebestuur van 's-Hertogenbosch noodigt uit tot medewerking aan eene prijsvraag voor eene Monumentale Fontein te plaatsen op den Stationsweg, ter verwezenlijking van de bedoelingen van het legaat, door de gemeente ontvangen van wijlen Jhr. P.J. Bosch van Drakestein, Commissaris der Koningin in Noord-Brabant. Programma en teekeningen liggen ter inzage op het Gemeentehuis en zijn te verkrijgen tegen betaling van f. 1.50, bij den Ingenieur Architect der gemeente.



Het standbeeld is geplaatst in 1903 en was onderdeel van een wedstrijd die door de gemeente was uitgeschreven. Jonkheer Bosch van Drakestein, Commissaris van de Koning(in) in Noord-Brabant van 1856 tot zijn overlijden in 1894, had een legaat van 10.000 gulden vermaakt aan de gemeente 's-Hertogenbosch om een gedenkteken op te richten voor zijn tweelingdochters, die in 1881 op 17-jarige leeftijd waren overleden. Het standbeeld zou aanvankelijk vlak voor het station komen te staan, maar het is iets verder naar het oosten geplaatst, in de richting van de binnenstad.


Jonkheer Petrus Josephus Joannes Sophia Maria van der Does de Willebois, echtgenoot van Jkvr. Marie Henriëtta Elisabeth Bosch van Drakestein. Schoonzoon Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Jonkheer Petrus Josephus Joannes Sophia Maria van der Does de Willebois, echtgenoot van Jkvr. Marie Henriëtta Elisabeth Bosch van Drakestein. Schoonzoon Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein.



Er werd een wedstrijd uitgeschreven. De gebroeders De Leeuw uit Nijmegen wonnen deze, maar de Draak is niet naar hun ontwerp gemaakt. Architect van 't Zand Jules Dony kreeg de opdracht een ontwerp te maken voor de drakenfontein. De draak en de kleine draken zijn gefabriceerd bij de firma F.W. Braat in Delft. De sokkel is gemaakt door de firma N. Glaudemans, een steenhouwerij.


In 1959 werd de tunnel onder de draak aangelegd. De tunnel verbond de Koningsweg met het Koningin Emmaplein, zodat het autoverkeer dat van noord naar zuid ging, of andersom, geen hinder had van het overige verkeer van en naar het station. De fontein heeft toen tijdelijk voor het station gelegen. De zaagsneden in de zuil zijn nog goed zichtbaar en zijn nog stille getuigen van deze gebeurtenis. Nadat de tunnel klaar was, is de Drakenfontein weer helemaal opgebouwd.


Een originele foto van de rouwstoet van paarden en kist met daarin het stoffelijk overschot van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) rijdend door de straten van 's-Hertogenbosch. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Een originele foto van de rouwstoet van paarden en kist met daarin het stoffelijk overschot van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) rijdend door de straten van 's-Hertogenbosch. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Waarom een Draak?

Er zijn twee verhalen die verklaren waarom het beeld op de fontein een draak is.


Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) of Jhr. Herbert Jan Bosch van Drakestein (1903-1965) uit de periode 1901-1905. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) of Jhr. Herbert Jan Bosch van Drakestein (1903-1965) uit de periode 1901-1905. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.



Draak van een stad

's-Hertogenbosch lag vroeger — en nu nog ten dele — in een moerasgebied. De omgeving van de stad was makkelijk onder water te zetten. De stad werd daarom ook wel de Moerasdraak genoemd en gold als een onneembare vesting. In 1629 wilde Frederik Hendrik 's-Hertogenbosch veroveren. De inwoners van de 's-Hertogenbosch maakten zich aanvankelijk geen zorgen vanwege de drassige ondergrond, maar door het gebied rond de stad droog te malen lukte het Frederik Hendrik toch om de stad in te nemen.


Drakenfontein op het Stationsplein voor het station van 's-Hertogenbosch. Foto: Wikipedia. Drakenfontein op het Stationsplein voor het station van 's-Hertogenbosch. Foto: Wikipedia.


   

Portret van jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) of jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) rond 1868-1869. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) of jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) rond 1868-1869. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Portret van jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) of jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) rond 1868-1869. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Portret van jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) of jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) rond 1868-1869. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


               

Poort van het Landgoed Klein Drakestein in augustus 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel. Poort van het Landgoed Klein Drakestein in augustus 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.


    

Voorkant van het bidprentje van de overleden jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) en jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) in 1881. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Voorkant van het bidprentje van de overleden jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) en jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) in 1881. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


Achterkant van het bidprentje van de overleden jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) en jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) in 1881. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein. Achterkant van het bidprentje van de overleden jkvr. Paulina Maria Bosch van Drakestein (1864-1881) en jkvr. Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein (1864-1881) in 1881. Foto: familiearchief Bosch van Drakestein.


  

 Commissaris Jhr. P.J. Bosch van Drakestein

Portret van Jhr. mr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, geboren in Utrecht op 15 februsri 1825, en in 's-Hertogenbosch op 25 mei 1894, commissaris des Konings (der koningin) in Noord Brabant van 1856 tot 1894 in ca. 1894. Foto: Erfgoed 's-Hertogenboch, nummer: 0008434. Portret van Jhr. mr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, geboren in Utrecht op 15 februsri 1825, en in 's-Hertogenbosch op 25 mei 1894, commissaris des Konings (der koningin) in Noord Brabant van 1856 tot 1894 in ca. 1894. Foto: Erfgoed 's-Hertogenboch, nummer: 0008434.



Een ander verhaal is, dat het vanwege de achternaam van de legator is. De draak houdt een schild vast met het familiewapen van Bosch van Drakenstein.

2000 en 2001

Op 12 oktober 2000 viel de draak van zijn sokkel en moest de stad het zonder de draak doen. Niemand raakte gewond. Wel raakte een van de vier bronzen draken die op de grond staan beschadigd. Dat de draak viel was het gevolg van roestvorming bij de aanhechting van het stalen skelet, wat vrij normaal is na 97 jaar. De restauratie zou in eerste instantie een half jaar duren.

Uiteindelijk op 14 december 2001 werd de Draak, geheel opnieuw verguld, weer teruggeplaatst. Bij de terugplaatsing, is er in de staart van de draak een potje gestopt. In dat potje zit een tekening, foto en een blaadje bladgoud. Zo zal het in de toekomst mogelijk zijn de draak te restaureren naar oorspronkelijk ontwerp.


Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) bezat in de laatste jaren van zijn leven onder andere gronden in de gemeenten Vught, Laren, Eethen, Maartensdijk, Zeist, Baarn, Soest, Baarn, De Bilt , Eemnes en 's-Hertogenbosch. Op deze kaart zijn de gronden aan de oostkant van de gemeente Vught, sectie B te zien die van Jhr. Paulus Jan Bosch waren. Bron: Kadasterarchiefviewer (NL) 1832-1987. Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) bezat in de laatste jaren van zijn leven onder andere gronden in de gemeenten Vught, Laren, Eethen, Maartensdijk, Zeist, Baarn, Soest, Baarn, De Bilt , Eemnes en 's-Hertogenbosch. Op deze kaart zijn de gronden aan de oostkant van de gemeente Vught, sectie B te zien die van Jhr. Paulus Jan Bosch waren. Bron: Kadasterarchiefviewer (NL) 1832-1987.



Bijnamen

Over Bosschenaren bestaat in de omgeving van 's-Hertogenbosch het vooroordeel dat ze een grote mond zouden hebben. In de regio van 's-Hertogenbosch ging vervolgens de grap dat de gemeente de Draak niet meer terug zou plaatsen maar zou vervangen door een Gouden Nijlpaard: dat had immers een grotere bek. Naarmate de restauratie langer op zich liet wachten, was deze grap luider te horen.
Het beeld wordt in de volksmond ook wel Het standbeeld voor de schoonmoeders genoemd.

Overgenomen van Wikipedia Drakenfontein ('s-Hertogenbosch).


Onderstuk van de drakenfontein van de zijde van het station gezien. Aan deze zijde ingemetseld plaquette met tekst: Onderstuk van de drakenfontein van de zijde van het station gezien. Aan deze zijde ingemetseld plaquette met tekst: "Aan de milde beschikking aan J.M. Paulus Jan Bosch van Drakestein commissaris der Koningin in de provincie Noord Brabant 1856-1894 dankt 's-Hertogenbosch de stichting van deze fontein. De schenker wenschte daarmede tevens te doen bewaard blijven de herinnering van zijne hier ter stede overleden tweelingdochters en echtgenoote de jonkvrouwen Paulina Maria en Henriette Wilhelmina Frederica Bosch van Drakestein + 10 en 20 November 1881 en vrouwe Elisabeth Henrietta Johanna Bosch + 20 Augustus 1884" in ca. 1958. Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch, nummer: 0054105.


  

Drakenfontein fotogalerij



De Drakenfontein op het Stationsplein te 's-Hertogenbosch voor het station 's-Hertogenbosch in augustus 2021 kort na de oplevering van de 1,5 jaar durende restauratie van de fontein.


  


Detailfoto's van de Drakenfontein op het Stationsplein voor station 's-Hertogenbosch. Opgericht in 1903 door Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein.

Foto's: Sander van Scherpenzeel, zondag 27 oktober 2019.


  


   

Geschiedenis Kasteel Drakestein

(Slotlaan 3-6 en 9 te Lage Vuursche)

Kadasterkaart van het gedeelte Lage Vuursche in 1832. Bron: Rijkdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort. Kadasterkaart van het gedeelte Lage Vuursche in 1832. Bron: Rijkdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort.



Overgenomen uit het boek: Baarn; Geschiedenis en Architectuur, Fred Gaasbeek, Jan van 't Hof en Maarten Koenders, 1994, Uitgeverij Kerckebosch B.V. Zeist.



Kasteel Drakestein (voorgevel) in de periode 1720-1740 naar een tekening van Cornelis Pronk. Bron: Museum Flehite. Kasteel Drakestein (voorgevel) in de periode 1720-1740 naar een tekening van Cornelis Pronk. Bron: Museum Flehite.



De oudste vermelding van het gebied waarin het huis Drakestein ligt, dateert uit 953. Keizer Otto I de Grote (936-973) schonk in dat jaar de streek de Vuursche aan de Utrechtse bisschop Balderik. Balderik kreeg van de Duitse keizer verscheidene bezittingen, zodat hij de gelijke werd van de naburige graven.


Detail van een kaart uit 1619, opgemaakt in het kader van een grenscorrectie tussen Holland en Utrecht, met de ronde heuvel die als grensmarkering diende. Rechts daarvan de toendertijd als boerderij gebruikte 'Waraers hofste'. Het huis Drakestein en het dorp Lage Vuursche moesten nog worden gebouwd. Bron: Nationaal Archief te Den Haag, VTH, 2582 (detail). Detail van een kaart uit 1619, opgemaakt in het kader van een grenscorrectie tussen Holland en Utrecht, met de ronde heuvel die als grensmarkering diende. Rechts daarvan de toendertijd als boerderij gebruikte 'Waraers hofste'. Het huis Drakestein en het dorp Lage Vuursche moesten nog worden gebouwd. Bron: Nationaal Archief te Den Haag, VTH, 2582 (detail).



Het gebied was toen nog een onbewoonde wildernis. Bisschop Koenraad gaf een groot deel van de streek in 1085 in handen van het kapittel van St. Jan. Aan deze gift waren ook heerlijke rechten verbonden, het geen reeds duidt op enige vorm van ontginning en exploitatie van de wildernis met daaraan gepaard gaande bewoning of plannen voor ontginning. In 1259 gaf bisschop Otto II van Lippe de gehele Vuursche aan genoemd kapittel in leen.


Luchtfoto uit mei 2016 vanuit het zuiden gezien op kasteel Drakestein met rechts het kasteel en links de stal- en bijgebouwen. Op het dak wappert de oranje vlag als teken dat prinses Beatrix der Nederlanden die dag thuis aanwezig was. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V. Luchtfoto uit mei 2016 vanuit het zuiden gezien op kasteel Drakestein met rechts het kasteel en links de stal- en bijgebouwen. Op het dak wappert de oranje vlag als teken dat prinses Beatrix der Nederlanden die dag thuis aanwezig was. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.



Het kapittel van St. Jan gaf op zijn beurt 'die Vuerse mit hoeren Venen' in 1359 voor 28 jaar in erfpacht uit aan Werner van Drakenburg. De vader van Werner of Werner zelf was reeds door de bisschop beleend met de 'wilde venen' ten noorden van de Vuursche, het gebied bij kasteel Drakenburg.


Ontwerp voor een achterwand met twee behangselvlakken en een bovendeurstuk. Een ontwerp voor Jurriaan Andriessen één van twee wandontwerpen met opzetvellen voor de eetzaal van Coert Simon Sander, Kasteel Drakesteyn, Lage Vuursche uit de periode 1779-1781. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Ontwerp voor een achterwand met twee behangselvlakken en een bovendeurstuk. Een ontwerp voor Jurriaan Andriessen één van twee wandontwerpen met opzetvellen voor de eetzaal van Coert Simon Sander, Kasteel Drakesteyn, Lage Vuursche uit de periode 1779-1781. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.



Dat de eigendomsverhoudingen en rechten van de Vuursche enigszins gecompliceerd lagen bewijst het feit dat Werner het jaar daarop een stuk land in de Vuursche pachtte van het Vrouwenklooster in De Bilt.

Opmerkelijk is dat Werner een stuk land pacht waarop hij reeds een hofstede had laten bouwen, want in de akte die de pacht regelt is sprake van een hofstede Drakestein 'die Warnar opgetimmert (gebouwd) heeft'.


Friedrich Johann Justin Bertuch Mitische, culturele draak uit 1806. Bron: Wikipedia Draak. Friedrich Johann Justin Bertuch Mitische, culturele draak uit 1806. Bron: Wikipedia Draak.



Deze bezitting werd door Werner van Drakenburg, met toestemming van het Vrouwenklooster, opgedragen aan de bisschop Jan van Arkel. Deze blijk van afhankelijkheid en trouw aan de bisschop van Utrecht werd door de geestelijke in 1362 gehonoreerd door het huis Drakestein aan Werner in leen te geven. De voorganger van het huidige Drakestein is dus rond 1360 ontstaan en werd gesticht door Werner van Drakenburg, schout van de stad Utrecht.


Aanpassingen in percelen en aanleg van twee wegen op het landgoed Drakestein in april 1908 door familie Bosch van Drakestein (2/2). Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987, archiefnummer: 34, Kadaster NL. Aanpassingen in percelen en aanleg van twee wegen op het landgoed Drakestein in april 1908 door familie Bosch van Drakestein (2/2). Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987, archiefnummer: 34, Kadaster NL.



 Er is vanaf die tijd ook een duidelijk onderscheid tussen de Vuursche en het landgoed Drakestein. Het huis Drakestein en de erfpacht van de Vuursche bleef tot 1460 in handen van de familie Drakenburg.

In dat jaar was Johan van Drakenburg gedwongen de erfpacht van de Vuursche en Drakestein af te staan aan het kapittel van St. Jan. De reden was dat hij niet in staat was zeven jaren achterstallige pacht in te lossen. Het kapittel schold zijn schulden kwijt na overdracht van bovenstaande erfpacht en huis.


Kasteel Drakestein (Slotlaan 8, 3749 AA Lage Vuursche), het voorplein met de koetshuizen links en rechts in april 1967. Bron: Het Nationaal Archief, beeldbank, Den Haag. Kasteel Drakestein (Slotlaan 8, 3749 AA Lage Vuursche), het voorplein met de koetshuizen links en rechts in april 1967. Bron: Het Nationaal Archief, beeldbank, Den Haag.



 Na een korte intermezzo werd in 1485 Johan van Drakenburg echter weer beleend met Drakestein. In 1520 kwam Drakestein, Drakenburg en de Vuursche in het bezit van Josina van Drakenburg. Zij huwde met Dirk van Zuylen van de Haer, een telg uit een aanzienlijk en machtig Stichts geslacht. Josina deed de erfpacht van de Vuursche in 1546 van de hand.


Gezicht vanaf het vogeluitkijkpunt op het Pluismeer van de Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Gezicht vanaf het vogeluitkijkpunt op het Pluismeer van de Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.



Johan van Culemborgh, eveneens een aanzienlijk edelman, werd beleend met de Vuursche. Zijn bemoeienissen met de Vuursche zijn gering geweest. Hij verpachtte het gebied aan een derde persoon en liet de exploitatie aan de pachter over.

De tweede dochter van Johan van Culemborg. getrouwd met Karel van Bourgondie, erfde in 1557 de Vuursche. Haar man toonde meer interesse in de Vuursche, gezien zijn latere succesvolle pogingen om het gebied te vergroten.


Gezicht in het dorp Lage Vuursche met rechtsachter het huis Klein Drakestein in 1781. Naar een tekening van J. Bulthuis. Dit huis heeft tegenwoordig het adres Kloosterlaan 4 te Baarn. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 107634. Gezicht in het dorp Lage Vuursche met rechtsachter het huis Klein Drakestein in 1781. Naar een tekening van J. Bulthuis. Dit huis heeft tegenwoordig het adres Kloosterlaan 4 te Baarn. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 107634.



Een jaar nadat in 1570 Josina van Drakenburg Drakestein aan haar zoon Nicolaas van Zuylen had geschonken, wist Karel van Bourgondië Drakestein en de Vuursche weer door aankoop te verenigen in één hand. De tweede zoon van Johanna van Culemborg en Karel van Bourgondië, Johan, deed in 1610 Drakestein en de Vuursche van de hand.


Kasteel Drakestein aan de Slotlaan 8 te Lage Vuursche. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: ST-2.247. Kasteel Drakestein aan de Slotlaan 8 te Lage Vuursche. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: ST-2.247.



De nieuwe eigenaar werd Mr. Simon van Veen, zoon van de burgemeester van Leiden en lid van de Hoge Raad. Zijn zoon verkocht de heerlijkheid de Vuursche en huis Drakestein in 1625 aan de advocaat Cornelius van Vianen. Na 1634 behoorde de Vuursche en Drakestein toe aan jonker Ernst van Reede, lid van de Staten van Utrecht, houtvester van 't Sticht en Maarschalk van 't Oversticht en Eemland.

Kaart van de heerlijkheid de Vuursche uit 1597. Bron: Het Nationaal Archief, 4.VTH, 3018. Kaart van de heerlijkheid de Vuursche uit 1597. Bron: Het Nationaal Archief, 4.VTH, 3018.



De familie Van Reede neemt binnen de geschiedenis van de Vuursche en Drakestein een prominente plaats. Ernst van Reede verzocht na verwerving van de goederen ten aanzien
van de Vuursche en hofstede Drakestein uit respectievelijk het leenverband van het kapittel van St. Jan en 't Sticht te worden ontslagen.


Informatiebord door Staatsbosbeheer in de Lage Vuursche bij 'De Kuil van Drakesteyn. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Informatiebord door Staatsbosbeheer in de Lage Vuursche bij 'De Kuil van Drakesteyn. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.



Zijn verzoeken werden ingewilligd en Van Reede droeg zijn bezittingen op aan stadhouder Frederik Hendrik in diens hoedanigheid als graaf van Buren. Beide lenen werden daarop door prins Frederik als hoge heerlijkheden aan de jonker terug geschonken.


Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse veenakkers. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-1. Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse veenakkers. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-1.



 De heren van Drakestein en De Vuursche waren in het verleden bij het uitoefenen van de rechtspraak in hun gebied nimmer gerechtigd geweest doodvonnissen te verstrekken en te laten uitvoeren.

Van Reede had echter door middel van genoemde stap de volledige jurisdictie in zijn gebied verworven en kon nu in de rechtspraak over leven en dood beschikken zonder dat een hogere instantie hem dat recht kon verbieden.


Zijwand met twee behangselvlakken ter weerszijden van een schoorsteen. Een ontwerp voor Jurriaan Andriessen één van twee wandontwerpen met opzetvellen voor de eetzaal van Coert Simon Sander, Kasteel Drakesteyn, Lage Vuursche uit de periode 1779-1781. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Zijwand met twee behangselvlakken ter weerszijden van een schoorsteen. Een ontwerp voor Jurriaan Andriessen één van twee wandontwerpen met opzetvellen voor de eetzaal van Coert Simon Sander, Kasteel Drakesteyn, Lage Vuursche uit de periode 1779-1781. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.



Op papier was deze zelfstandigheid in de rechtspraak bijzonder (in de Middeleeuwen werd de hoge heerlijkheid door leenmannen fel begeerd als machtsinstrument), maar in de praktijk werd dit recht gerelativeerd, daar in het gebied van Ernst van Reede slechts enkele personen woonachtig waren.


Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Middelblok. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-2. Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Middelblok. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-2.



Het zal de heer van Drakestein eerder om de financiële voordelen gegaan zijn van deze macht, dan de zucht om te beschikken over de absolute heerschappij. Met deze rechtsmiddelen kon hij immers boetes opleggen, de hoogte daarvan bepalen en het geld innen.

Ernst van Reede overleed in 1640 en zijn oudste zoon Gerard werd de nieuwe heer van Drakestein. Gerard liet in 1640 de oude hofstede afbreken en nieuw huis bouwen.

Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Platten Deken. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-3. Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Platten Deken. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-3.



Of het oude Drakestein op dezelfde plek heeft gestaan als het huidige huis is niet zeker. Bij de
restauratie van 1960/62 werden geen bouwdelen aangetroffen die van vòòr 1640 dateren.
Het nieuwe huis Drakestein werd op een achthoekige grondslag gebouwd.

In de zeventiende eeuw gold de volledige symmetrie als het ideaal van ontwerpers. Symmetrie stond gelijk aan perfectie en de hang naar symmetrie kwam tot uiting in de vestingbouw en architectuur.


Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Steenbrugger blok. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-4. Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Steenbrugger blok. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-4.



Vooral in de bouw van nieuwe protestantse godshuizen werd die volledige symmetrie nagestreefd. Een bekend en in verband met Drakestein illustratief voorbeeld is de kerk van Renswoude uit 1639-1641.

De kerk wordt toegeschreven aan Jacob van Campen en werd gebouwd in opdracht van Godard van Reede, een broer van bovengenoemde Gerard.

Bij moderne landhuizen werd evenzeer gestreefd naar symmetrie, maar de symmetrie werd om praktische redenen niet altijd doorgezet in de indeling van de plattegrond.

Bij Drakestein is ook iets afgeweken van een perfecte symmetrische indeling.


Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Veenblok . Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-5. Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Veenblok . Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-5.



Er is geen centrale ruimte rond het middelpunt gecreëerd en de scheidingsmuur tussen
de voor- en achterruimte in de middenbeuk is niet exact in het midden geplaatst. Het gehele concept verraadt echter de hand van een bekwame en voor die tijd moderne ontwerper.

De naam van de architect is helaas niet bekend.

Als mogelijk ontwerper wordt te Jacob van Campen genoemd. Indien deze bouwmeester daadwerkelijk voor de broer Gerard van Reede heeft gewerkt, zal Gerard zeker op de hoogte geweest zijn van de verrichtingen van de in Amersfoort woonachtige Van Campen.


Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Veldblok. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-6. Kaart uit 1717 door een kopie van W. de Roy naar een oorspronkelijke kaart van Bernhard de Roy uit 1697. Kaart van de Baarnse Veldblok. Bron: Het Utrechts Archief, 222, 205-6.



In dat geval is de toeschrijving van het ontwerp van Drakestein aan Jacob van Campen zeer aannemelijk. Het aanzicht van Drakestein na de voltooiing van de bouw verschilt met de huidige verschijningsvorm.

De voorgevel werd gedomineerd door vier kolossale lonische pilastere met daarboven een kroonlijst en driehoekig fronton. In de muren waren kruis- en balke zijnen met luiken opgenomen en op alle acht dakschilden stond een dakkapel. Vier schoor stenen met smeedijzeren bekroningen torenden boven het dak uit.


Luchtfoto van kasteel Drakestein met het bijbehorende landschapspark en bos (Slotlaan 8) te Lage Vuursche (gemeente Baarn), vanuit het noordoosten in 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842203. Luchtfoto van kasteel Drakestein met het bijbehorende landschapspark en bos (Slotlaan 8) te Lage Vuursche (gemeente Baarn), vanuit het noordoosten in 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842203.



Gerard van Reede ontplooide naast Drakestein nog meer bouwactiviteiten.


Ontwerp met plattegrond en vier wanden in opstand met ornamenten. Een ontwerp voor Jurriaan Andriessen één van twee wandontwerpen met opzetvellen voor de eetzaal van Coert Simon Sander, Kasteel Drakesteyn, Lage Vuursche uit de periode 1779-1781. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Ontwerp met plattegrond en vier wanden in opstand met ornamenten. Een ontwerp voor Jurriaan Andriessen één van twee wandontwerpen met opzetvellen voor de eetzaal van Coert Simon Sander, Kasteel Drakesteyn, Lage Vuursche uit de periode 1779-1781. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.



Hij maakte van de Lage Vuursche een nederzetting door een herberg, molen, school, pastorie en kerk te stichten. Op dertien oktober 1669 overleden Gerard en zijn tweede vrouw Catharina
van Teylingen.


Luchtfoto van kasteel Drakestein met het bijbehorende landschapspark en bos (Slotlaan 8) te Lage Vuursche (gemeente Baarn), vanuit het zuidwesten in 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842202. Luchtfoto van kasteel Drakestein met het bijbehorende landschapspark en bos (Slotlaan 8) te Lage Vuursche (gemeente Baarn), vanuit het zuidwesten in 1995. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842202.



De erfgenamen werden met een torenhoge schuldenlast geconfronteerd en werden door de schuldeisers uiteindelijk gedwongen al datgene wat Gerard van Reede met veel geld had opgebouwd in het openbaar te verkopen.


Gezicht op het omgrachte kasteel Drakestein bij Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het noorden, met in het midden de Slotlaan die leidt naar het dorp met de in 1657 gebouwde kerk in 1660-1670. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 135445. Gezicht op het omgrachte kasteel Drakestein bij Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het noorden, met in het midden de Slotlaan die leidt naar het dorp met de in 1657 gebouwde kerk in 1660-1670. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 135445.



Drakestein en de Vuursche werden in 1671 voor f. 27.300,- verkocht.


De Dorpsstraat te Lage Vuursche. Bron: Wikipemedia Commons. De Dorpsstraat te Lage Vuursche. Bron: Wikipemedia Commons.



De nieuwe eigenaar, de Amsterdammer Johan Reynst, werd in 1672 door de graaf van Buren oftewel de kersverse stadhouder Willem III officieel beleend met zijn pas verworven bezittingen.


Gezicht op de voor- en zijgevel van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) met de dubbele 'Utrechtse' brug over de slotgracht, uit het westen in de periode 1740-1750. Naar een tekening van Hendrik Spilman. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201187. Gezicht op de voor- en zijgevel van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) met de dubbele 'Utrechtse' brug over de slotgracht, uit het westen in de periode 1740-1750. Naar een tekening van Hendrik Spilman. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201187.



De Amsterdammer zal Drakestein waarschijnlijk als buitenplaats gebruikt hebben, gelijk de andere vermogende stadsgenoten die in die tijd in de omgeving van Baarn huizen en hofsteden hebben laten bouwen.


Een affiche van de verkoop van de heerlijkheid De Vuursche in 1805 (voorzijde). Bron: Het Utrechts Archief 635 9. Een affiche van de verkoop van de heerlijkheid De Vuursche in 1805 (voorzijde). Bron: Het Utrechts Archief 635 9.



Deze families hadden hun sporen achter gelaten door verbouwingen en wijzigingen.


Een zij- achtergevel van een boerderij in de Lage Vuursche. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 20499526. Een zij- achtergevel van een boerderij in de Lage Vuursche. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 20499526.



In 1779 worden Drakestein en de Vuursche weer te koop aangeboden na in het bezit te zijn geweest van de families De Wildt, Barchman Wuytiers en Godin.


Een affiche van de verkoop van de heerlijkheid De Vuursche in 1805 (achterzijde). Bron: Het Utrechts Archief 635 10. Een affiche van de verkoop van de heerlijkheid De Vuursche in 1805 (achterzijde). Bron: Het Utrechts Archief 635 10.



De grootste wijzigingen werden echter aangebracht door de nieuwe eigenaar mr. Court Simon Sander, een Amsterdamse koopman. In 1780 liet hij het landhuis moderniseren.


Kasteel Drakestein met het voorterrein en de koetshuizen met links en rechts de oorspronkelijke koetshuizen uit ca. 1950. Baarn; Geschiedenis en Architectuur, Fred Gaasbeek, Jan van 't Hof en Maarten Koenders, 1994, Uitgeverij Kerckebosch B.V. Zeist. Kasteel Drakestein met het voorterrein en de koetshuizen met links en rechts de oorspronkelijke koetshuizen uit ca. 1950. Baarn; Geschiedenis en Architectuur, Fred Gaasbeek, Jan van 't Hof en Maarten Koenders, 1994, Uitgeverij Kerckebosch B.V. Zeist.



De kolossale pilasterorde met fronton aan de voorzijde werd vervangen door een vereenvoudige gevelindeling met geblokte lisenen en een dakkapel. Ook het dak onderging een metamorfose. Het aantal dakkapellen werd verminderd en het midden van het dak werd afgeplat. Rondom het platte gedeelte werd een balustrade gezet en in het midden werd een open houten dakkoepel geplaatst.


Kasteel Drakestein in 1959, gelegen in de Lage Vuursche. Bron: Beeldbank Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en Wikipedia.nl (Drakestein). Kasteel Drakestein in 1959, gelegen in de Lage Vuursche. Bron: Beeldbank Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en Wikipedia.nl (Drakestein).



Na de dood van mr. Court Simon Sander in 1806 verkochten de nazaten Drakestein en de
Vuursche in een openbare veiling aan de Utrechtse advocaat mr. Paulus Wilhelmus Bosch,
de latere burgemeester van Utrecht.


Heidegrond in bij de Lage Vuursche op een vooravond. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Heidegrond in bij de Lage Vuursche op een vooravond. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.



De vader van P.W. Bosch had in de achttiende eeuw een vermogen vergaard door handig zaken te doen. Hij liet zijn zoon Paulus studeren en in de Franse tijd van vrijheid, gelijkheid en broederschap maakte de advocaat politieke carrière. Na de aankoop van Drakestein liet hij zich als een heer van stand voortaan Bosch van Drakestein noemen.


Gezicht op de herberg te Lage Vuursche, met rechts een doorrijschuur in het jaar 1731. Naar een terkening van L.P. Serrurier. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200908. Gezicht op de herberg te Lage Vuursche, met rechts een doorrijschuur in het jaar 1731. Naar een terkening van L.P. Serrurier. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200908.



Net als zijn vader had Paulus talent in het zaken doen, want ondanks de algehele malaise groeide zijn vermogen en kon hij nog enkele buitenplaatsen aan zijn bezit toevoegen. In 1829 werd zijn sociale status verhoogd door verheffing in de adelstand. In 1834 stierf jonkheer mr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein.


Kasteel en landgoed Drakestein vanuit de lucht gezien in 1995. Bron: Provincie Utrecht, Henk Bol. Kasteel en landgoed Drakestein vanuit de lucht gezien in 1995. Bron: Provincie Utrecht, Henk Bol.



In die honderdenvijftig jaar werd er niets noemenswaardig aan het huis veranderd.


Kasteel Drakestein in augustus 1959 naar het westen gezien. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.669 . Kasteel Drakestein in augustus 1959 naar het westen gezien. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.669 .



 De grootste verandering is de aanleg van een landschappelijke tuin geweest, hoogstwaarschijnlijk onder Paulus Wilhelmus Bosch. Veel van de destijds in de tuin geplaatste gebouwtjes en tuinsieraden zijn verdwenen. In de Tweede Wereldoorlog werd Drakestein door de bezetter gevorderd.


De officiële aankoop akte van Paul Bosch van kasteel Drakestein en ambachtsheerlijkheid De Vuursche bij het officiële transport van de nazaten van Coert Simon Sander aan Paul Bosch op dinsdag 6 maart 1806. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 2, 573. De officiële aankoop akte van Paul Bosch van kasteel Drakestein en ambachtsheerlijkheid De Vuursche bij het officiële transport van de nazaten van Coert Simon Sander aan Paul Bosch op dinsdag 6 maart 1806. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 2, 573.



De familie Bosch van Drakestein bleef in bezit van Drakestein tot in 1959.


Heidegrond in bij de Lage Vuursche op een vooravond. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Heidegrond in bij de Lage Vuursche op een vooravond. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.


 

Bouwhuizen

Het linker koetshuis (Slotlaan 8) op het terrein van kasteel Drakestein in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. Het linker koetshuis (Slotlaan 8) op het terrein van kasteel Drakestein in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.



Wanneer de eerste bouwhuizen van kasteel Drakestein (Slotlaan 3-6) zijn gebouwd is niet zeker. Op een afbeelding van het kasteel uit circa 1650 zijn ze nog niet aanwezig. Een latere afbeelding uit circa 1730 geeft ze wel weer. De bouwhuizen zijn derhalve in die periode ontstaan.


De Dorpsstraat in Lage Vuursche in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. De Dorpsstraat in Lage Vuursche in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.



De gebouwen werden in de negentiende eeuw geheel verbouwd en hebben toen een mansardekap gekregen. Bij de renovatie in de jaren zestig zijn de bouwhuizen afgebroken en opnieuw opgetrokken. De hoofdvorm van deze gebouwen bleef hetzelfde, alleen het dak werd veranderd in een schilddak met oud Hollandse pannen. De bouwhuizen staan aan weerszijden van de Slotlaan.


Kasteel Drakestein in augustus 1959 naar het noorden gezien. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.668. Kasteel Drakestein in augustus 1959 naar het noorden gezien. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.668.



Beide wit gepleisterde panden zijn rechthoekig en tellen één bouwlaag. De panden hebben in het midden een dubbele inrijdeur met een neoclassicistische omlijsting. Aan weerszijden daarvan zijn drie schuifvensters aangebracht. De kopse gevels zijn elkaars spiegelbeeld en bevatten een venster en een deur. In de achtergevels zijn eveneens dubbele inrijdeuren en schuifvensters opgenomen. Op de daken staan verscheidene dakkapellen.


Zuidelijk bijgebouw naar het noorden gezien bij kasteel Drakestein in februari 1961. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 60.966. Zuidelijk bijgebouw naar het noorden gezien bij kasteel Drakestein in februari 1961. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 60.966.



Haaks op de bouwhuizen staan twee kleine rechthoekige bijgebouwen van één bouwlaag onder een pannen schilddak. De voorgevels van deze twee panden zijn verschillend ingedeeld.

De bouwhuizen en bijgebouwen huisvesten verschillende werk- en dienstvertrekken. Ook het atelier van koningin Beatrix is in één van de bouwhuizen ondergebracht.


Kasteel Drakestein met links en rechts de koetshuizen gezien vanuit het westen in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. Kasteel Drakestein met links en rechts de koetshuizen gezien vanuit het westen in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.



Het huidige park bij Drakestein is in hoofdzaak ontstaan rond 1830. Het park rond het huis is destijds verlandschappelijkt door de Utrechtse bouwmeester en landschapsarchitect Hendrik van Lunteren (1780-1848) in opdracht van mr. P.W. Bosch van Drakestein. In dezelfde periode dat het park van Drakestein werd verfraaid, had Van Lunteren het nabijgelegen Pijnenburg onder handen.


De Stulpheide in de vooravond. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. De Stulpheide in de vooravond. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.



Het bijzondere aan het park van Drakestein waren de tuinsieraden: de kapel, het grotje en de duiventoren. Deze gebouwtjes, zogenaamde follies, zijn hoogstwaarschijnlijk ook door Van Lunteren ontworpen.


Kasteel Drakestein vanuit het zuidwesten gezien op het terrein zelf in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. Kasteel Drakestein vanuit het zuidwesten gezien op het terrein zelf in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.



 Van Hendrik van Lunteren is bekend hij een jaar in Engeland is geweest ter bestudering van het aanleggen van buitengoederen. In dit land waar follies op buitenplaatsen al geruime tijd in
zwang waren, heeft hij wellicht zijn inspiratie opgedaan voor de ontwerpen van de tuin-
gebouwtjes te Drakestein.


Kadaster Minuutkaart uit oktober 1832 van de Lage Vuursche met het dorp De Vuursche en Kasteel Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 8001 202-2. Kadaster Minuutkaart uit oktober 1832 van de Lage Vuursche met het dorp De Vuursche en Kasteel Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 8001 202-2.



 Helaas zijn de neogotische kapel en de grot reeds verdwenen. De duiventoren is nog aanwezig. In het park staat ook nog een eenvoudige achttiende-eeuwse tuinmanswoning. Het park zelf bestaat hoofdzakelijk uit bos waar verscheidene paden zich doorheen slingeren.


Gezicht in het dorp Lage Vuursche in 1787-1788. Naar een tekening van K.F. Bendorp. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200912. Gezicht in het dorp Lage Vuursche in 1787-1788. Naar een tekening van K.F. Bendorp. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200912.


 

  Duiventoren

Duiventoren bij kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.672 Duiventoren bij kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.672



De duiventoren in het park van Drakestein is een vierkante, bakstenen toren met een lage aanbouw. Op de hoeken zijn geblokte lisenen. Bovenaan bevinden zich kantelen. De verschillende openingen hebben spitse bogen.


Koeien op de heide te Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Koeien op de heide te Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.



De toren is waarschijnlijk in het begin van de negentiende eeuw gebouwd. De toren is niet in de eerste plaats gebouwd als duiventoren, maar als follie. Een follie is een bouwwerk dat veelal nutteloos en kostbaar is. Soms drukt een follie een gedachte uit of is het bouwwerk het resultaat van een excentrieke bevlieging.


Interieur zijkamer begane grond in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.678. Interieur zijkamer begane grond in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.678.



Meestal is een follie echter een tuinsieraad in een landschappelijke tuin en is het gebouwd om het oog te plezieren. Deze follies zijn gebouwd in een neostijl en hebben in de meeste gevallen, zoals de duiventoren van Drakestein, een gecultiveerd ruïneus uiterlijk.


Interieur zijkamer begane grond in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.680. Interieur zijkamer begane grond in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.680.



 IJskelder

Koe op de heide te Lage Vuursch. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Koe op de heide te Lage Vuursch. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.



In een opgeworpen heuvel, waarvan de voet een diameter van ongeveer twintig meter heeft, bevindt zich de ijskelder behorend bij kasteel Drakestein. De kelder is in de tweede helft van de achttiende eeuw gebouwd, waarschijnlijk toen de familie Godin op Drakestein woonde.


Gezicht op de voorgevel en de twee aansluitende zijgevels van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) vanaf het voorplein met de beide bouwhuizen in 1825-1830. Prent (litho) van 'Jobard' naar een tekening van 'Jonxis' (vermoedelijk J.L. Jonxis), afkomstig uit: J.J. de Cloet, Chateaux et Monuments des Pays-Bas, uitgegeven door J.A.M. Jobard. Het boek is gedrukt in de periode 1825-1830. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201188. Gezicht op de voorgevel en de twee aansluitende zijgevels van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) vanaf het voorplein met de beide bouwhuizen in 1825-1830. Prent (litho) van 'Jobard' naar een tekening van 'Jonxis' (vermoedelijk J.L. Jonxis), afkomstig uit: J.J. de Cloet, Chateaux et Monuments des Pays-Bas, uitgegeven door J.A.M. Jobard. Het boek is gedrukt in de periode 1825-1830. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 201188.



Een ingang tussen twee steunberen geeft toegang tot een voorportaal van één meter breed, twee meter hoog en twee meter lang. Het voorportaal eindigt bij een bakstenen koepelgewelf, waarvan de bodem ongeveer twee meter beneden het vloerniveau van het voorportaal ligt.


Huize Venwoude vanuit de lucht uit het westen gezien bij te Lage Vuursche aan de Vuurse Steeg. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Huize Venwoude vanuit de lucht uit het westen gezien bij te Lage Vuursche aan de Vuurse Steeg. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



 Het hoogteverschil wordt door middel van een trap overbrugd. Opvallend is het spitse gewelf en de bepleistering van het interieur. Door gebruik van een houten steunconstructie gedurende de herstelwerkzaamheden aan het begin van deze eeuw, waarbij tevens het geheel werd bepleisterd, konden bepaalde delen niet worden bepleisterd en ontstond er een onbepleisterd patroon in de vorm van de steunconstructie.

In het midden van de licht aflopende bodem van de ijskelder is een ronde put gemetseld. Deze put is opgevuld met zand en was nodig om smeltwater te laten verdwijnen.


De Stulp heide op een vooravond te Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. De Stulp heide op een vooravond te Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.


De Stulp het heide te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. De Stulp het heide te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.


Laan bij het Logement te Lage Vuursche gedrukt op een prentbriefkaart. Bron: Archief Eemland, beeldbank. Laan bij het Logement te Lage Vuursche gedrukt op een prentbriefkaart. Bron: Archief Eemland, beeldbank.


Informatiebord over de natuur en levende dieren bij Het Pluismeer. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Informatiebord over de natuur en levende dieren bij Het Pluismeer. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.


Interieur van de salon in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.681. Interieur van de salon in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.681.


Plaatsnaambord bij de bebouwde kom van de entree van het dorp de Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Plaatsnaambord bij de bebouwde kom van de entree van het dorp de Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.


Interieur van de salon in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.683. Interieur van de salon in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.683.


Huis aan de Dorpsstraat 19 en 21 met rechts Pannenkoeken restaurant 'Het Vuurse Bos' aan de Dorpsstraat 23 te Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. Huis aan de Dorpsstraat 19 en 21 met rechts Pannenkoeken restaurant 'Het Vuurse Bos' aan de Dorpsstraat 23 te Lage Vuursche. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.


  

Pachtboerderijen en gebouwen

behorend bij kasteel Drakestein

Het dorp de Lage Vuursche op de topografische militaire atlas uit de periode 1875-1900. Bron: Topotijdreis.nl. Het dorp de Lage Vuursche op de topografische militaire atlas uit de periode 1875-1900. Bron: Topotijdreis.nl.


  

De kelder van kasteel Drakestein in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank. De kelder van kasteel Drakestein in 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank.


   


Teksten over de diverse panden overgenomen uit het boek: Baarn; Geschiedenis en Architectuur, Fred Gaasbeek, Jan van 't Hof en Maarten Koenders, 1994, Uitgeverij Kerckebosch B.V. Zeist.


  

300 Roedenlaan


De Driehonderd Roedenlaan is een vrijwel onbebouwde rechte bosweg en verbindt de Vuurse Steeg met de Stulpse Laan. De reeds lang bestaande naam, mogelijk genoemd naar de lengte van deze weg, werd bij raadsbesluit van 30 juni 1949 vastgelegd. De Driehonderd Roedenlaan is waarschijnlijk in de zeventiende eeuw als zuidelijke begrenzing van Drakestein aangelegd.



300 Roedenlaan 1

Huis aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche in 1993. Foto: Baarn; Geschiedenis en Architectuur, Fred Gaasbeek, Jan van 't Hof en Maarten Koenders, 1994, Uitgeverij Kerckebosch B.V. Zeist. Huis aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche in 1993. Foto: Baarn; Geschiedenis en Architectuur, Fred Gaasbeek, Jan van 't Hof en Maarten Koenders, 1994, Uitgeverij Kerckebosch B.V. Zeist.



Deze langhuisboerderij is, zoals te lezen is op de gevelsteen, gebouwd in opdracht van Jhr. P.J. Bosch van Drakestein.

De eerste steen werd gelegd op 5 juni 1838. In 1982 is de boerderij tot woning verbouwd. De voorgevel is symmetrisch ingedeeld en heeft in het midden twee grote twintigruits vensters en aan de zijkanten één klein twaalfruits venster.


Het huis aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche in slechte staat rond 2012. Bron: Wikimedia Commons. Het huis aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche in slechte staat rond 2012. Bron: Wikimedia Commons.



 Achter het voorhuis bevinden zich keuken annex geut (de plaats om vaatwerk schoon te maken en de karnton te plaatsen), de rosmolen en de woonkamer (vaak lichthoek genoemd). Het bedrijfsgedeelte wordt gevormd door de deel met aan weerszijden ruimte voor veestalling.

Aan het einde van de stal was een paardestal ingericht. Het aanzicht van de boerderij is geschaad door het aanbrengen van grote daklichten, aan de rechterzijde zelfs in de vorm van een doorlopende strook.


Familie Van Meerveld in hun boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 die de familie Meerveld van Jhr. Bosch van Drakestein huurde en pachtte. Bron: RCE - Wikimedia Commons. Familie Van Meerveld in hun boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 die de familie Meerveld van Jhr. Bosch van Drakestein huurde en pachtte. Bron: RCE - Wikimedia Commons.



De achtergevel heeft een dubbele inrijdeur en een deur naar de paardestal. In de zijgevels bevinden zich onder andere voormalige mestdeuren. Het pand is wit bepleisterd en heeft een zwarte plint.

De boerderij was ingedeeld op de wijze zoals dat in deze streek van het land, bij voorbeeld ook in het nabijgelegen Eemnes, gebruikelijk was: in het voorhuis een voorkamer, de zogenaamde pronkkamer, geflankeerd door twee kleine kamers waarvan de linkerkamer onderkelderd is.


Deel van de zijgevel van huis aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche. Bron: RCE - Wikimedia Commons. Deel van de zijgevel van huis aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche. Bron: RCE - Wikimedia Commons.


Huis aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche in de periode 1900 - 1925. Bron: RCE - Wikimedia Commons. Huis aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche in de periode 1900 - 1925. Bron: RCE - Wikimedia Commons.



De langhuisboerderij aan de Driehonderdroedenlaan 1 is een Baarns gemeentelijk monument in Lage Vuursche in de provincie Utrecht.

Na het overlijden van zijn vader Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein, die sinds 1807 eigenaar was van kasteel en landgoed Drakensteyn, waar de boerderij een onderdeel van uitmaakte, werd Frederick Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein in 1834 heer van Drakensteyn (ook wel Drakestein, Drakenstein of Drakensteijn).


Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de bossen van de Lage Vuursche op deze luchtopname van maandag 5 mei 2014 (1). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de bossen van de Lage Vuursche op deze luchtopname van maandag 5 mei 2014 (1). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Op de gevelsteen staat vermeld dat de langhuisboerderij werd verbouwd in opdracht van jonkheer Mr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein. In de witte muur die parallel loopt aan de laan de eerste steen gelegd met de tekst: Jhr Paulus Johannes Bosch van Drakestein, 5 junij Anno 1838. Deze zoon Paulus was bij de steenlegging 13 jaar oud.


Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de bossen van de Lage Vuursche op deze luchtopname van maandag 5 mei 2014 (2). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de bossen van de Lage Vuursche op deze luchtopname van maandag 5 mei 2014 (2). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Op een kadastrale minuut uitgegeven in 1824 is te zien, dat de boerderij dezelfde contouren heeft als de huidige boerderij inclusief de uitgebouwde paardenstal. Onduidelijk is hoe ingrijpend de verbouwing is geweest in 1838.

In de symmetrische voorzijde zitten twee vensters met twintig ruitjes en aan de buitenzijden zijn kleinere vensters gemaakt van twaalf ruitjes. De luiken aan de voorzijde hebben een zandlopermotief.


Familielid Meerveld bij de boerderij 300 Roedenlaan 1 bezig met de paard en Rosmolenn. Bron: Wikimedia Commons. Familielid Meerveld bij de boerderij 300 Roedenlaan 1 bezig met de paard en Rosmolenn. Bron: Wikimedia Commons.



Aan weerszijden van de pronkkamer in het voorhuis bevinden zich twee kleinere kamers. De linkse kamer is onderkelderd. De kelder heeft een tongewelf met een pekelbak en is waarschijnlijk het oudste deel van de boerderij. In 1982 is de wit gepleisterde boerderij verbouwd tot woning.


Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de bossen van de Lage Vuursche op deze luchtopname van maandag 5 mei 2014 (3). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de bossen van de Lage Vuursche op deze luchtopname van maandag 5 mei 2014 (3). Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



De rand aan de onderzijde van het pand is zwart geschilderd. In de achtergevel is een dubbele inrijdeur en de toegang tot de paardenstal.

In 2020 werd gestart om het pand grondig op te knappen en te restaureren, de jaren hiervoor verkeerde de monumentale boerderij in een zeer slechte staat.


Eerste steenlegging door Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein op dinsdag 5 juni 1838 voor het te bouwen huis aan de 300 Roedenlaan 1. Bron: steen.insteengebeiteld.nl. Eerste steenlegging door Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein op dinsdag 5 juni 1838 voor het te bouwen huis aan de 300 Roedenlaan 1. Bron: steen.insteengebeiteld.nl.


     

Zicht op de werkschuur bij de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de winter van 1982. Toen de boerderij in verlaten toestand was in eigendom van Staatsbosbeheer. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Zicht op de werkschuur bij de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de winter van 1982. Toen de boerderij in verlaten toestand was in eigendom van Staatsbosbeheer. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.


Zicht op de werkschuur bij de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de winter van 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Zicht op de werkschuur bij de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de winter van 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.


Zicht op de woonkamer met schouw en bedstede van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de winter van 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Zicht op de woonkamer met schouw en bedstede van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de winter van 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.


Zicht op links de werkschuur en rechts de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de winter van 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Zicht op links de werkschuur en rechts de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in de winter van 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.


Zicht op het bakhuis van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Zicht op het bakhuis van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.


Zicht op de keuken met op de achtergrond een toegangsluik tot de kelder van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Zicht op de keuken met op de achtergrond een toegangsluik tot de kelder van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.


Zicht op de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982 met links het bakhuisje. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Zicht op de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982 met links het bakhuisje. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.


Zicht het interieur van de werkschuur van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982 met links het bakhuisje. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Zicht het interieur van de werkschuur van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982 met links het bakhuisje. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.


     

Foto van de eerste steenlegging in de zijmuur van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982. Steen gelegd door jhr. Pauls Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1838. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411. Foto van de eerste steenlegging in de zijmuur van de boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 in 1982. Steen gelegd door jhr. Pauls Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) in 1838. Bron: Het Utrechts Archief, 1345 411.



Huize 't Veen, 300 Roedenlaan 2-4

Luchtfoto uit 2014 vanuit het zuiden gezien van de villa aan de 300 Roedenlaan 2-4 die in 1959-1960 door Jhr. Frederik Bosch van Drakestein is gebouwd nadat hij het kasteel Drakestein aan Prinses Beatrix der Nederlanden verkocht had. Villa is nog steeds familiebezit tezamen met 25,5 ha. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto uit 2014 vanuit het zuiden gezien van de villa aan de 300 Roedenlaan 2-4 die in 1959-1960 door Jhr. Frederik Bosch van Drakestein is gebouwd nadat hij het kasteel Drakestein aan Prinses Beatrix der Nederlanden verkocht had. Villa is nog steeds familiebezit tezamen met 25,5 ha. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Naambord van 'Jhr. F.L. Bosch van Drakestein' op de voorgevel van huizen 't Veen aan de 300 Roedenlaan 2-4 te Lage Vuursche. Foto: Sander van Scherpenzeel. Naambord van 'Jhr. F.L. Bosch van Drakestein' op de voorgevel van huizen 't Veen aan de 300 Roedenlaan 2-4 te Lage Vuursche. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Prentbriefkaart van villa 't Ven aan de 300 Roedenlaan 2-4 te Lage Vuursche in de periode 1965-1970. Bron: familiearchief Bosch van Drakestein. Prentbriefkaart van villa 't Ven aan de 300 Roedenlaan 2-4 te Lage Vuursche in de periode 1965-1970. Bron: familiearchief Bosch van Drakestein.


Samenvoeging van de diverse percelen in Baarn, Sectie F De Vuursche, perceel: 821 van de diverse percelen behorend bij de villa en landgoed 't Ven in 1968. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL). Samenvoeging van de diverse percelen in Baarn, Sectie F De Vuursche, perceel: 821 van de diverse percelen behorend bij de villa en landgoed 't Ven in 1968. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL).


 

Molen Bosch van Drakestein, Kloosterlaan 5 te Lage Vuursche

Wipmolen van achteren gefotografeerd achter schuur in 1880. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 38.022. Wipmolen van achteren gefotografeerd achter schuur in 1880. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 38.022.



De Molen van Bosch en Drakestein (ook: molen van Lage Vuursche) was een windmolen in Lage Vuursche in de gemeente Baarn. De verdwenen wip- of kokermolen stond aan de Kloosterlaan op de plek van het tegenwoordige (2015) hotel-restaurant De Kastanjehof. Aan de plek herinnert nog de meulenbelt als lichte verhoging op het terrein.

Deze korenmolen werd in 1659 een dwangmolen voor De Vuursche en Soestdijk. De molen werd gebouwd in opdracht van baron Ernst van Rheede, de slotheer van De Vuursche die woonde op kasteel Drakensteyn. Bij de molenhuur die later betaald moest worden aan eigenaar Bosch van Drakestein was de huur van het woonhuis inbegrepen.

De molen had een rietgedekte ondertoren. De onderste zolder van de beide zolders deed dienst als opslagruimte. De bovenste zolder was in gebruik voor het malen. De laatste molenaar was W. van den Born.

Toen het hoger wordende bos de windvang belemmerde werd de molen opgevijzeld en van een stenen fundering voorzien. Daarbij werd de meulenbelt opgehoogd. In 1880 was de molen zo bouwvallig geworden dat de wieken naar beneden stortten. In 1903 werden het restant van de molen afgebroken. (b12)


Op zaterdag 16 augustus van het jaar 1817 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuurplaats van de korenmolen gelegen in De Vuursche. Paulus Willem Bosch van Drakestein, verhuurde de molen aan Willem Smits en zijn echtgenote Elisabeth van Twillex. Voorkant beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3244, aktenummer: 2249. Op zaterdag 16 augustus van het jaar 1817 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuurplaats van de korenmolen gelegen in De Vuursche. Paulus Willem Bosch van Drakestein, verhuurde de molen aan Willem Smits en zijn echtgenote Elisabeth van Twillex. Voorkant beschrijving van akte. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3244, aktenummer: 2249.


Op zaterdag 16 augustus van het jaar 1817 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuurplaats van de korenmolen gelegen in De Vuursche. Paulus Willem Bosch van Drakestein, verhuurde de molen aan Willem Smits en zijn echtgenote Elisabeth van Twillex. Eind beschrijving van akte met handtekeningen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3244, aktenummer: 2249. Op zaterdag 16 augustus van het jaar 1817 vond ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren de verhuurplaats van de korenmolen gelegen in De Vuursche. Paulus Willem Bosch van Drakestein, verhuurde de molen aan Willem Smits en zijn echtgenote Elisabeth van Twillex. Eind beschrijving van akte met handtekeningen. Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, 3244, aktenummer: 2249.



Molenaarswoning, De Vuursche B10

Molen Bosch van Drakestein aan de Kloosterlaan 5 te Lage Vuursche na 1880. Bron: Archief Eemland. Molen Bosch van Drakestein aan de Kloosterlaan 5 te Lage Vuursche na 1880. Bron: Archief Eemland.


  

Dorpsstraat


De Dorpsstraat is de belangrijkste weg van de buurtschap de Lage Vuursche en tevens
kern van het beschermd dorpsgezicht. De oude naam werd bij raadsbesluit van 30 juni
1949 officieel vastgelegd.

De rijbaan is smal en gemarkeerd met paaltjes. Aan weerszijden ervan zijn brede bermen die als wandelpad fungeren. De straat is met eiken en beuken beplant. De bebouwing bestaat uit meest lage woningen en enkele andere panden zoals een smederij, een herberg enz.

De oudste bebouwing is zeventiende-eeuws. Tegenwoordig wordt de Dorpsstraat gekenmerkt door de vele horecafaciliteiten. Tegenover restaurant 'De Lage Vuursche' ligt een grote zwerfkei op vijf kleinere keien. Deze groep stenen, de zogenaamde 'dolmen', is rijksmonument.


   

Dorpsstraat 2, Restaurant De Lage Vuursche

Voorgevel van restaurant De Lage Vuursche aan de Dorpsstraat 2 met rechts De Kei in april 1964. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 116.534. Voorgevel van restaurant De Lage Vuursche aan de Dorpsstraat 2 met rechts De Kei in april 1964. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 116.534.



De kern van dit pand dateert uit 1654. Het pand bestond toen uit twee bouwlichamen: het huidige lage middenstuk en het hogere rechterdeel. Het pand is waarschijnlijk op instigatie van Gerard van Reede gebouwd.

Gerard van Reede woonde op Drakestein en ontwikkelde de Lage Vuursche tot een volwaardige nederzetting met een kerk, een pastorieën een schooltje. Het hier besproken pand was aanvankelijk tolgaardershuisje en ontwikkelde zich al snel tot herberg. Mogelijk is tevens in dit pand recht gesproken, wat niet ongebruikelijk was in plaatselijke herbergen van kleine nederzettingen.


Uitspanning van Oosterom aan de Dorpsstraat in Lage Vuursche. Tegenwoordig restaurant De Lage Vuursche in de pepriode 1880-1905. Bron: Archief Eemland, fotonummer: AFT004000721. Uitspanning van Oosterom aan de Dorpsstraat in Lage Vuursche. Tegenwoordig restaurant De Lage Vuursche in de pepriode 1880-1905. Bron: Archief Eemland, fotonummer: AFT004000721.



Tot in de vorige eeuw zouden in dit pand nog huwelijken zijn gesloten. De huidige functie van het pand als restaurant sluit goed aan op de oude bestemming van het pand als herberg.

Het gebouw bestaat uit een middendeel van één bouwlaag dat aan beide zijden geflankeerd wordt door een hoger opgetrokken partij. De nokken van de zadeldaken lopen evenwijdig aan de straat.

De ingang is in het midden, in een nieuw portiek onder een veranda gesitueerd. Er zijn nog authentieke, achttiende-eeuwse schuifvensters aanwezig. Aan de achterzijde bevindt zich een grote, lage aanbouw. Zowel het in- als het exterieur hebben veel wijzigingen ondergaan.


Een schaapskooi te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Een schaapskooi te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.


    

Dorpsstraat 12

Huis aan de Dorpsstraat 12 te Lage Vuursche in april 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 116.539. Huis aan de Dorpsstraat 12 te Lage Vuursche in april 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 116.539.



Langwerpig half vrijstaand woonhuis van rond 1800. Het pand heeft één bouwlaag onder een zadeldak waarvan de nok evenwijdig aan de Dorpsstraat loopt. De voorgevel is vijf assen breed. In de middelste as bevindt zich de ingang, die wordt gevormd door een nieuwe paneeldeur met in het bovenlicht een levensboom. In de overige assen zijn zesruits schuifvensters aangebracht. Het pand is in 1985 gerestaureerd.


Huis aan de Dorpsstraat 12 te Lage Vuursche in 1993-1994. Huis aan de Dorpsstraat 12 te Lage Vuursche in 1993-1994.



Huis aan de Koudelaan F1 en F2

Huis ingetekend aan de Koudelaan te Lage Vuursche, huisnummer F1 en F2 in oktober 1832 bestond na de invoering nog tot 1938. Bron: HISGIS Utrecht. Huis ingetekend aan de Koudelaan te Lage Vuursche, huisnummer F1 en F2 in oktober 1832 bestond na de invoering nog tot 1938. Bron: HISGIS Utrecht.



In het kadaster van 1832 in de Lage Vuursche staat een huis aan de Koudelaan F1 en F2 (toenmalige huisnummering) ingetekend in dat jaar het eigendom van Paulus Willem Bosch van Drakestein. Tot 1894 bleef het huis in bezit van de kleinzoon van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894). Na zijn overlijden komt het huis in het bezit van zijn zoon Frederik Bosch (1871-1911). Nadat hij op veel te jonge 39 jarige leeftijd overlijd. Komt het huis in bezit van zijn echtgenote en twee zonen Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) en Jhr. Herbert Jan Paulus Jan Bosch van Drakestin (1903-1965).

In 1932 komt het huis voor de helft toe aan de zoon van Paulus Jan Bosch (1901-1955), Frederik Bosch (1930-2008). Paulus Jan laat het huis aan de Koudelaan F1 en F2 in 1938 slopen.

Hoe dit huis eruit heeft gezien is tot op heden niet bekend?

In het jaar 1944 gaf Paulus Jan Bosch (1901-1955) enkele jaren na het slopen van het huis de grond in 1944 in erfpacht uit. Dit gebeurde aan Pieter Schoenmakers van beroep Houthandelaar uit Hilversum.

In 1949 verkoopt Schoenmakers de grond weer terug aan Paulus Jan Bosch. In 1956 komt de grond toe aan zoon Frederik Bosch (1930-2008).

In 1959 brengt Frederik Bosch van Drakestein het stuk grond in waarop het huis stond aan de Maatschappij Bouwplan Vuursche, gevestigd te Amsterdam, als mede eigenaar was Fredrik Bosch tezamen Jan Proper van beroep bouwondernemer en wonende te Oud-Loosdrecht en Hendrik Ernst Stefels van beroep 'idem' en wonende te Amsterdam.

Waarop Stefels de grond in 1961 in eigendom verkreeg voor verdere ontwikkleling voor woningbouw aan de Eikenlaan.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL).


 

De Kuil van Drakestein

De Kuil van Drakestein op dinsdag 3 november 2015. Bron: Wikimedia Commons. De Kuil van Drakestein op dinsdag 3 november 2015. Bron: Wikimedia Commons.


  

De Kei van Lage Vuursche

Afbeelding van de zwerfkeien (dolmen) in de Dorpsstraat te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1914-1920. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15223. Afbeelding van de zwerfkeien (dolmen) in de Dorpsstraat te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1914-1920. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15223.



De kei van Lage Vuursche is een rijksmonument in de plaats Lage Vuursche in de Nederlandse provincie Utrecht. De kei ligt op de hoek van Dorpsstraat 2 met de toegang naar het achterliggende parkeerterrein in een van rijkswege beschermd dorpsgezicht.

De zwerfkei voor rijksmonument De Lage Vuursche werd vermoedelijk rond 1800 in de buurt opgedolve.

Over de Kei van Lage Vuursche wordt verteld dat er bloed uit de steen komt als je er met een speld in prikt. Dit is ook het geval met de bloedsteen in Ede.

Overgenomen van Wikipedia Kei van Lage Vuursche.


Afbeelding van de zwerfkei te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1900-1910. Het Utrechts Archief, catalogusnummer 92880. Afbeelding van de zwerfkei te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1900-1910. Het Utrechts Archief, catalogusnummer 92880.



De Steen aan de Vuursche
In de Hilversumsche Oudheden door Dr. L.J. F. Janssen
1856 vindt men over dit »offeraltaar« of »dolmen« gehandeld.

Dr. Janssen schrijft: »Dit gedenkstuk werd ten jaren 1851 naauwkeurig door mij opgenomen, terwijl door den eigenaar, Jhr. Bosch van Drakenstein, welwillend vergund was, niet slechts
er bij, maar ook elders op zijne goederen opgravingen te bewerkstelligen ...... Wijlen de heer Jac. Scheltema heeft de verdienste het eerst openlijk de aandacht op dit steengraf aan de Vuurse gevestigd te hebben in het ten jare 1833 uitgekomen tweede stuk des derden deels van zijn bovengenoemd Mengelwerk.«

Nu volgt de beschrijving van den steen en van de opgravingen, afgewisseld door: »doch er werd niets opmerkelijks uit den voortijd gevonden«; en verder: >maar ook hier werd niets opmerkelijks ontdekt dan glas- en andere fragmenten, die echter kennelijk modern en van gebroken gereedschappen uit de nabij gelegen hoeve afkomstig schenen te zijn.« En wederom: »maar aangaande den oorsprong van het hunebed liep eene overlevering, dat het eens onverwacht uit den grond was opgekomen.


Gezicht op een kruispunt van zandwegen in het bos te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1920-1924. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15232. Gezicht op een kruispunt van zandwegen in het bos te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1920-1924. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15232.



>Wat kan«, vraagt Dr. Janssen, »de oorzaak zijn van zulk eene vreemdluidende overlevering?« En dan zegt hij, dat daar eerst in de helft der 17e eeuw de weg is aangelegd, waaraan het thans gelegen is, en dat alzoo het vermoeden van Scheltema hoogst aannemelijk is, dat het bij die gelegenheid ontdekt, althans ontbloot geworden is, nadat het vroeger onder zand bedolven zal zijn geweest. Bij die ontgraving, denkt Dr. J. zullen aarden potjes en steenen gereedschappen, die er mogelijk aanwezig geweest waren, wel zoek zijn geraakt.

Nu vind ik in mijn exemplaar van bovengenoemde Hilversumsche Oudheden in marginedoor mij aangeteekend ten jare 1893 het volgende:
»Aalt van de Pol, inwoner van Hilversum en geboortig van de Vuursche, thans + 70 jaar, verhaalde mij, dat in zijne jeugd een bejaard man, Jan van Amersfoort geheeten, hem verteld had, dat hij, Jan van A, vroeger had geholpen, de groote steenen, hier bedoeld, met takel en blok uit de diepte op een plek achter den molen naar boven te brengen. Indien dit de waarheid is, en Aalt van de Pol is een geloofbaar man, dan blijft er van het hunebed niet veel over.


Gezicht in een laan in het bos te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1925-1930. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15234. Gezicht in een laan in het bos te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1925-1930. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15234.



Brengen wij deze verklaring in verband met het voorgaande, dan vinden wij, dat Van de Pol, geboren in + 1823, in 1833 ongeveer 10 jaar oud was, en dat toen Van Amersfoort hem
verteld had, dat hij vroeger, zeg 20 jaren vroeger, omdat V. A. een bejaard man wordt genoemd, geholpen had, den steen naar boven te brengen, dan komen wij tot het resultaat, dat het steen-
gevaarte omstreeks 1813 ontbloot is, en niet in de helft der 17e eeuw.

En dit strookt ook volkomen met het stilzwijgen onzer >vroegere geschiedschrijvers« (Dr. J.) en van den schrijver van
den Zegenwoordigen Staat, ook is het nu zeer verklaarbaar, dat men bij het graven onder den steen geen oudheden, zooals urnen en pijlspitsen, gevonden heeft.
Hilversum. J. E. TER GOUW.


 

 Kloosterlaan 2 en 4, huize Klein Drakestein

Huize Klein Drakestein aan de Kloosterlaan 2-4 in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.394. Huize Klein Drakestein aan de Kloosterlaan 2-4 in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.394.



Het huis Klein Drakenstein is een blokvormig, Hollands classicistisch huis, in 1780 gebouwd voor de Amsterdamse zusters Van Loon. Het pand heeft twee bouwlagen ondereen afgeplat schilddak met blauwe Hollandse pannen.

De voorgevel is symmetrisch en telt vijf traveeën. De hoofdingang is bereikbaar via een natuurstenen stoepje en bestaat uiteen paneeldeur met snijlicht en een classicistische omlijsting. Boven de ingang bevindt zich een dertigruits schuifvenster en een dakvenster met gebogen fronton op het dak. In de overige vier traveeën zijn boven dertig- en onder veertigruits schuifvensters aangebracht.


Achterzijde van huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.836. Achterzijde van huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.836.



De indeling aan de achterzijde is identiek met als enig verschil dat in de middelste travee spaarvelden zijn gemetseld waarin slechts een klein venster is opgenomen. Het huis heeft een middengang met aan het eind de keldertrap.


Voorzijde van huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.834. Voorzijde van huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.834.



Het koetshuis staat aan de weg, rechts van het hek. Het is een bakstenen pand van één bouwlaag onder een zadeldak met Hollandse pannen.

Het linkerdeel van de voorgevel is in hout uitgevoerd en voorzien van inrijdeuren. Rechts is het gebouw van steen. De muur aan de straat is voorzien van vlechtingen en een luik. Dit gedeelte is waarschijnlijk tussen 1780-1800 gebouwd.


Overzicht van de achterzijde met vijver van het huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.837. Overzicht van de achterzijde met vijver van het huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.837.



Links van de gang zijn twee kamers, rechts twee kamers waartussen de trap is geplaatst. Het huis is in 1967 gerestaureerd. Voor het huis ligt een grasveld waaromheen de oprijlaan is aangelegd. Het houten toegangshek hangt tussen bakstenen pijlers met natuurstenen dekplaten.


Overzicht toegangshek in de richting van het huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.838. Overzicht toegangshek in de richting van het huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.838.


Achterkant van buitenplaats Klein Drakestein in 1954, tijdens de bewoning van jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965), foto gemaakt ter voorstel van restauratie van het buitenhuis. Bron: NA. Achterkant van buitenplaats Klein Drakestein in 1954, tijdens de bewoning van jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965), foto gemaakt ter voorstel van restauratie van het buitenhuis. Bron: NA.


De zichtas gezien vanuit huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.840. De zichtas gezien vanuit huis Klein Drakestein in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.840.


Voorgevel van buitenplaats Klein Drakestein in 1954, tijdens de bewoning van jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965), foto gemaakt ter voorstel van restauratie van het buitenhuis. Bron: NA. Voorgevel van buitenplaats Klein Drakestein in 1954, tijdens de bewoning van jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965), foto gemaakt ter voorstel van restauratie van het buitenhuis. Bron: NA.


Luchtfoto genomen op maandag 5 mei 2014 vanuit het noordoosten op het dorp de Lage Vuursche met links de villa aan de Kloosterlaan 5. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto genomen op maandag 5 mei 2014 vanuit het noordoosten op het dorp de Lage Vuursche met links de villa aan de Kloosterlaan 5. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Luchtfoto gezien richting het noordwesten op maandag 5 mei 2014 van het dorp de Lage Vuursche met rechtsonder de villa aan de Kloosterlaan 5. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien richting het noordwesten op maandag 5 mei 2014 van het dorp de Lage Vuursche met rechtsonder de villa aan de Kloosterlaan 5. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


Luchtfoto gezien richting het noordwesten op maandag 5 mei 2014 van het dorp de Lage Vuursche met links de villa aan de Kloosterlaan 5. Met midden boven de bijgebouwen van kasteel Klein Drakestein. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto gezien richting het noordwesten op maandag 5 mei 2014 van het dorp de Lage Vuursche met links de villa aan de Kloosterlaan 5. Met midden boven de bijgebouwen van kasteel Klein Drakestein. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


   

Dienstwoning Klein Drakestein aan de
Kloosterlaan 2 te Lage Vuursche
Dienstwoning bij Klein Drakestein aan de Kloosterlaan 2 te Lage Vuursche. Bron: Wikipedia Atsje - Eigen Werk. Dienstwoning bij Klein Drakestein aan de Kloosterlaan 2 te Lage Vuursche. Bron: Wikipedia Atsje - Eigen Werk.



Het Dienstwoning Klein Drakenstein is een rijksmonument aan de Kloosterlaan 2 bij Lage Vuursche in de provincie Utrecht.

De wit gepleisterde, kleine woning hoorde bij de buitenplaats Klein Drakenstein. De rechthoekige voormalige dienstwoning datereert uit de 19de eeuw. Het huisje heeft een met rode pannen gedekt zadeldak. De beide schuifvensters in de voorgevel hebben halve luiken, met een roodwit zandlopermotief. Ook in de rechter zijgevel zijn twee schuifvensters met halve luiken aangebracht. Boven de toegangsdeur met bovenlicht aan de rechter zijde is een met rode pannen gedekt afdakje.

Links van de koetshuis staat aan de Kloosterlaan het koetshuis van Klein Drakenstein.

Bron: Wikipedia Dienstwoning Klein Drakenstein (Kloosterlaan).


  

Koetshuis Klein Drakestein aan de
Kloosterlaan 2 te Lage Vuursche

Koetshuis bij Klein Drakestein aan de Kloosterlaan 4 te Lage Vuursche. Bron: Wikipedia Atsje - Eigen Werk. Koetshuis bij Klein Drakestein aan de Kloosterlaan 4 te Lage Vuursche. Bron: Wikipedia Atsje - Eigen Werk.



Het Koetshuis Klein Drakenstein is een rijksmonument aan de Kloosterlaan 4 bij Lage Vuursche in de provincie Utrecht.

Het koetshuis van de buitenplaats Klein Drakenstein aan de Kloosterlaan staat rechts van het voorplein. Het kreeg later de functie van stalgebouw. Het zadeldak van het rechthoekige gebouw is gedekt met blauwe dakpannen. Het deel aan de Kloosterlaan is gemaakt van rode baksteen. In de eindgevel zitten vlechtingen en een luik. Het houten deel binnen de hekken heeft twee dubbele inrijdeuren. Toen de kapconstructie in het midden van de twintigste eeuw werd vernieuwd werd het koetshuis een paardenstal.

Rechts van de koetshuis staat aan de Kloosterlaan een dienstwoning van Klein Drakenstein.

Bron: Wikipedia Koetshuis Klein Drakenstein (Kloosterlaan).


   

Het Pluismeer
Gezicht op een berk bij een meertje in een open gedeelte van de bossen bij Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502415. Gezicht op een berk bij een meertje in een open gedeelte van de bossen bij Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502415.



Het Pluismeer is een plasje in het natuurgebied ten zuiden van Lage Vuursche in de Laagte van Pijnenburg. Het Pluismeer grenst aan natuurgebied De Stulp en wordt beheerd door Staatsbosbeheer.

Het gegraven water is ontstaan toen het zandsteenfabriekje ernaast grond afgroef. In 1996 is het Pluismeer schoongemaakt, waardoor op de arme zandgrond een venvegetatie (zonnedauw, witte snavelbies, klokjesgentiaan, veenpluis) een kans kreeg. De naam is ontleend aan het vele wollegras dat om het meertje groeit.

Op een deel van het terrein eromheen grazen koeien. Bij het Pluismeertje staat een vogelkijkhut. Het gebied ligt aan een wandelroute vanuit Lage Vuursche. 's Winters is de ondiepe plas geliefd bij schaatsers.


Het Pluismeer vanuit de kijkhut op zondag 20 maart 2011. Foto: Wikimedia Commons. Het Pluismeer vanuit de kijkhut op zondag 20 maart 2011. Foto: Wikimedia Commons.



Schaapskooi, De Vuursche B18

Schaapskooi in De Vuursche (midden links) bekend in het gebied sectie B, perceel nummer: 18 in het jaar 1832. Midden en rechts het dorp en kasteel. Bron: HISGIS Utrecht.in De Vuursche (midden links) bekend in het gebied sectie B, perceel nummer: 18 in het jaar 1832. Bron: HISGIS Utrecht. Schaapskooi in De Vuursche (midden links) bekend in het gebied sectie B, perceel nummer: 18 in het jaar 1832. Midden en rechts het dorp en kasteel. Bron: HISGIS Utrecht.


Een schaapskooi uit 1758 in het Opeluchtmuseum te Arnhem. In september 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel. Een schaapskooi uit 1758 in het Opeluchtmuseum te Arnhem. In september 2023. Foto: Sander van Scherpenzeel.



Schaapskooi, De Vuursche B260

Schaapskooi in De Vuursche (rechtsonder) bekend in het gebied sectie B, perceel nummer: 260 in het jaar 1832. Als onderdeel van het pachtgoed van kasteel Drakestein in 1832. Linksboven het kasteel en het dorp. Bron: HISGIS Utrecht. Schaapskooi in De Vuursche (rechtsonder) bekend in het gebied sectie B, perceel nummer: 260 in het jaar 1832. Als onderdeel van het pachtgoed van kasteel Drakestein in 1832. Linksboven het kasteel en het dorp. Bron: HISGIS Utrecht.


     

Stulpselaan 2

Huis aan de Stulpselaan 2 in 2010. Foto: E. Dronkert, Flickr. Huis aan de Stulpselaan 2 in 2010. Foto: E. Dronkert, Flickr.



Het huis aan de Stulpselaan 2 werd in 1899 in opdracht van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911) gebouwd als opvolger van een uit in 10889 verval verklaarde woning. In 1912 komt de woning in bezit van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) in 1932 werd het een gedeeld bezit van Paulus Jan en zoon Frederik Bosch (1930-2008) in 1956 na het overlijden van vader Paulus Jan in 1955 krijgt dochter Jkvr. Maria Theresia Carmen Diana Catharina Bosch van Drakestein (1932-2017) het huis aan de Stulpselaan 2 in bezit. Zo ver wij kunnen bekijken was het huis tot/na 1987 nog het bezit van Diana Bosch. F811 823 565 518 l8580


Luchtfoto uit mei 2014 van het huis aan de Stulpselaan 2. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto uit mei 2014 van het huis aan de Stulpselaan 2. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


De Stulpselaan in 2010 te Lage Vuursche. Foto: E. Dronkert, Flickr. De Stulpselaan in 2010 te Lage Vuursche. Foto: E. Dronkert, Flickr.


Huis aan de Stulpselaan 2 te Lage Vuursche in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Huis aan de Stulpselaan 2 te Lage Vuursche in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Arbeiderswoningen aan de

Stulpelaan 1 en 3 te Lage Vuursche

Hofstede De Stulp 

Portret van Jhr. Louis Rutgers van Rozenburg. Geboren op dinsdag 26 juni 1764 te Amsterdam en overleden op zaterdag 30 maart 1839 te Amsterdam. Louis werd 74 jaar oud. Huwde op dinsdag 8 mei 1792 te Nantes (Frankrijk) des H.R. Reichgraf Agnes Margaretha van Heemskerck (1769-1845). Portret uit 1825-1830. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van Jhr. Louis Rutgers van Rozenburg. Geboren op dinsdag 26 juni 1764 te Amsterdam en overleden op zaterdag 30 maart 1839 te Amsterdam. Louis werd 74 jaar oud. Huwde op dinsdag 8 mei 1792 te Nantes (Frankrijk) des H.R. Reichgraf Agnes Margaretha van Heemskerck (1769-1845). Portret uit 1825-1830. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


Portret van des H.R. Reichgraf Agnes Margaretha van Heemskerck. Geboren op donderdag 4 mei 1769 te Haarlem en overleden dinsdag 19 augustus 1845 te Haarlem. Agnes werd 76 jaar oud. Huwde op dinsdag 8 mei 1792 met Jhr. Louis Rutgers van Rozenburg (1764-1839) te Nantes (Frankrijk). Portret uit 1825-1830. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag. Portret van des H.R. Reichgraf Agnes Margaretha van Heemskerck. Geboren op donderdag 4 mei 1769 te Haarlem en overleden dinsdag 19 augustus 1845 te Haarlem. Agnes werd 76 jaar oud. Huwde op dinsdag 8 mei 1792 met Jhr. Louis Rutgers van Rozenburg (1764-1839) te Nantes (Frankrijk). Portret uit 1825-1830. Bron: Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, Den Haag.


 

Topografische Militairekaart uit ca. 1885 met aan de rechterkant aan de oostkant van het landgoed Drakestein hofstede of boerderij De Stulp gelegen. Bron: Topotijdreis.nl.Topografische Militairekaart uit ca. 1885 met aan de rechterkant aan de oostkant van het landgoed Drakestein hofstede of boerderij De Stulp gelegen. Bron: Topotijdreis.nl. Topografische Militairekaart uit ca. 1885 met aan de rechterkant aan de oostkant van het landgoed Drakestein hofstede of boerderij De Stulp gelegen. Bron: Topotijdreis.nl.Topografische Militairekaart uit ca. 1885 met aan de rechterkant aan de oostkant van het landgoed Drakestein hofstede of boerderij De Stulp gelegen. Bron: Topotijdreis.nl.


Hofstede De Stulp behoorde eerder tot het landgoed De Hoge Vuursche waarvan Pieter van der Vliet de eigenaar was. Hij verkocht de hofstede tezamen met hofstede de Zeven Linden aan Louis Rutgers (Van Rozenburg) ten overstaande van Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh op dinsdag 3 maart 1801. Pieter van der Vliet was persoonlijk failliet gegaan en hij moest noodgedwongen veel van zijn bezittingen behorend bij het landgoed De Hoge Vuursche eind 18e eeuw verkopen. Om de lening aan Baron Van Nagell te kunnen voldoen.


Aantekeningen over de eigendomsgeschiedenis van de hofsteden De Stulp en De Zeven Linden te Lage Vuursche over de periode van 1797 tot 1817. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 33. Aantekeningen over de eigendomsgeschiedenis van de hofsteden De Stulp en De Zeven Linden te Lage Vuursche over de periode van 1797 tot 1817. Bron: Het Utrechts Archief, 635, 33.



Op donderdag 30 januari 1817 verkocht Louis Rutgers van Rozenburg hofstede De Stulp ten overstaan van de Utrechtse notaris Hendrik van Ommeren aan Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein. Paul voegde de hofstede toe aan zijn landgoed en kasteel Drakestein toe.

Tot de jaren 60 van de twintigste eeuw zou De Stulp in het bezit van de familie Bosch van Dtakestein blijven.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U272c024, 30, 1, 03-03-1801.


Huis aan de Stulplaan 1 (link) en 3 (rechts). Foto: bewoners. Huis aan de Stulplaan 1 (link) en 3 (rechts). Foto: bewoners.



Het huis aan de Stulpselaan 1 - 3 is van oorsprong een opvolger van een ander complex dat al in 1832 bekend was op die plek. Toen in bezit van Paulus Willem Bosch van Drakestein.


Steen in de voorgevel van de arbeiderswoning aan de Stulplaan 1 en 3 met het bouwjaar 1907 erin gegraveerd. Gebouwd in opdracht van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911). Foto: bewoners. Steen in de voorgevel van de arbeiderswoning aan de Stulplaan 1 en 3 met het bouwjaar 1907 erin gegraveerd. Gebouwd in opdracht van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911). Foto: bewoners.



Achterkleinzoon van Paul, Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911) liet de huidige arbeiderswoning in 1907 bouwen.


De achtergevel van de Stulplaan 3 te Lage Vuursche gebouwd in opdracht van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911). Foto: bewoners. De achtergevel van de Stulplaan 3 te Lage Vuursche gebouwd in opdracht van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911). Foto: bewoners.



Zijn kleinzoon Jhr. Frederik Bosch (1930-2008) verkocht de woningen in 1967 aan Staatsbosbeheer/Staat der Nederlanden.


Huis aan de Stulpselaan 1-3 in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Huis aan de Stulpselaan 1-3 in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


De Stulpselaan te Lage Vuursche. Foto: E. Dronkert, Flickr. De Stulpselaan te Lage Vuursche. Foto: E. Dronkert, Flickr.


Huis aan de Stulpselaan 1-3 in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Huis aan de Stulpselaan 1-3 in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Hoge Vuurseweg


De naam Hoge Vuurscheweg werd op 30 juni 1949 officieel vastgesteld. Na 2 januari 1975wordt het als 'Hoge Vuurseweg' gespeld. Het is een lange bosweg die van de Hilversumsestraatweg naar de buurtschap de Lage Vuursche voert. De weg moet in de tweede helft van de zeventiende eeuw zijn aangelegd als zichtas van de buitenplaats De Hoge Vuursche.

Het laatste gedeelte bij de Hilversumsestraatweg werd in de achttiende eeuw iets naar het westen verlegd ten behoeve van de aan de overzijde liggende waterpartij. Een beukenrij geeft dit tracé nog aan. Bij de reconstructie tot provinciale weg na de oorlog werd de weg weer iets naar het oosten verschoven. Aan het zuidelijke deel, vlak bij het dorp, staan enkele gebouwen, waaronder de kerk en een boerderij.



Hoge Vuurseweg 1A en 1B, boerderij Klein Drakestein

Boerderij Klein Drakestein in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.401. Boerderij Klein Drakestein in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.401.



"Anno 1817 H.B.R.' vermeldt de gevelsteen van deze langhuisboerderij. Het huidige gebouw is echter in 1942 herbouwd nadat het in 1940 door brand was verwoest. Daarbij zijnde oude bakstenen gebruikt. De herbouwde boerderij is voor jonkheer H.P.J. Bosch van Drakenstein ontworpen door W. Bakker.


Zomerhuis naast de boerderij Klein Drakestein in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.402. Zomerhuis naast de boerderij Klein Drakestein in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.402.



De langhuisboerderij heeft een wolfsdak met de nok haaks op de weg. De voorgevel bevat vijf assen met twintig- en dertigruits schuifven-sters. De halve luiken zijn voorzien van een zandlopermotief. De ingang in het midden wordt gevormd door een opgeklampte deur met groot bovenlicht. Op het erf van de boerderij staan nog verschillende oude bijgebouwen.


Deze steen gelegd door Jhr. H.P.J. Bosch van Drakestein op woensdag op woensdag 8 september 1909. Bron: steen.insteengebeiteld.nl. Deze steen gelegd door Jhr. H.P.J. Bosch van Drakestein op woensdag op woensdag 8 september 1909. Bron: steen.insteengebeiteld.nl.



De grote houten schuur en het eind achttiende-eeuwse bakhuis zijn de enige bijgebouwen van architectonische waarde. Het bakhuis deed waarschijnlijk ook dienst als zomerhuis. Het is een pand van één bouwlaag onder een zadeldak. In de voorgevel zijn op de begane grond twee schuifvensters geplaatst.Op de zolderverdieping is een klein licht aangebracht.



Hoge Vuurseweg 2 en 4, N.H. De Stulpkerk De Vuursche

Gezicht op de Nederlands Hervormde kerk te Lage Vuursche, omsloten door een haag en bomen, uit het westen in 1826. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200911. Gezicht op de Nederlands Hervormde kerk te Lage Vuursche, omsloten door een haag en bomen, uit het westen in 1826. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200911.



De protestanten waren in het begin van de zeventiende eeuw een minderheid in de Lage Vuursche. Zij hadden geen eigen godshuis en verzochten in 1657 aan de classis Amersfoort om in een schuur te laten preken. De schuur waar zij samenkwamen was een onderdeel van boerderij De Stulp.

In datzelfde jaar stelde Gerard van Reede, heer van Drakestein, grond beschikbaar voor de bouw van een kerk en een pastorie. In de jaren daarop werden op deze grond de genoemde gebouwen gerealiseerd.


Nederlandse Hervomrde Kerkte De Vuursche in september 1981. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 227.807. Nederlandse Hervomrde Kerkte De Vuursche in september 1981. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 227.807.



Behalve Gerard van Reede leverden anderen ook een geldelijke bijdrage voor de totstandkoming van deze kleine kerk en pastorie. Zo schonken bewoners van nabijgelegen buitenplaatsen als Pijnenburgen Splinterburg geld en glas-in-lood ramen met de wapens van de schenkers.

Ook de steden Amsterdam en Alkmaar deden een duit in het zakje en lieten ter herinnering aan deze gift wapenschilden van beider steden naast de deur hangen.


Kerk De Stulp en Pastorie, Hoge Vuurseweg 4 in Lage Vuursche in 1895-1905. Bron: Archief Eemland, beeldbank. Kerk De Stulp en Pastorie, Hoge Vuurseweg 4 in Lage Vuursche in 1895-1905. Bron: Archief Eemland, beeldbank.



De wapenschilden en de glas-in-lood ramen zijn reeds lang verdwenen. Tegen de voorgevel van de kruiskerk werd in 1938 een uitbouw onder een zadeldak geplaatst, waarin zich de ingang bevindt. De voorgevel is in de top voorzien van een serie van vijf kleine spitsboogvensters. Het schip is twee traveeën diep. In elke travee is eenspitsboogvenster met glas-in-lood aangebracht.


Graf van Z.K.H. Johan Friso Bernhard Christiaan David, Prins van Oranje-Nassau, graaf van Oranje-Nassau, jonkheer van Amsberg (Utrecht, 25 september 1968 – Den Haag, 12 augustus 2013) was het tweede kind van prinses Beatrix en prins Claus. Daarmee was hij bij zijn geboorte derde in de lijn om zijn grootmoeder koningin Juliana op te volgen als staatshoofd van het Koninkrijk der Nederlanden. Friso was zijn roepnaam. Desondanks stond hij tot 2004 in de media bekend als Johan Friso. Dat jaar liet hij in een officiële verklaring weten in het vervolg Friso genoemd te willen worden. De prins werd officieel aangeduid als Zijne Koninklijke Hoogheid prins Friso van Oranje-Nassau, met prins van Oranje-Nassau als persoonlijke titel. Als gevolg van een ski-lawine ongeluk op 17 februari 2012 overleed de prins op 12 augustus 2013 op 44 jarige leeftijd. Hij werd begraven op de N.H. Begraafplaats De Vuursche aan de Hoge Vuurseweg 2 en 4. Naast het landgoed Drakestein waar moeder Beatrix der Nederlanden na haar troonsafstand weer gingen wonen. Foto: Wikipedia. Graf van Z.K.H. Johan Friso Bernhard Christiaan David, Prins van Oranje-Nassau, graaf van Oranje-Nassau, jonkheer van Amsberg (Utrecht, 25 september 1968 – Den Haag, 12 augustus 2013) was het tweede kind van prinses Beatrix en prins Claus. Daarmee was hij bij zijn geboorte derde in de lijn om zijn grootmoeder koningin Juliana op te volgen als staatshoofd van het Koninkrijk der Nederlanden. Friso was zijn roepnaam. Desondanks stond hij tot 2004 in de media bekend als Johan Friso. Dat jaar liet hij in een officiële verklaring weten in het vervolg Friso genoemd te willen worden. De prins werd officieel aangeduid als Zijne Koninklijke Hoogheid prins Friso van Oranje-Nassau, met prins van Oranje-Nassau als persoonlijke titel. Als gevolg van een ski-lawine ongeluk op 17 februari 2012 overleed de prins op 12 augustus 2013 op 44 jarige leeftijd. Hij werd begraven op de N.H. Begraafplaats De Vuursche aan de Hoge Vuurseweg 2 en 4. Naast het landgoed Drakestein waar moeder Beatrix der Nederlanden na haar troonsafstand weer gingen wonen. Foto: Wikipedia.



Het koor is één travee diep en driezijdig afgesloten. De zijarmen van de kruiskerk zijn eveneens één travee diep en eindigen in een topgevel. In deze gevels is een groot spitsboogvenster opgenomen. De gevels zijn geleed door lisenen en worden afgesloten met een geprofileerde lijst.


Kaart van de Lage Vuursche, waarop aangegeven staan de locaties van het ammunitiedepot van het Duitse leger. Deze kaart was gemaakt door de verzetsgroep Kaart van de Lage Vuursche, waarop aangegeven staan de locaties van het ammunitiedepot van het Duitse leger. Deze kaart was gemaakt door de verzetsgroep "Albrecht" en werd gestuurd naar het "Bureau Inlichtingen Nederland in Engeland van zondag 20 oktober 1944. Bron: Archief Eemland, fotonummer: AFT005003494.



Het dak bestaat uit twee elkaar kruisende zadeldaken, waarvan het gedeelte boven het koor met een schilddak is afgesloten. Op de kruising der daken, voorzien van leien in maas dekking, staat een achtzijdige dakruiter met klok.

Op de klok staat het randschrift: 'GEHART. SCHIMMEL. VOOR JACOB. VERMATEN. 1683'. In 1843 werden de oorspronkelijke vensters vervangen.' Een deel van de stenen, de kloostermoppen in de onderste zóne, is ouder dan het kerkgebouw.

Waar deze stenen vandaan komen weet men niet zeker.


Kaart van de Lage Vuursche, waarop aangegeven staan de locaties van het ammunitiedepot van het Duitse leger. De gegevens van de oorspronkelijke kaart van verzetsgroep Kaart van de Lage Vuursche, waarop aangegeven staan de locaties van het ammunitiedepot van het Duitse leger. De gegevens van de oorspronkelijke kaart van verzetsgroep "Albrecht" zijn hier geprojecteerd op een andere kaart op zondag 20 oktober 1944. Bron: Archief Eemland, fotonummer: AFT005003496.



Sommigen menen dat ze afkomstig zijn van een afgebroken klooster bij Utrecht, anderen menen dat het afbraakmateriaal is van het oude Drakestein of Werners hofstede dat in 1640 werd gesloopt. In 1938 is een consistorie gebouwd, die in 1989 werd vervangen.

Enkele belangrijke onderdelen van het interieur zijn het orgel en een bank voor de koninklijke familie. Het interieur wordt overwelfd door een houten spitsbooggewelf. In de kraagstenen van de koorsluiting zijn koppen gehakt.


  

Hoge Vuurseweg 2 en 4, N.H. Begraafplaats De Vuursche

Toegangshek tot de begraafplaats in de Lage Vuursche met bovenin het hek beschreven 'Zalig zijn de doden die in de heere sterven'. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 1447. Toegangshek tot de begraafplaats in de Lage Vuursche met bovenin het hek beschreven 'Zalig zijn de doden die in de heere sterven'. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 1447.



De begraafplaats is sinds 1659, het jaar van de stichting van de kerk, in gebruik. De begraafplaats heeft een wigvormige plattegrond met een rechthoekige padenstructuur. Er is een klein bakstenen baarhuisje onder een zadeldak.

De deur heeft een geprofileerde lijst en een keperboogvormig bovenlicht. De begraafplaats is omheind met een smeedijzeren hek en toegankelijk door een poort tussen gietijzeren posten met het opschrift: 'Zalig zijn de doden die in de Heere sterven'.


Overzicht op het kerkhof van de N.H. begraafplaats op maandag 20 mei 1996. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 322.209. Overzicht op het kerkhof van de N.H. begraafplaats op maandag 20 mei 1996. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 322.209.



Het kerkhof is omzoomd met beuken en eiken. Op het kerkhof bevinden zich verschillende familiegraven. Een van de meest interessante graven is die van J.H. Insinger (1854-1918), oudste zoon van H.A. Insinger (1827-1911).

In 1919 werd door de architect J.W. Hanrath een grafmonument ontworpen in Egyptische stijl met diverse figuraties en inscripties.

Reden voor deze stijl was het feit dat J.H. Insinger zich zeer verdienstelijk heeft gemaakt als amateur-archeoloog/egyptoloog. Als tbc-lijder werd hij door zijn vader om gezondheidsredenen naar Egypte gestuurd.


Kerkhof met op de achtergrond de Stulpkerk aan de Hoge Vuurseweg 4 op maandag 20 mei 1996. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 322.210. Kerkhof met op de achtergrond de Stulpkerk aan de Hoge Vuurseweg 4 op maandag 20 mei 1996. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 322.210.



Te Luxor leidde Jan Herman Insinger zijn eigen handelshuis en ontstond zijn liefde voor de oude Egyptischecultuur. Andere interessante graftekens zijn: een liggende steen met kussen en boek en voorzien van gietijzeren hekwerk van de fam. Meynink (1889), een graf van de fam. Ploos van Amstel (1885) met gietijzeren zuilen verbonden door kettingen steunend op gedoofde fakkels en een staart bijtende slang, een graf van de fam. J.A. Staal (1884) met gietijzeren zuilen en hardstenen palen verbonden door een ketting, een graf van de fam.

Van Leeuwen (1938) met witmarmeren zuil op bruin marmeren sokkel, en het graf van de fam. Pieck, waarin de bekende illustrator Anton Pieck (1987) ligt begraven.



Vuurse Steeg


De Vuurse Steeg is het bosrijke, vrijwel onbebouwde vervolg van de Dorpsstraat van de Lage Vuursche. Toen rond 1640 Drakenstein werd aangelegd en dertig jaar later Het Slotte Zeist, werd tussen beide buitens een rechte scheidslijn getrokken, waarvan de Vuurse Steeg deel uitmaakte.

De weg was in de zeventiende eeuw tevens onderdeel van de grens tussen De Vrye Heerlykheyt van Seyst en Driebergen' en "t Gerecht van de Bilt' en vormt nog steeds de scheiding tussen de gemeenten Baarn/Zeist en De Bilt. De straatnaam werd op 30 juni 1949 officieel vastgesteld.



Vuurse Steeg 1, Huize Venwoude

Huizen Venwoude in de periode 1950-1960 op een prentbriefkaart. Huizen Venwoude in de periode 1950-1960 op een prentbriefkaart.



Het landhuis Venwoude is in 1928 gebouwd in opdracht van jhr. P.J. Bosch van Drakenstein. Ontwerper was architect J.J. de Bruin uit Maartensdijk. Het landhuis kostte f. 35.000,-. Geruime tijd was er een rusthuis in gevestigd, waarvoor in 1968 een nieuwe serre werd gebouwd. Tegenwoordig herbergt het een vormingscentrum. Het huis heeft een rechthoekige plattegrond, één bouwlaag en een hoog opgaand rieten zadeldak.


Landgoed en huize Venwoude vanuit de lucht gezien in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Landgoed en huize Venwoude vanuit de lucht gezien in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Het dak heeft grote en kleine dakkapellen. Oorspronkelijk had het huis aan de voorzijde twee woonkamers en een eetkamer. De achterzijde van deze eetkamer sloot aan op de dienstvertrekken gelegen aan de achterzijde van het huis.


Plattegrond van de kadastrale grond rondom landgoed Venwoude tussen gemeente De Bilt en Zeist aan de Maartensdijkseweg. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Plattegrond van de kadastrale grond rondom landgoed Venwoude tussen gemeente De Bilt en Zeist aan de Maartensdijkseweg. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



De ingang in de linkergevel gaf toegang tot een hal met links de herenkamer en de trap. Het huis staat in een bosrijk park met een ven, De naam van het landhuis is een combinatie van de twee karakteristieken van het omliggende park. In het park zijn verscheidene paviljoens gebouwd.


Landgoed en huize Venwoude vanuit de lucht gezien in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Landgoed en huize Venwoude vanuit de lucht gezien in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Landgoed Venwoude is een landgoed van zestien hectare met villa en andere gebouwen aan de Vuursche Steeg bij Lage Vuursche. Het goed ligt tussen Paleis Soestdijk en Kasteel Drakenstein. Hart van het landgoed is het ven, waaraan de naam Venwoude is ontleend.

Het landgoed is sinds 1988 in gebruik als trainings- en bezinningscentrum. Het is in het kader van de Natuurschoonwet opengesteld voor het publiek

De hofstede Den Dolder was een riddermatige hofstede die uiteindelijk in 1835 werd afgebroken.


Huize Venwoude in 1993. Huize Venwoude in 1993.



Op donderdag 29 december 1932 verkocht jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) het landgoed Venwoude als zomerverblijf aan Cornelis Sleeswijk (1871-1960) (bankier) en zijn vrouw Theodora Jacoba van Bosse (1874-1953).

Dit gebeurde ten overstaan van de Amsterdamse notaris Frederik Hendrik van der Helm voor bedrag van f. 60.000-, gulden voor 16 hectare aan grond.

Op hetzelfde tijdstip verkocht Paulus Jan Bosch ten overstaan van dezelfde notaris 15 hectare land in de lage Vuursche voor f. 52.000-, gulden aan Godfried Heinrich Crone.

Bron: Het Utrechts Archief, 1294, 7262, 762 31 32.

Bron: verkoop Kadasterarchiefviewer (1832-1987)


Landgoed Vennewoude vanuit de lucht gezien in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Landgoed Vennewoude vanuit de lucht gezien in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Na het overlijden van Theodora Jacoba van Bosse in 1953 verkocht Cornelis Sleeswijk het landgoed Venwoude aan ''Vereniging Nederlandse Protestantenbond'', gevestigd te Utrecht toenmalig aan de Nieuwegracht 27.


Huize Venwoude vanuit de lucht gezien op een prentbriefkaart. Huize Venwoude vanuit de lucht gezien op een prentbriefkaart.



Directeur van de opgerichte Stichting Protestants Vormingscentrum was dominee W. Sangers. Er werd samengewerkt met landgoed De Hoorneboeg bij Hilversum van de Remonstrantse Broederschap.In 1988 werd door Ted Wilson op het landgoed een leefgemeenschap gesticht die zich bezighield met 'emotioneel lichaamswerk'. Vanaf 2015 is er de Venwoude Levensschool gevestigd.


Huize Venwoude op een prentbriefkaart. Huize Venwoude op een prentbriefkaart.



Cornelis Sleeswijk (Heerenveen, gemeente Aengwirden, 5 april 1871 – Amsterdam, 12 januari 1960) was een Nederlands ondernemer. Cornelis was de zoon van Sikke Sleeswijk (1841-1908), raadsheer in het Gerechtshof te Amsterdam en Itsk Doedes Breuning. Cornelis had twee oudere zussen. Hij huwde Theodora van Bosse (Amsterdam, 27 september 1874-Lage Vuursche, 23 januari 1953)


Het landgoed terrein Venwoude te Lage Vuursche. Met links het vennetje gezien in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Het landgoed terrein Venwoude te Lage Vuursche. Met links het vennetje gezien in mei 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Opleiding

Na het behalen van zijn gymnasiumdiploma studeerde hij aan de gemeentelijke Universiteit van Amsterdam. Op 28 oktober 1895 promoveerde hij tot doctor in de Rechten en in de Staatswetenschappen. Hij woonde aan de Jan van Goyenkade 27 in Amsterdam en had een zomerverblijf op landgoed Venwoude in Lage Vuursche.


Huize Venwoude op een prentbriefkaart. Huize Venwoude op een prentbriefkaart.



Verzekeringen

Na een aantal jaren in Amsterdam te hebben gewerkt als advocaat en procureur kwam hij in 1896 bij de firma Wed. J. van Bosse & Zoon, in assurantiën. In 1905 werd hij lid van de firma Wurfbain & Zoon (later Dudok van Heel & Co.) Zijn dissertatie Duoetallisme is uitgegeven. Voor zijn activiteiten werd hij benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau.


Kadasterkaart van het landgoed Venwoude uit mei 1953. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL). Kadasterkaart van het landgoed Venwoude uit mei 1953. Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL).



Neventaken

Cornelis Sleeswijk had meerdere neventaken:
    voorzitter Hoofdbestuur ondersteuning fonds tot Aanmoedigingen van den Gewapenden Dienst in de Nederlanden;
    voorzitter Genootschap "Het Leesmuseum"
    voorzitter Artisfonds
    bestuurslid Instituut tot Onderwijs van Blinden
    bestuurslid Gesticht voor Volwassen Blinden
    bestuurslid Prins Alexander Stichting
    lid van de adviescommissie De Nederlandsche Bank
    lid Centrale Beleggingsraad
    president-commissaris Nederlands-Indische Spoorweg Maatschappij
    commissaris Kasvereniging
    commissaris Nederlands-Indische Suiker Unie
    commissaris Van Ranzow's Bank
    commissaris Amsterdamse Zee- en Brand Assurantie Maatschappij
    commissaris N.V. Nationale Borg-Maatschappij
    commissaris van de Maatschappij Volharding, tot exploitatie van Onroerende Goederen
    commissaris Cultuur Maatschappij Gending
    commissaris Brand Assurantie Maatschappij
    commissaris Landbouw Maatschappij Pangerango
    plaatsververvangend lid Raad van Beroep Directe Belastingen Amsterdam I
    bestuurslid Spaarbank voor de Stad Amsterdam
    voorzitter Woningmaatschappij Oud-Amsterdam NV
    lid van den Raad van Beheer Financiële Maatschappij voor Nijverheidsondernemingen



Theodora van Bosse


Theodora van Bosse. Bron: Wikipedia - Tropenmuseum. Theodora van Bosse. Bron: Wikipedia - Tropenmuseum.




m, 27 september 1874 – Lage Vuursche, 23 januari 1953) was een Nederlandse schilder en etser. Ze was een leerling van Maurits van der Valk en schilderde en etste vooral landschappen.

Theodora was de dochter van commissionair Dirk van Bosse en Ida Johanna Krusemann. Na de meisjesschool ging ze met haar oom en tante in 1894 op expeditie naar Zuid-Afrika. Haar oom professor Max Weber was zoöloog en directeur van het zoölogisch museum in Artis, haar tante Anna Weber-van Bosse, was botanicus. Van hun reis van Kaap de Goede Hoop langs de kust naar de oostelijke provincies maakte Theodora een veertigtal pasteltekeningen. Op 21 oktober 1897 trouwde ze met bankier Cornelis Sleeswijk (1871-1960). In haar thuisatelier kreeg ze lessen van beeldend kunstenaar Maurits van der Valk.

's Zomers maakte ze vele reizen door Europa. Toen deze reizen haar zwaar begonnen te vallen kocht ze in 1937 met haar man het landgoed Venwoude in Lage Vuursche als zomerverblijf. Hier overleed ze op 23 januari 1953. Een maand later schonk haar man Cornelis Sleeswijk haar werken aan het Tropenmuseum.



Maatschappelijk actief

Tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) was zij lid van het steuncomité van district 67 (bijzondere gevallen: schilders, dichters, reizigers etc.). Na de Eerste Wereldoorlog voerde ze het secretariaat van de Bond voor Vrouwenkiesrecht. Rond 1930 werd ze voorzitter van de Amsterdamse afdeling van de vrouwenvereniging Tesselschade-Arbeid Adelt.


 

Hoge Vuurseweg 3, Tolhuis

Tolhuis aan de Hoge Vuurseweg 3 te Lage Vuursche. Tolhuis aan de Hoge Vuurseweg 3 te Lage Vuursche.



Deze kleine woning is vroeger een tolhuisje geweest. Het voormalige tolhuisje dateert van1906 en heeft één bouwlaag onder een zadeldak met nok parallel aan de weg. De voorgevel is symmetrisch ingedeeld en telt drie traveeën. De middelste travee risaleert en is als dakhuis doorgetrokken. De ingang is in deze travee gesitueerd.


Tolhuis aan de Hoge Vuurseweg 3 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons Atsje. Tolhuis aan de Hoge Vuurseweg 3 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons Atsje.



De zesruits schuifvensterszijn voorzien van luiken. De geveltoppen zijn verfraaid met eenvoudige gedecoreerd latwerk. De gevels zijn verder versierd met banden en aanzet- en sluitstenen. De decoratieve elementen van het huis zijn in een mengeling van neorenaissance- en chaletstijl uitgevoerd. Aan de achterzijde bevindt zich een aanbouw onder een lessenaarsdak.


De eerste steen gelegd door Jhr. P.J. Bosch van Drakestein (1901-1955) op 2 juli 1906. Bron: steen.insteengebeiteld.nl. De eerste steen gelegd door Jhr. P.J. Bosch van Drakestein (1901-1955) op 2 juli 1906. Bron: steen.insteengebeiteld.nl.


Tolhuis aan de Hoge Vuurseweg 3 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons Atsje. Tolhuis aan de Hoge Vuurseweg 3 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons Atsje.



 Hoge Vuurseweg 5, genaamd hofstede/boerderij Crailo

Huis aan de Hoge Vuurseweg 5, genaamd Crailo te Lage Vuursche. Bron: Wikimeia Commons. Huis aan de Hoge Vuurseweg 5, genaamd Crailo te Lage Vuursche. Bron: Wikimeia Commons.



Op dinsdag 18 mei 1875 kocht jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein de hofstede Crailo aan, gelegen aan de Hoge Vuurseweg 5 ter waarde van f. 40.160, - gulden van de erfgename van Herman Adriaan van den Wall Bake, van beroep Muntmeester te Utrecht.
Koop werd gesloten ten overstaan van de Hilversumse notaris Karel Jan Perk.

Bron: Het Utrechts Archief, 1294, 6700, 200, 83.

Pand is in 1906 gebouwd in opdracht van Jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein, heer van Drakestein, Drakenburg en de Vuursche (1871-1911). In 1875 had zijn vader jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) het goed gekocht.

Rond 1938 verkocht de zoon van Frederik Bosch van Drakestein, jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965) het pand met de bijbehorende bossen aan de Staat der Nederlanden.


Boerderijtje aan de weg naar Lage Vuursche in 1945-1955 naar een tekening van Adria Pieck. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer:1001-211. Boerderijtje aan de weg naar Lage Vuursche in 1945-1955 naar een tekening van Adria Pieck. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer:1001-211.


    

Zevenlindenweg F67, De Vuursche A152

Foto uit 1915 volgens de beschrijving van de beeldbank een boerenhofstede ten noordoosten van Lage Vuursche. De enige boerderij qua perceelvorm en moesland (voorkant) aan de Zevenlindenweg komt grotendeels overeen met deze foto uit die tijd. Met een redelijk zekerheid kan gezegd worden dat de hofstede die op deze foto staat ook daad werkelijk de hofstede aan de Zevenlindenweg was. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 2542 (2). Foto uit 1915 volgens de beschrijving van de beeldbank een boerenhofstede ten noordoosten van Lage Vuursche. De enige boerderij qua perceelvorm en moesland (voorkant) aan de Zevenlindenweg komt grotendeels overeen met deze foto uit die tijd. Met een redelijk zekerheid kan gezegd worden dat de hofstede die op deze foto staat ook daad werkelijk de hofstede aan de Zevenlindenweg was. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 2542 (2).



Het huis aan de Zevenlindenweg F67 (1850) staat al ingetekend bij de invoering van het kadaster in het jaar 1832. Toen in eigendom van Jhr. Paulus Willem Bosch van Drakestein (1771-1834). Na het overlijden van kleinzoon Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) komt de boerderij toe aan zoon Frederik Bosch (1871-1911) en dochter Elisabeth Bosch. In 1932 komt het goed toe aan zoon Jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein (1903-1965).

Jhr. Hertbert Paulus Jan Bosch verkoopt de boerderij in 1938 aan de Staat der Nederlanden die het een jaar later in 1939 onder de slopershamer brengen.

Bron: Kadasterarchiefviewer 1832-1987 (NL).


Boerderij aan de Zevenlindenweg F67 te Lage Vuursche ingetekend in de kadasterkaart van 1832. Bron: HISGIS Utrecht. Boerderij aan de Zevenlindenweg F67 te Lage Vuursche ingetekend in de kadasterkaart van 1832. Bron: HISGIS Utrecht.


   

Hofstede De Zeven Linden aan de Zevenlindenweg

Rechtsboven (oostelijk) van kasteel De Hoge Vuursche ten zuiden van de Hilversumsestraatweg lag hofstede De Zeven Linden. Waar het bospad in een slinger loopt. Bron: Topografische Kaart uit ca. 1885, Topotijdreis.nl.Rechtsboven (oostelijk) van kasteel De Hoge Vuursche ten zuiden van de Hilversumsestraatweg lag hofstede De Zeven Linden. Waar het bospad in een slinger loopt. Bron: Topografische Kaart uit ca. 1885, Topotijdreis.nl. Rechtsboven (oostelijk) van kasteel De Hoge Vuursche ten zuiden van de Hilversumsestraatweg lag hofstede De Zeven Linden. Waar het bospad in een slinger loopt. Bron: Topografische Kaart uit ca. 1885, Topotijdreis.nl.Rechtsboven (oostelijk) van kasteel De Hoge Vuursche ten zuiden van de Hilversumsestraatweg lag hofstede De Zeven Linden. Waar het bospad in een slinger loopt. Bron: Topografische Kaart uit ca. 1885, Topotijdreis.nl.



Hofstede De Zeven Linden behoorde eerder tot het landgoed De Hoge Vuursche waarvan Pieter van der Vliet de eigenaar was. Hij verkocht de hofstede tezamen met hofstede De Stulp aan Louis Rutgers (Van Rozenburg) ten overstaande van Utrechtse notaris Nicolaas Wilhelmus Buddingh op dinsdag 3 maart 1801.

Pieter van der Vliet was persoonlijk failliet gegaan en hij moest noodgedwongen veel van zijn bezittingen behorend bij het landgoed De Hoge Vuursche eind 18e eeuw verkopen. Om de leningen aan baron Van Nagell te kunnen voldoen.

Op zaterdag 19 augustus 1815 werd ten overstaande van de Baarnse notaris Frans Pen hofstede De Zeven Linden verkocht, met percelen liggende in De Vuursche en Soestdijk. Tezamen met 4 morgen, 305 roeden weiland gelegen onder Zantvoort aan Paul Bosch van Drakestein.

Hofstede De Zeven Linden maakte tot 1815 onderdeel uit van kasteel de Hoge Vuursche in bezit geweest van Louis Rutgers van Rozenburg die vermoedelijk in financiële nood zat. En genoodzaakt was om zijn hofsteden en onroerende goederen per veiling moest verkopen.

Paul Bosch kocht De Zeven Linden aan van Louis Rutgers van Rozenburg op de veiling voor f. 2.780-,gulden.

Bron: Het Utrechts Archief, 1855, 1083.

Later werd in de bossen van de Hoge Vuursche in het gebied van De Zeven Linden.

Camping De Zeven Linden opgericht.

Eerdere tijdens was de camping/bungalowpark De Zeven Linden in het bezit geweest van jkvr. Diana Bosch van Drakestein (1932-2017).


Gezicht op de voor- en rechtergevel van een boerderij aan de Zeven Lindenlaan bij Hoge Vuursche te Baarn. Vermoedelijk boerderij De Zeven Linden in de periode 1870-1875. In 1987 vervaardigde fotoreproductie van een ca 1875 gemaakte foto. De originele foto bevindt zich bij de Historische Kring Baerne. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92202. Gezicht op de voor- en rechtergevel van een boerderij aan de Zeven Lindenlaan bij Hoge Vuursche te Baarn. Vermoedelijk boerderij De Zeven Linden in de periode 1870-1875. In 1987 vervaardigde fotoreproductie van een ca 1875 gemaakte foto. De originele foto bevindt zich bij de Historische Kring Baerne. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92202.



In 1815 zou Louis Rutgers van Rozenburg hofstede De Zeven Linden  bij veiling verkopen aan Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein. Paul zou zijn nieuwe bezit bij het landgoed en kasteel Drakestein voegen.

Bron: Het Utrechts Archief, 34-4, U272c024, 30, 1, 03-03-1801.


Op zaterdag 19 augustus 1815 kocht Paulus Willem Bosch van Drakestein de hofstede De Zeven Linden met landerijen aan van jhr. Louis Rutgers van Rozenburg voor een bedrag van f. 2.790, - gulden. (1). Bron: Archief Eemland, 0443, 316. Op zaterdag 19 augustus 1815 kocht Paulus Willem Bosch van Drakestein de hofstede De Zeven Linden met landerijen aan van jhr. Louis Rutgers van Rozenburg voor een bedrag van f. 2.790, - gulden. (1). Bron: Archief Eemland, 0443, 316.


Op zaterdag 19 augustus 1815 kocht Paulus Willem Bosch van Drakestein de hofstede De Zeven Linden met landerijen aan van jhr. Louis Rutgers van Rozenburg voor een bedrag van f. 2.790, - gulden. (2). Bron: Archief Eemland, 0443, 316. Op zaterdag 19 augustus 1815 kocht Paulus Willem Bosch van Drakestein de hofstede De Zeven Linden met landerijen aan van jhr. Louis Rutgers van Rozenburg voor een bedrag van f. 2.790, - gulden. (2). Bron: Archief Eemland, 0443, 316.


  

 Geschiedenis gemeenten Baarn en De Vuursche

Van Steentijd tot Middeleeuwen

Kaart van de Lage Vuursche omstreeks 1800. Kaart van de Lage Vuursche omstreeks 1800.



De flanken van de Utrechtse Heuvelrug vormden reeds in de prehistorie een aantrekkelijke woonplaats. Het Baarnse grondgebied was hierop geen uitzondering. In deze overgangszone van stuwwal naar Eemvallei was men enerzijds gevrijwaard van wateroverlast (overstromingsgevaar), anderzijds was men verzekerd van voldoende (drink)water door de nabijheid van de Eem.


Huis aan de Dorpsstraat 1 die in 1974 is gesloopt foto uit april 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beelbank, documentnummer: 116.533. Huis aan de Dorpsstraat 1 die in 1974 is gesloopt foto uit april 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beelbank, documentnummer: 116.533.



De oudste overblijfselen van bewoning die op Baarns grondgebied zijn aangetroffen, dateren uit de laatste fase van de Oude Steentijd en uit de Midden-Steentijd.' Het betreft een vindplaats met sporen van haardplaatsen, paalkuilen en resten van vuurstenen werktuigen.


Interieur van hal op 1e etage in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.673. Interieur van hal op 1e etage in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.673.



Deze kwamen aan het licht in 1988 tijdens een archeologische opgraving bij de aanleg van het bedrijventerrein 'De Drie Eiken', gelegen aan de noordoostkant van de bebouwde kom van Baarn. De ligging van de vindplaats op een dekzandrug nabij 0 meter NAP lijkt verrassend laag.


Twee huisjes aan de Dorpsstraat te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Twee huisjes aan de Dorpsstraat te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.



Men moet echter bedenken dat het niveau van de zeespiegel en van de daarmee samenhangende waterstanden op de rivieren toen vele meters onder het huidige lag! De aard en omvang van de aangetroffen overblijfselen wijzen op de aanwezigheid van een seizoensnederzetting waar regelmatig door een groep mensen een deel van het jaar werd gebivakkeerd (basiskamp).


Interieur van de hal van kasteel Drakestein (Slotlaan 9) in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.674. Interieur van de hal van kasteel Drakestein (Slotlaan 9) in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.674.



De mens leefde toen van de jacht, visvangsten het verzamelen van planten en vruchten, wat gepaard ging met een trekkend bestaan. In die leefwijze kwam echter verandering tijdens de Jonge Steentijd.


Links huis aan de Dorpsstraat 4 en rechts restaurant De Lage Vuursche aan de Dorpsstraat 2 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Links huis aan de Dorpsstraat 4 en rechts restaurant De Lage Vuursche aan de Dorpsstraat 2 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.



Het begin van de Jonge Steentijd, ruim zevenduizend jaar geleden, is de belangrijkste scheidslijn in het tijdperk van de prehistorie. Het leefpatroon veranderde toen ingrijpend door een overgang van voedsel verzamelen (jacht, visvangst) naar voedsel produceren(akkerbouw, veeteelt).


Interieur salon van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.681. Interieur salon van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.681.



Een belangrijk gevolg van deze verandering was dat men op den duur het trekkende bestaan opgaf en in permanente nederzettingen in de buurt van akkers en weiden ging wonen. De leden van die boerengemeenschappen grepen, door een meer intensieve exploitatie van hun omgeving, sterker in het landschap in dan voorheen.


De Nederlandse Hervormde Begraafplaats aan de Hoge Vuurseweg 4. Van 1806 tot 1834 was ook deze grond van Jhr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl. De Nederlandse Hervormde Begraafplaats aan de Hoge Vuurseweg 4. Van 1806 tot 1834 was ook deze grond van Jhr. Paulus Wilhelmus Bosch van Drakestein. Foto: Gert van Ginkel, Avondwandelingen.nl.



Zo moest er bijvoorbeeld bos worden gerooid voor de aanleg van akkers en leidde ook het weiden van vee tot aantasting van het natuurlijk milieu. Verder nam de bevolking toen ontstonden er grotere samenlevingsverbanden.


Interieur van kasteel Drakestein in augustus 1959 met schouw, openhaard en parketvloer. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.683. Interieur van kasteel Drakestein in augustus 1959 met schouw, openhaard en parketvloer. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.683.



Daardoor heeft de levenswijze van deneolithische mens meer sporen achtergelaten dan die van jagers en verzamelaars uit het Paleo- en Mesolithicum.


Het noordelijke bijgebouw/koetshuis op het kasteelterrein van kasteel Drakestein in augustus 1959 wat in 1960 is afgebroken en vervangen door een andere modern koetshuis. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.670. Het noordelijke bijgebouw/koetshuis op het kasteelterrein van kasteel Drakestein in augustus 1959 wat in 1960 is afgebroken en vervangen door een andere modern koetshuis. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.670.



Grafheuvels Archeologische vondsten uit de Jonge Steentijd kunnen gebruiksvoorwerpen bevatten zoals gebakken aardewerk (onder meer voor het opslaan van voedsel) en stenen gereedschap (bijvoorbeeld bijlen en dissels voor landbewerking).


Betimmering in de hal van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.675. Betimmering in de hal van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.675.



Zo zijn in de vorige eeuw in het zuidwesten van de gemeente Baarn aardewerkscherven uit dat tijdperk aangetroffen bij Lage Vuursche. Deze vondst duidt op bewoning. Concrete Neolithische nederzettingssporen, zoals paalkuilen van woningen, afval- en waterputten, heeft men binnen de gemeente nog niet ontdekt.


Interieur zijkamer begane grond van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.678. Interieur zijkamer begane grond van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.678.



De Steentijd wordt onderverdeeld in drie periodes: Oude Steentijd of Paleolithicum (tot ca. 9000v.Chr.), Midden-Steentijd of Mesolithicum (ca, 9000-5300 v. Chr.) en Nieuwe Steentijd of Neolithicum(ca. 5300- 2100 v. Chr.).


Interieur van de zijkamer in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron; Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.680. Interieur van de zijkamer in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron; Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.680.



Veel talrijker dan resten van wonen en werken zijn overblijfselen van een andere menselijke activiteit: begraving. Aan het einde van het Neolithicum ging men er namelijk toe over om graven van de doden te bedekken met een aarden heuvel. In de bossen van Baarn is een flink aantal – zo'n twintig stuks – van deze grafheuvels aangetroffen. Ze liggen onregelmatig verspreid over een groot oppervlak.


Achterwand van de salon in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.682. Achterwand van de salon in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.682.



Enkele grafheuvels bij Lage Vuursche zijn onderzocht. Daaruit heeft men geconcludeerd dat ze zijn opgeworpen door mensen die in de omgeving hun woonplaats hadden. Het feit dat nagenoeg alle bekende grafheuvels hoger dan +5 meter NAP zijn gelegen doet vermoeden dat de neolithische mens voor de bouw van zijn nederzetting(en) bij voorkeurde hogere gronden opzocht.


schouw in zijkamer op bovenetage van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.684. schouw in zijkamer op bovenetage van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.684.



Als gevolg van een stijging van het (grond)waterpeil en daarmee samenhangende veengroei kwamen lager gelegen nederzettingslocaties, zoals die van 'De Drie Eiken', in de loop van de Jonge Steentijd op een gegeven moment niet meer voor bewoning in aanmerking.


Het bos- en veldterrein ten oosten en behorend bij het kasteelterrein van Drakestein gezien vanuit het oosten in 2016. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Het bos- en veldterrein ten oosten en behorend bij het kasteelterrein van Drakestein gezien vanuit het oosten in 2016. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



 Het feit echter dat op de vindplaats van 'De Drie Eiken' een laat-negolitisch grafheuvelrestant is aangetroffen, geeft aan dat deze locatie toen nog wel voor begraving werd gebruikt. De plek zou later door veen overgroeid raken.


Raam aan de binnenzijde van de kapel in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.685. Raam aan de binnenzijde van de kapel in kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.685.



Op die manier ontstonden grote 'familiegrafheuvels' met begravingen uit verschillende periodes. Wel zou in de loop van de Bronstijd skeletbegraving plaats maken voor crematie bijzetting. In Baarnse grafheuvels zijn urnscherven en ook een complete urn uit deze periode gevonden.

Verder is bekend dat bij Lage Vuursche in het begin van deze eeuw een bronzen bijl uit ongeveer 1700 voor Christus is opgegraven. De omgeving van Baarn bleef ook tijdens de Bronstijd een gebied met veel menselijke activiteit.

Waar de bewoning zich in deze periode bevond is echter, evenals voor de Jonge Steentijd, niet nader aan te geven. Voor de hand liggend is een hoger gelegen, centrale locatie in de buurt van of tussen de grafheuvels.


Gezicht op de voor- en rechtergevel van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1907-1908. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92370. Gezicht op de voor- en rechtergevel van het kasteel Drakestein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1907-1908. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92370.



Aan dit beeld beantwoordt onder meer een vindplaats van een Bronstijd-nederzetting in het nabije Laren, een gemeente met een vergelijkbare natuurlijke gesteldheid als Baarn.


De Stulp heide ten oosten van de het dorp de Lage Vuursche in 2014 vanuit de lucht gezien. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. De Stulp heide ten oosten van de het dorp de Lage Vuursche in 2014 vanuit de lucht gezien. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Tot nu toe zijn in Baarn geen vondsten uit de IJzertijd gedaan. Tevens zijn nog nergens Binnen de prehistorie worden m.b.t. de Nederlandse archeologie na de Steentijd nog de Bronstijd(ca. 2100-700 v. Chr.) en de IJzertijd (ca. 700 v. Chr. tot aan het begin van onze jaartelling) onderscheiden.


Het achterterrein van kasteel Drakestein ten oosten van het kasteel in 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Het achterterrein van kasteel Drakestein ten oosten van het kasteel in 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Net als de Steentijd zijn Brons- en IJzertijd genoemd naar de materialen die in die periodes gebruikt werden voor de vervaardiging van werktuigen en wapens. De komst van de Romeinen naar ons land luidt het einde in van de prehistorie.

De Romeinse tijd (ca.0-400 n.Chr.) wordt gevolgd door de Middeleeuwen (500-1500 n.Chr.).


Huis Klein Drakestein met omliggende weilanden in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.842. Huis Klein Drakestein met omliggende weilanden in juni 2005. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 514.842.



binnen de gemeente sporen aangetroffen waaruit de aanwezigheid blijkt van mensen inde periode van de Romeinse tijd tot in de latere Middeleeuwen. De conclusie dat er dus sprake moet zijn van een fors bewoningshiaat tussen Bronstijd en Middeleeuwen is echter wat te voorbarig. Immers, aan de belangrijkste voorwaarden voor bewoning, te wetende aanwezigheid van water en voldoende ontginbare landbouwgrond, werd in die periode namelijk voldaan.


Kasteel Drakestein vanuit de lucht gezien vanuit het noorden met het achterterrein van het kasteel in 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Kasteel Drakestein vanuit de lucht gezien vanuit het noorden met het achterterrein van het kasteel in 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Verder was de afstand tot nederzettingen in de directe omgeving (Hilversum, Hees) groot genoeg voor een eigen 'verzorgingsgebied'. Wellicht hebben zich in bovengenoemd tijdvak mensen gevestigd op of bij de veengronden van het Eembekken, ten noordwesten van de Utrechtse Heuvelrug. Bekend is dat veengebieden bij voldoende ontwatering geschikt waren voor occupatie. Voor de oevers van de Eem mag bewoning dan ook niet worden uitgesloten.


Huize Venwoude te Lage Vuursche vanuit de lucht gezien in 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Huize Venwoude te Lage Vuursche vanuit de lucht gezien in 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Een recent archeologisch onderzoek ten behoeve van de herinrichting van het Eemland heeft helaas geen vondsten opgeleverd die een dergelijke veronderstelling kunnen ondersteunen. Het is evenwel niet onwaarschijnlijk dat overblijfselen uit genoemde periode zijn verdwenen door natuurlijke erosie. Mogelijk heeft de bedding van de Eem zich in de loop der tijd verplaatst of verbreed en zijn daarbij bewoningsresten weggeslagen.


Deur van de zijkamer op de 1e etage van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijsdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.677. Deur van de zijkamer op de 1e etage van kasteel Drakestein in augustus 1959. Bron: Rijsdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 54.677.



Verder is het niet ondenkbaar dat menselijke activiteiten eventuele vindplaatsen aan het oog hebben onttrokken. Zo zijn archeologische resten vaak verborgen geraakt bij de aanleg van essen. Dit zou ook bij Baarn gebeurd kunnen zijn. Met de landbouwkundige ontwikkeling van de esaanleg zijn we overigens aanbeland in de Middeleeuwen.


 

Ontwikkelingen in de Middeleeuwen De Vroege Middeleeuwen


Na de Romeinse tijd trad, als gevolg van volksverhuizingen tijdens de vijfde en de zesdeeeuw, een verregaande ontvolking van de noordelijke Nederlanden op. Hele volksstammen trokken in zuidelijke richting naar het voormalige Romeinse gebied.


Luchtfoto uit 2014 vanuit het zuiden gezien met rechts kasteel Drakestein en links het dorp de Lage Vuursche met als centrale weg de Dorpsstraat. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto uit 2014 vanuit het zuiden gezien met rechts kasteel Drakestein en links het dorp de Lage Vuursche met als centrale weg de Dorpsstraat. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Deze ontwikkeling zal zich in het woongebied van de Utrechtse Heuvelrug hebben doen gelden in de vorm van een daling van de bevolkingsdichtheid. In de Karolingische tijd (750-900 na Chr.) begon de bevolking weer te groeien. Bestaande bewoningslocaties namen in omvang toen nieuwe nederzettingen ontstonden. Men moet zich overigens niet te veel voorstellen van de bewonersaantallen.


Gezicht in een bos te Lage Vuursche met een grote zwerfkei in de periode 1850-1870. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200915. Gezicht in een bos te Lage Vuursche met een grote zwerfkei in de periode 1850-1870. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200915.



De vroeg-middeleeuwse nederzettingen op de Utrechtse Heuvelrug werden gevormd door kleine agrarische gemeenschappen van hooguit enkele tientallen personen. We zouden ons kunnen voorstellen dat ook Baarn hiertoe behoorde.Waar de nederzetting toen lag en hoe deze eruit zag, weten we niet. In ieder geval zal de gemeenschap in hoge mate zelfvoorzienend zijn geweest.


Gezicht op de hermitage annex kapel, een folly in het park van kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn), met rechts een gedeelte van de vijver. Dit bouwwerk is in 1956 gesloopt. In de periode 1895-1898 naar een tekening van W. Zwart. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 206542. Gezicht op de hermitage annex kapel, een folly in het park van kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn), met rechts een gedeelte van de vijver. Dit bouwwerk is in 1956 gesloopt. In de periode 1895-1898 naar een tekening van W. Zwart. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 206542.



Men verbouwde zijn eigen voedsel. Omdat de teelt van akkergewassen op de van nature arme zandgrond niet goed mogelijk was zonder bemesting, beschikten de boeren naast bouwland ook over enig vee.

Zoon stond een landbouwsysteem dat gebaseerd was op een gemengde bedrijfsvoering. Tijdens de Vroege Middeleeuwen speelden de bossen een belangrijke rol in de agrarischebedrijfsvoering.


Huize Venwoude te Lage Vuursche in 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Huize Venwoude te Lage Vuursche in 2014. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Bos maakte op den duur plaats voor heide. Een belangrijk kenmerk van het nieuwe landbouwsysteem was de aanleg van grotere akkercomplexen of essen. (In de provincie Utrecht worden deze engen genoemd.) De hogere terreingedeelten van de Utrechtse Heuvelrug waren te droog en dus ongeschikt om als akkerland te benutten


Gezicht in een bos te Lage Vuursche met een grote zwerfkei in 1880 - 1920. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200914. Gezicht in een bos te Lage Vuursche met een grote zwerfkei in 1880 - 1920. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200914.



Slechts een zone middelhoge gronden (rond de +5 m NAP) langs de randen van de stuwwallen kwam in aanmerking. Om de bodemvruchtbaarheid van een zich uitbreidend bouwlandareaal op peil te kunnen houden paste men hier het systeem van plaggenbemesting toe.


Het dorp de Lage Vuursche vanuit het zuiden gezien met met middenboven huize Klein Drakestein. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Het dorp de Lage Vuursche vanuit het zuiden gezien met met middenboven huize Klein Drakestein. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Daarbij werden de dierlijke meststoffen vermengd met heideplaggen, grasplaggen, bosstrooisel en/of zand, waarna verspreiding plaatsvond over de akkers.

Zo ontstond een karakteristiek ophogingsdek. In het geval van Baarn boden de flanken van de twee kleine stuwwalkernen een gunstige locatie. Door hun aanleg tegen deze geïsoleerde heuvels kregen de engen hier een min of meer ovale vorm.


Luchtfoto vanuit het noorden gezien van het dorp de Lage Vuursche in 2014 met midden onder het restaurant met golfbaan aan de Dorpsstraat 2. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto vanuit het noorden gezien van het dorp de Lage Vuursche in 2014 met midden onder het restaurant met golfbaan aan de Dorpsstraat 2. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Het grootste oude akkercomplex binnen de gemeente lag ten noorden van de dorpskern van Baarn. Op de eerste kadastrale kaart van de gemeente laat dit complex zich nog duidelijk onderscheiden van het aangrenzende bos en weiland door een afwijkende perceel-structuur.


Luchtfoto uit 2014 met midden rechtsonder de voortuin van kasteel Klein Drakestein en middenboven het dorp de Lage Vuursche. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Luchtfoto uit 2014 met midden rechtsonder de voortuin van kasteel Klein Drakestein en middenboven het dorp de Lage Vuursche. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..


 

 Van Bronstijd tot Middeleeuwen  

Tekening van de Stulpkerk in Lage Vuursche te Baarn in 1930-1940 naar een tekening van Adri Pieck. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1001-200. Tekening van de Stulpkerk in Lage Vuursche te Baarn in 1930-1940 naar een tekening van Adri Pieck. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1001-200.



Het gebruik om doden onder of in grafheuvels te begraven hield stand tot ver in de Bronstijd. Vaak werden in een eenmaal opgeworpen heuvel steeds opnieuw doden bijgezet, waarbij het oorspronkelijke heuvellichaam soms werd opgehoogd.


Gezicht op de voor- en rechtergevel van het kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1905-1909. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 129345. Gezicht op de voor- en rechtergevel van het kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1905-1909. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 129345.



Ze dienden niet alleen als leverancier van hout maar vooral als weidegebied. Het weiden van runderen en varkens vond namelijk plaats op open plekken in het bos. Het areaal bouwland was beperkt. Bij de boerderijen lagen kleine akkertjes (huis-kampen) waarop een groot aantal verschillende gewassen werd geteeld. De lager gelegen beek- en rivierdalen speelden in die tijd slechts een beperkte rol als weide en hooiland. 


Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.



Die functie zou zich pas in de Late Middeleeuwen verder ontwikkelen. 1718Esaanleg, heidevorming en veenontginning. Rond het jaar duizend, trad een verandering op in het agrarisch systeem, die belangrijke landschappelijke gevolgen zou hebben.


De Dorpsstraat te Lage Vuursche in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.395. De Dorpsstraat te Lage Vuursche in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.395.



Toename van de bevolking leidde tot intensievere grondgebruik. De hoeveelheid akkerland werd sterk vergroot. Voor voldoende mest-voorziening diende ook de veestapel te worden uitgebreid. Intensievere beweiding had tot gevolg dat de woeste gronden van de Utrechtse Heuvelrug steeds meer ten nutte werden gemaakt.


Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 uit 1838 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Boerderij aan de 300 Roedenlaan 1 uit 1838 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.



De eng was onderverdeeld in zowel smalle als wat bredere, noord-zuid georiënteerde stroken. Deze strookvormige percelering duidt op een systematische ontginning. Het bouwland werd aan de noordzijde begrensd door een achterweg. Schuin over de akkers liep de Zandvoort(er)weg, een nog steeds bestaand element in het Baarnse stratenpatroon.


Het dorp de Lage Vuursche vanuit het westen gezien in 2014 met middenin de huizen aan de Eikenlaan met rechtsboven van het midden kasteel Drakestein. Linksonder de tuin en het terrein van huize Klein Drakestein. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Het dorp de Lage Vuursche vanuit het westen gezien in 2014 met middenin de huizen aan de Eikenlaan met rechtsboven van het midden kasteel Drakestein. Linksonder de tuin en het terrein van huize Klein Drakestein. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



Tijdens de tweede helft van de negentiende eeuw werd reeds een groot deel van het akkercomplex geclaimd voor woningbouw. In de loop van de twintigste eeuw zou om dezelfde reden de laatste restanten van dit deel van het gemeentelijk grondgebied aan het agrarisch gebruik onttrekken.

Als gevolg van bosaanplant, vanaf de achttiende eeuw op grote schaal uitgevoerd op initiatief van landgoedeigenaren, zijn de overige Baarnse engen tegenwoordig ook niet meer als zodanig in het landschap te herkennen.


Het dorp de Lage Vuursche vanuit het westen gezien in 2014 met middenin de huizen aan de Eikenlaan met linksboven van het midden kasteel Drakestein. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V.. Het dorp de Lage Vuursche vanuit het westen gezien in 2014 met middenin de huizen aan de Eikenlaan met linksboven van het midden kasteel Drakestein. Foto: Slagboom en Peeters Luchtfotografie B.V..



De voormalige akkercomplexen bij Hooge en Lage Vuursche en die ten zuiden van het dorp Baarn, kunnen in bodemkundig opzicht nog wel worden geclassificeerd als en keer gronden, zijnde engen met een ophogingsdek van meer dan vijftig centimeter.


Gezicht op de hermitage annex kapel, een folly in het park van kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1895-1898. Dit bouwwerk is in 1956 gesloopt. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202711. Gezicht op de hermitage annex kapel, een folly in het park van kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1895-1898. Dit bouwwerk is in 1956 gesloopt. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202711.



Zoals reeds opgemerkt raakten de hoger gelegen zandgronden in de Late Middeleeuwen op grote schaal ontbost door intensieve beweiding, de winning van hout en het steken van plaggen. Hierdoor ontwikkelde zich een heidevegetatie met relatief weinig boomopslag.

Op de gemeenschappelijk gebruikte heidevelden werden schapen gehouden en ook stak men er zoden voor de plaggen bemesting. Vanwege de toenemende druk op de hoge gronden van het zandgebied werden de lagebroekgronden ten westen van de Eem op meer intensieve wijze in gebruik genomen als hooi- en weiland. Deze graslanden waren van belang als leverancier van wintervoer voor het vee.


Gezicht op de hermitage annex kapel, een folly in het park van kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1895 naar een tekening van W. Zwart. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202712. Gezicht op de hermitage annex kapel, een folly in het park van kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1895 naar een tekening van W. Zwart. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202712.



De weinig regelmatige verkaveling wijst op een individuele, niet van hogerhandgeorganiseerde ontginning. Wanneer de systematische veenontginning van Eemland precies is begonnen, is niet bekend. Vermoedelijk heeft de bisschop van Utrecht, volgens het 'wildernisregaal' landsheer van dit nog ongecultiveerde gebied, in de twaalfde eeuw hiertoe opdracht gegeven.

Voor de hand liggend is een verband tussen ontginning en afwateringssituatie. De ontwatering van het veengebied werd rond die tijd aanmerkelijk verbeterd nadat een serie stormvloeden - met name bekend is de Allerheiligenvloed van 1170 – een deel ervan had weggeslagen.


Gezicht op de voor- en de zijgevel van een boerderij bij Lage Vuursche in de sneeuw in 1895. Naar een tekening van W. Zwart. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202422. Gezicht op de voor- en de zijgevel van een boerderij bij Lage Vuursche in de sneeuw in 1895. Naar een tekening van W. Zwart. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202422.



De toplaag van het veen verdroogde, waardoor occupatie mogelijk werd. In de dertiende eeuw was reeds een aanzienlijk deel in het noorden van het veengebied ontgonnen. De rivier de Eem heeft waarschijnlijk als ontginningsbasis gediend.

Van daaruit zijn evenwijdig aan elkaar ontwateringssloten gegraven, waardoor een opstrekkende strokenverkaveling ontstond. Het binnen Baarn gelegen deel van Eemland, het gemeentelijk grondgebied ten oosten van de Eem, kreeg als achtergrens de Achtereemlandse Wetering.


Gezicht op het kapelletje in het park van het kasteel Drakenstein (Slotlaan) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502412. Gezicht op het kapelletje in het park van het kasteel Drakenstein (Slotlaan) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502412.



Turfwinning


Afgezien van ontginning voor agrarisch gebruik is er in de Middeleeuwen ook met een ander doel grond in exploitatie genomen en wel voor de turfwinning. In de tiende eeuw stond de toenmalige Utrechtse bisschop Balderik een gebied bij de (Lage) Vuursche, dat hij op zijn beurt in 935 had verkregen van de Duitse keizer Otto I, in leen af aan het Utrechtse kapittel van Sint Jan. De hier aanwezige veengrond, toen nog één geheel met het grotere Soester veen, zou later door het kapittel worden afgegraven voor de winning van turf.


Gezicht op het kapelletje aan de vijver in het park van het kasteel Drakenstein (Slotlaan) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502413. Gezicht op het kapelletje aan de vijver in het park van het kasteel Drakenstein (Slotlaan) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502413.



Om het transport te vergemakkelijken verzocht men de Stichtse bisschop een vaart te mogen graven van de Vuursche naar de Eem. Daartoe verleende bisschop Otto III het kapittel van Sint Jan in 1239 een vergunning.

Dit resulteerde in de aanleg van de Oude Gracht. Een restant hier van vinden we nu nog terug in de vorm van een smalle wetering op het grondgebied van de gemeente Soest tussen het buurtschap Soestdijk en het gehucht Grote Melm aan de Eem.


Gezicht op de voorgevel van het logement Van Oosterom (Dorpsstraat 2) te Lage Vuursche (gemeente Baarn). De naam logement Van Oosterom is later gewijzigd in hotel De Lage Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 602249. Gezicht op de voorgevel van het logement Van Oosterom (Dorpsstraat 2) te Lage Vuursche (gemeente Baarn). De naam logement Van Oosterom is later gewijzigd in hotel De Lage Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 602249.



Op het einde van de veertiende eeuw voldeed de Oude Gracht niet meer aan de gestelde eisen. Daarom ging men, nadat de Utrechtse bisschop in 1398 toestemming had gegeven, over tot modernisering van deze turfvaart. De bovenloop van de Oude Gracht werd verbreed en uitgediept.


Gezicht op de Nederlands-hervormde kerk (Hoge Vuurseweg 4) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502414. Gezicht op de Nederlands-hervormde kerk (Hoge Vuurseweg 4) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502414.



De benedenloop kreeg een gewijzigd, meer noordelijk tracé dat vanaf Soestdijk in een bijna rechte lijn op de Eem werd geprojecteerd. Deze (gedeeltelijk) nieuwe waterloop duidde men aan met de naam van Pijnenburgergrift of Praamgracht. De laatste naam hield verband met de platte schuiten of pramen waarmee de turf werd vervoerd.


Interieur van de Nederlands Hervormde kerk te Lage Vuursche (gemeente Baarn) na restauratie: de kerkzaal met banken en orgel in 1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92878. Interieur van de Nederlands Hervormde kerk te Lage Vuursche (gemeente Baarn) na restauratie: de kerkzaal met banken en orgel in 1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92878.



Behalve in het zuiden is ook in het noorden van de gemeente op enige schaal turf ge- Broekgrond: lager gelegen, drassig land. Regaal: koninklijk of landsheerlijk recht. Op grond van het wildernis regaal werd het onbeheerde, niet in cultuur gebrachte gebied buiten de gemeenschappelijk gebruikte gronden van de buurtschappen geacht te behoren tot het domein van de landsheer wonnen. Sinds 1340 was Werner van Drakenburg, heer van het gelijknamige kasteel, als vervener actief in de grenszone met Eemnes en Hilversum.


Interieur naar het oosten in de Stulpkerk aan de Hoge Vuurseweg 4 in september 1981. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 227.806. Interieur naar het oosten in de Stulpkerk aan de Hoge Vuurseweg 4 in september 1981. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 227.806.



Ook hier vinden we een transportkanaaltje naar de Eem, de Drakenburgergracht of -wetering, aangelegd aan het einde van de veertiende eeuw. Een landmeterskaart van omstreeks 1700 maakt nog melding van het steken van veen in deze omgeving


Pastorie aan de Hoge Vuurscheweg 2 in Lage Vuursche in oktober 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 85.034. Pastorie aan de Hoge Vuurscheweg 2 in Lage Vuursche in oktober 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 85.034.



Overigens kreeg Werner van Drakenburg in 1359 eveneens de veengronden bij de Vuursche in erfpacht. Daar is de turfwinning voort gegaan tot op het pleistocene zand. In het noorden van Baarn, langs de grens met Eemnes ,vinden we nog wel enige restanten veengrond.

Een bijzonder infrastructureel element dat (vanwege de samenhang met de voormalige veenbedekking) interessant is, is de Soestdijk. Hoewel de naam het doet vermoeden heeft de Soestdijk nooit een waterkerende functie gehad.


Smederij aan de Dorpsstraat 7-9 te Lage Vuursche in oktober 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 85.033. Smederij aan de Dorpsstraat 7-9 te Lage Vuursche in oktober 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 85.033.



Deze dijk op de grens van Soest en Baarn werd niet lang voor 1378 aangelegd in opdracht de bisschop als verhoogde weg door de brede strook onontgonnen veenland tussen beide plaatsen.

Vooral in perioden van regen en dooi vormde dit moerassige veen een hindernis voor het verkeer. De bisschop zal de Soestdijk hebben laten aanleggen als droge doorgangsweg naar Huis ter Eem,dat in het midden van de veertiende eeuw in zijn bezit was gekomen.


Gezicht op een rij berken langs een rand van de bossen bij Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502416. Gezicht op een rij berken langs een rand van de bossen bij Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502416.



De ligging was zo gekozen dat deze aansloot bij een zuidwaartse uitstulping van de Baarnse  zandgronden waardoor de lengte van de dijk beperkt kon blijven. Het veen aan weerszijden van de Soestdijk werd na aanleg van de Praamgracht stelselmatig afgeturfd.

De exploitatie ging hier, zoals vermeld, door tot op de onderliggende zandgronden. Met het veen verdween ook het dijklichaam. Het tracé van de Soestdijk werd in de achttiende eeuw opgenomen in dat van de Amsterdamsestraatweg.


Huis aan de Dorpsstraat 22 in 1963 te Lage Vuursche. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.399. Huis aan de Dorpsstraat 22 in 1963 te Lage Vuursche. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.399.



De naam Soestdijk is binnen Baarn evenwel blijven bestaan als die voor het paleis van de Oranjes, dat in de tweede helft van de zeventiende eeuw aan de verhoogde doorgangsweg gebouwd werd als jachtslot. Nederzettingen Van de drie bewoningskernen binnen de gemeente zijn Baarn en Eembrugge van middeleeuwse ouderdom. Lage Vuursche is pas na de Middeleeuwen tot ontwikkeling gekomen bij het rond het midden van de zeventiende eeuw vernieuwde kasteel Drakestein.

Zodoende komen hieronder alleen Baarn en Eembrugge ter sprake.


Gezicht in de Dorpsstraat met rijen loofbomen en bebouwing te Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het zuiden; met rechts de voorgevels van de huizen Dorpsstraat 19-lager in de periode 1925-1929. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15091. Gezicht in de Dorpsstraat met rijen loofbomen en bebouwing te Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het zuiden; met rechts de voorgevels van de huizen Dorpsstraat 19-lager in de periode 1925-1929. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15091.


 

Baarn


Hoewel voor de kern Baarn, gelet op de regionale ontginningsgeschiedenis en de specifieke nederzettingsstructuur, een vroegmiddeleeuwse ouderdom niet onaannemelijk is,ontbreken historische of archeologische bronnen die dit vermoeden kunnen bevestigen.


Huize Venwoude te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Huize Venwoude te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.



Weliswaar maakt de lokale geschiedschrijver T. Pluim melding van de vondst van een vroegchristelijk kerkhof uit de achtste eeuw (aan de Kerkstraat) maar zowel de vondst als de datering moeten, vanwege onvoldoende informatie en onjuiste interpretatie, als onbetrouwbaar worden beschouwd. De oudste vermelding van de plaatsnaam dateert 'pas' van 1280.


Grazende koeien op de heide bij het Pluismeer. Bron: Wikimedia Commons. Grazende koeien op de heide bij het Pluismeer. Bron: Wikimedia Commons.



Het betreft een oorkonde waarin wordt bepaald dat de grondbelasting van bepaalde landerijen, onderhorig aan de abdij van Elten, in de Stichtse dorpen Soest, Baarnen Eemnes in het vervolg toekomt aan de graaf van Holland. Deze belasting of thijns diende betaald te worden 'onder de linden op het kerkhof van Baarn'.


Huis aan de Dorpsstraat 13 (links) en 17 (rechts) te Lage Vuursche in april 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 116.542. Huis aan de Dorpsstraat 13 (links) en 17 (rechts) te Lage Vuursche in april 1968. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 116.542.



Hieruit mogen we concluderen dat Baarn in de dertiende eeuw een eigen kerk bezat en zo doende als plaats enige betekenis had. Mogelijk zal deze kerk evenals haar opvolger gestaan hebben aan de Brink, het plein dat zich zou ontwikkelen tot centrale ruimte binnen het dorp.


Gezicht in de Dorpsstraat met rijen loofbomen en bebouwing te Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het noorden. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15098. Gezicht in de Dorpsstraat met rijen loofbomen en bebouwing te Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het noorden. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15098.



Zo'n brink vormde een essentieel onderdeel van de agrarische nederzettingen langs de Utrechtse Heuvelrug. De oorspronkelijke betekenis van brink is 'rand'. Aanvankelijk was dit dan ook een plek aan de rand van het dorp - aan de kant van de natte broekgronden – waar het vee werd samengedreven voor de nacht en te drinken kreeg.


Schilderij M.d'Hondecoeter, J.W.N.Anna Reejust, 1671-1691, M.David de Wildt, op de achtergrond Drakestein. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 33.440. Schilderij M.d'Hondecoeter, J.W.N.Anna Reejust, 1671-1691, M.David de Wildt, op de achtergrond Drakestein. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 33.440.



 De Baarnse brink vertoont een trechtervorm. Dit had een functionele achtergrond. Deze trechter vormde namelijk het eindpunt van de vroegmiddeleeuwse veedriften die hier vanuit het westen bijeen kwamen.


Gezicht op de voor- en rechtergevel van een boerderij aan de Zeven Lindenlaan bij Hoge Vuursche te Baarn in de periode 1870-1875. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92202. Gezicht op de voor- en rechtergevel van een boerderij aan de Zeven Lindenlaan bij Hoge Vuursche te Baarn in de periode 1870-1875. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92202.



De belangrijkste weidegebieden lagen toen immers nog op de hogere zandgronden.Uitgaande van de oorspronkelijke betekenis van het woord zal de eerste dorpsbebouwing van Baarn perifeer ten opzichte van de Brink hebben gelegen.


Gezicht in de Dorpsstraat met loofbomen en bebouwing te Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het noorden in de periode 1925-1930. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15101. Gezicht in de Dorpsstraat met loofbomen en bebouwing te Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het noorden in de periode 1925-1930. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15101.



Pas in een latere fase, aan het einde van of wellicht zelfs na de Middeleeuwen, werden de boerderijen en andere onderkomens direct rond het veeplein geschaard. In dit beeld passen de (weinige) laat-middeleeuwse vondsten die in de kern zijn gedaan.


Toegangshek van kasteel Drakestein in november 1983. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 246.671 . Toegangshek van kasteel Drakestein in november 1983. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 246.671 .



Zo zijn bewoningsresten uit de twaalfde een dertiende eeuw aangetroffen op twee in elkaars nabijheid gelegen locaties aan de Leestraat en de Laanstraat, ruim vijfhonderd meter ten westen van de Brink.


De Dorpsstraat te Lage Vuursche. Bron: Wikipedia Commons. De Dorpsstraat te Lage Vuursche. Bron: Wikipedia Commons.



De eerste echte bewoningssporen in de directe omgeving van de Brink dateren, ondanks vele graaf-werkzaamheden, niet eerder dan uit de achttiende eeuw. Deze gegevens wijzen erop dat het zwaartepunt van de bebouwing in de loop der tijd in oostelijke richting is verschoven van de genoemde locaties aan de Leestraat en de Laanstraat naar de Brink.


Gezicht in een bos te Lage Vuursche met een grote zwerfkei uit de periode 1850-1870. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200915. Gezicht in een bos te Lage Vuursche met een grote zwerfkei uit de periode 1850-1870. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 200915.



Wellicht werd deze verschuiving naar een wat lagere locatie (van 7,5m naar 5m +NAP) op de stuwwal-flank veroorzaakt door de ontginning van Eemland, die het grondwaterpeil in de noord oostelijke randzone van de Utrechtse Heuvelrug moet hebben verlaagd.


Gezicht in de Slotlaan met rijen loofbomen en een rustiek hek te Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het westen in 1900-1905. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15107. Gezicht in de Slotlaan met rijen loofbomen en een rustiek hek te Lage Vuursche (gemeente Baarn) uit het westen in 1900-1905. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15107.



In ieder geval zal de oprichting van een kerk aan de Brink een stimulerende rol hebben gespeeld. Zo'n belangrijk (religieus) ontmoetingscentrum werkte namelijk ook de vestiging van niet agrarische functies in de hand zoals een rechthuis, een herberg en een smederij.


Gezicht op de hermitage annex kapel, een folly in het park van kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn). Dit bouwwerk is in 1956 gesloopt in 1895-1898. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202712. Gezicht op de hermitage annex kapel, een folly in het park van kasteel Drakenstein te Lage Vuursche (gemeente Baarn). Dit bouwwerk is in 1956 gesloopt in 1895-1898. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 202712.



Keuterboertjes en landarbeiders kregen veelal een mindere plek aan de brink of langs één van de naar het plein leidende wegen. Een voorbeeld van zo'n weg in Baarn is de Laanstraat, gezien haar ligging waarschijnlijk een oude veedrift.


Gezicht op een meertje bij de bossen van Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502417. Gezicht op een meertje bij de bossen van Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1910-1915. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 502417.



Sommige boeren zullen hun boerderij juist dicht bij het bouwland hebben geplaatst, aan de rand van de grote noordereng of de kleinere akkercomplexen ten zuiden van het dorp. Aldus voltrok zich de ontwikkeling van de Brink van perifeer veeplein tot centrale dorpsruimte.


Gezicht op de zessprong van zandpaden in het gemengde bos te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1920-1925. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15127. Gezicht op de zessprong van zandpaden in het gemengde bos te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1920-1925. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15127.



In de veertiende eeuw kreeg Baarn, dan te typeren als een es- of engdorp met een centralebrink, meer zelfstandigheid. Volgens een oorkonde uit 1310 vervielen toen bepaalde heerlijke verplichtingen zoals horigheid.

Vanaf die tijd werden er ook schepenen uit het dorp aangesteld die zelfstandig recht spraken. Omstreeks 1350 verleende de Utrechtse bisschop de inwoners van Baarn bepaalde stadsrechten, waaronder ook het recht van zelfbestuur.


Gezicht op de provinciale weg no. 15 (traject Soestdijk-Bilthoven), ter hoogte van de Lage Vuursche, die verbeterd wordt in 1930-1935. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842621. Gezicht op de provinciale weg no. 15 (traject Soestdijk-Bilthoven), ter hoogte van de Lage Vuursche, die verbeterd wordt in 1930-1935. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 842621.



Hiertoe behoorde niet het 'recht van poorterij'. Men mocht derhalve de nederzetting niet versterken door middel van een muur of wal. De stadsrechtverlening, die in 1426 en 1457 werd vernieuwd en bevestigd, hield waarschijnlijk verband met de strategisch belangrijke ligging van Baarn in de veel omstreden grenszone tussen 't Sticht en het graafschap Holland. De bisschop wilde zo blijk geven van zijn gezag over dit gebied.


Gezicht op de tol, het tolhuis en rijen loofbomen in de weg Hilversum-Lage Vuursche bij de Hooge Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1920-1925. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15131. Gezicht op de tol, het tolhuis en rijen loofbomen in de weg Hilversum-Lage Vuursche bij de Hooge Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1920-1925. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15131.



Om die reden kregen ook Eembrugge, Eemnes en Bunschoten een stadsjuridische status. De landsheer hoopte wellicht dat deze plaatsen zouden uitgroeien tot militaire, politieke of economische steunpunten.


Gezicht op de zandweg Hilversum-Lage Vuursche met naaldbomen te Hilversum (N-H.) in de periode 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15123. Gezicht op de zandweg Hilversum-Lage Vuursche met naaldbomen te Hilversum (N-H.) in de periode 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15123.



Tot een echte stedelijke ontwikkeling kwam het echter niet. Het stadsrecht bleef een papieren zaak en kwam nimmer tot uiting in de omvang, vorm of functie van de nederzettingen. Bij gebrek aan eigen verdedigingsmogelijkheden sloten de Baarnaars in 1443 een overeenkomst van onderlinge bijstand met Amersfoort.


Gezicht op de voor- en rechtergevel van de pastorie (Hoge Vuurseweg 2) en achter- en linkergevel van de Nederlands-hervormde kerk (Hoge Vuurseweg 4) te Lage Vuursche (gemeente Baarn); met omringende tuin in 1935-1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15140. Gezicht op de voor- en rechtergevel van de pastorie (Hoge Vuurseweg 2) en achter- en linkergevel van de Nederlands-hervormde kerk (Hoge Vuurseweg 4) te Lage Vuursche (gemeente Baarn); met omringende tuin in 1935-1940. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15140.



Dit gaf hen de mogelijkheid om in tijden van nood bescherming te zoeken achter de muren van deze stad. In 1481 heeft men daarvan dankbaar gebruik gemaakt toen troepen van de graaf van Holland bij een wraakactie Eemland binnenvielen en achtereenvolgens Eemnes, Baarn en Soest plunderden en platbrandden.


Gezicht op een meertje aan de rand van heidevelden en een bos met naaldbomen te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1925-1927. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15243. Gezicht op een meertje aan de rand van heidevelden en een bos met naaldbomen te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1925-1927. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15243.



Deze gebeurtenis, bekend als de Kerstbrand van 1481 waarbij alleen de kerk en enkele huizen gespaard bleven, betekende voor Baarn een grote klap. Een periode van stagnatie brak aan. De volgende eeuwen zou Baarn er niet in slagen uit te groeien boven het peil van een eenvoudige agrarische nederzetting van slechts zo'n driehonderd inwoners die akkerbouw en schapenhouderij als voornaamste bronnen van bestaan hadden.


Gezicht over de vijver op de achtergevel van het kapelletje in het park van het kasteel Drakestein (Slotlaan 3-6, 9) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1905-1910. Het kapelletje is later afgebroken. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15175. Gezicht over de vijver op de achtergevel van het kapelletje in het park van het kasteel Drakestein (Slotlaan 3-6, 9) te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1905-1910. Het kapelletje is later afgebroken. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15175.


   

Nederzettingsvorming, Lage Vuursche


In het algemeen verschenen er op de buitenplaatsen rond Baarn de nodige bijgebouwen zoals een koetshuis, stallen en schuren. Soms kreeg ook het personeel een aparte behuizing. Een voorbeeld hiervan is de 'Zes Woningen' bij de buitenplaats Groeneveld aan de Amsterdamsestraatweg. In één geval leidde de stichting van een nieuwe buitenplaats tot het ontstaan van een complete nederzetting, namelijk Lage Vuursche.


Gezicht op de oude smidse te Lage Vuursche in 1958. Naar een tekening va. P. Braakhuis. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 206256. Gezicht op de oude smidse te Lage Vuursche in 1958. Naar een tekening va. P. Braakhuis. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 206256.



De naam Vuursche komen we al vroeg tegen in een oorkonde uit 935 als de gebiedseduiding 'Furs' wat, gelijk gesteld aan fors(t), foreest of bos betekent. Het gebied is rijk aan hout. Een nederzetting lag er nog niet.


Dienstwoning van de buitenplaats 'Klein Drakestein' aan de Kloosterlaan 2. Bron: Wikipedia Michiel1972. Dienstwoning van de buitenplaats 'Klein Drakestein' aan de Kloosterlaan 2. Bron: Wikipedia Michiel1972.



In de loop van de Middeleeuwen Zou beide de plaats innemen van het bos. In deze omgeving liet heer Werner van Drakenburg omstreeks 1360 de hofstede Drakestein bouwen. Deze Werner, tevens kasteelheer van Drakenburg aan de noordrand van Baarn, had zijn oog namelijk laten vallen op de naburige veen gronden die hij wilde exploiteren voor de turfwinning.


Gezicht op de zijgevels van een boerderij met hooiberg en schuur bij de Hooge Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn). In de periode 1895-1900. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15216. Gezicht op de zijgevels van een boerderij met hooiberg en schuur bij de Hooge Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn). In de periode 1895-1900. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15216.



 Drakestein bleef eeuwenlang solitair gelegen. Dat veranderde na 1634. Toen kwam het gebied van de Vuursche met Drakestein in één hand en verkreeg het de status van zelfstandig ambacht met eigen jurisdictie.


Interieur van het logement Van Oosterom (Dorpsstraat 2) te Lage Vuursche (gemeente Baarn): de keuken met schouw met enkele personen in klederdracht. De naam logement Van Oosterom is later gewijzigd in hotel De Lage Vuursche. In de periode 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15213. Interieur van het logement Van Oosterom (Dorpsstraat 2) te Lage Vuursche (gemeente Baarn): de keuken met schouw met enkele personen in klederdracht. De naam logement Van Oosterom is later gewijzigd in hotel De Lage Vuursche. In de periode 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15213.



Om meer inhoud te geven aan dit vrije bezit besloot jonkheer Gerard van Reede, zoon en erfgenaam van de eerste ambachtsheer, hier een dorp te stichten. Hij liet de hofstede in 1640 vervangen door het huidige Drakestein en ten westen hiervan aan de Vuurse Steeg (later Dorpsstraat) een nederzetting aanleggen.


Gezicht op de korenmolen te Lage Vuursche (gemeente Baarn). De molen is in 1903 afgebroken. In de periode 1900-1902. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15217. Gezicht op de korenmolen te Lage Vuursche (gemeente Baarn). De molen is in 1903 afgebroken. In de periode 1900-1902. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15217.



Haaks op de Slotlaan kwam lineaire bebouwing tot stand waaronder een rechthuis, een tolhuis en een aantal woningen. In 1659 werd door de bewoners van de Lage Vuursche een kerkje in gebruik genomen, gelegen op een perceel tussen de Slotlaan en de Hoge Vuurseweg. Aan de overzijde van de kerk verrees een schooltje.


Gezicht op een meertje aan de rand van heidevelden en een bos met naaldbomen te Lage Vuursche (gemeente Baarn). In de periode 1930-1935. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15245. Gezicht op een meertje aan de rand van heidevelden en een bos met naaldbomen te Lage Vuursche (gemeente Baarn). In de periode 1930-1935. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15245.



Ten noorden van het kersverse kasteelgehucht werd eveneens in 1659 een kleine korenmolen opgericht. Blijkens een tekening uit die tijd was dit een zogenaamde wipmolen. Dit is bijzonder omdat dit type maar weinig voorkwam in deze streken en in het algemeen zeker niet werd gebruikt voor het malen van graan. Het lijkt waarschijnlijk dat men bij de graafwerkzaamheden voor de nederzettings aanlegde zogenoemde 'Dolmen' heeft aangetroffen.


Gezicht in een laan met rijen loofbomen in het bos bij het natuurvriendenhuis Ons Honk te Lage Vuursche (gemeente Baarn). in 1946-1947. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15236. Gezicht in een laan met rijen loofbomen in het bos bij het natuurvriendenhuis Ons Honk te Lage Vuursche (gemeente Baarn). in 1946-1947. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15236.



Deze forse kei, gelegen aan de Dorpsstraat tegenover de Slotlaan, is in het verleden zowel door deskundigen als leken aangemerkt als een offersteen of zelfs als een heus hunebed.


Gezicht op een meertje aan de rand van heidevelden en een bos met naaldbomen te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1925-1927. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15243. Gezicht op een meertje aan de rand van heidevelden en een bos met naaldbomen te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in 1925-1927. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15243.



Gezien de vorm en ligging van het object hebben we hier echter te maken met een imposante, doch doodgewone zwerfsteen, achtergelaten door het Scandinavisch landijs! De eerste bewoners van de Lage Vuursche zullen de kei hebben opgesteld als aandachtstrekker bij de entree van het dorpje.


Gezicht op een meertje aan de rand van een bos met naaldbomen te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1915-1920. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15247. Gezicht op een meertje aan de rand van een bos met naaldbomen te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1915-1920. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15247.



Vanuit die optiek mag de plaatsing van de Dolmen in het verleden op de lijst van wettelijk beschermde rijksmonumenten als een misverstand worden beschouwd. Behoudens enige bescheiden nieuwbouw deden zich bij de Lage Vuursche na de stichting geen belangrijke ruimtelijke ontwikkelingen meer voor. Illustratief hiervoor is het feit dat het dorpje omstreeks 1800 nog altijd niet meer dan zo'n twintig huizen en circa honderdvijftig inwoners telde.


Gezicht op de voorgevel van het hotel De Lage Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1870-1875. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92641. Gezicht op de voorgevel van het hotel De Lage Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1870-1875. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 92641.


      

DE VUURSCHE TOLLENKWESTIE

Kopergravure van dorpsgezicht De Lage Vuursche te Baarn in 1788. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1921-072. Kopergravure van dorpsgezicht De Lage Vuursche te Baarn in 1788. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1921-072.



Naar onderzoek en tekst Kees Floor, De Bilt, Tijdschrift: Baerne, december 2020


 

DE VUURSCHE TOLLENKWESTIE


In de loop van de 19e eeuw werden overal in Nederland de hoofdwegen - oude zandpaden over de heide en over dijken die platgereden waren door paard en wagen - stuk voor stuk bestraat op initiatief van vermogende burgers, ook in de gemeente Baarn.

 Rijke Amsterdammers met buitenhuizen in deze omgeving wilden minder tijd doorbrengen in de
vaak oncomfortabele koets en trekschuit waarmee ze jaarlijks de trek uit de grote stad ondernamen, met in hun kielzog het huishoudelijk personeel en het benodigde meubilair dat
bij het naderen van de herfst ook allemaal weer terug moest naar de stad.

De geldschieters van een dergelijke straatweg verkregen het recht tol te heffen op het tra-
ject dat zij gefinancierd hadden. Onderstaand een reconstructie van de tollenkwestie net na
de Tweede Wereldoorlog bij kasteel Drakensteyn.


De Dorpsstraat te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. De Dorpsstraat te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.



Op zaterdagochtend 8 mei 1948 ging W. Knecht hoofdagent van politie te Baarn, tevens onbezoldigd rijksveldwachter - polshoogte nemen op de Zevenlindenweg in Lage Vuursche. De weg werd gebruikt voor het verkeer naar Baarn en op die laan was op dat moment tuinman C. Blauwendraat samen met collega A. van der Starre bezig dwars over de weg een greppel te graven. Beide mannen waren bosarbeider en in dienst van mevrouw Bosch van Drakestein, ter plaatse ook wel 'de Spaanse donna Maria' genoemd.


De Kuil van Drakestein. Bron: Wikimedia Commons. De Kuil van Drakestein. Bron: Wikimedia Commons.



Via haar rentmeester Streef had ze de opdracht gegeven het wegdek te vernielen om zo het verkeer te belemmeren of onmogelijk te maken. De greppel was 50 cm breed en ongeveer even diep. De bedoeling was dat haar mannen vervolgens dwars over de Koudelaan een tweede en gelijksoortige
greppel zouden graven.

Hoofdagent Knecht vroeg zich af of mevrouw Bosch eigenlijk wel eigenaresse was van de vernielde weg. Hij stak zijn licht op bij H. van de Hoef, boswachter bij Staatsbosbeheer. Deze wist hem te vertellen dat ze slechts op de helft van de weg eigendomsrechten kon doen gelden; de andere weghelft was van Staatsbosbeheer.


Huis aan de Hilversumse Straatweg 22 te Lage Vuursche in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.400. Huis aan de Hilversumse Straatweg 22 te Lage Vuursche in 1963. Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) te Amersfoort, beeldbank, documentnummer: 87.400.



De boswachter gaf dan ook aan voorman W. Hardeman de opdracht het gedeelte dat eigendom van de Staat was, weer in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen. Tevens deed hij aangifte van het vernielen van de openbare weg.

Ruim drie weken later verzocht de Baarnse burgemeester mr Frans van Beeck Calkoen per brief d.d. 31-05-1948 gericht aan de Spaanse donna Maria alle maatregelen na te laten die zouden kunnen leiden tot een conflict met de bestaande voorschriften. Daarbij noemde hij expliciet het afsluiten van wegen en het aanbrengen van draadversperringen.

Ook de pers zou later melden dat ze prikkeldraadversperringen had ingezet om het verkeer over haar grondgebied te beletten. Eerder al had ze de Stulpselaan afgesloten, waarna een inwoner uit Zeist in de mist tegen de totaal onverwachte slagboom aan reed, hetgeen aanzienlijke schade tot gevolg had gehad.


Ondertekening van de boedelscheiding door mevrouw Ancher-Bosch van Drakestein en zoon Paulus Jan Bosch van Drakestein op zaterdag 22 december 1866 ten overstaan van de Baarnse notaris Hendrik Pen na het overlijden van vader jhr. Frederik Herbert Jan Lodewijk Bosch van Drakestein (1799-1866). Bron: Archief Eemland, 0443 428, aktenummer: 4004. Ondertekening van de boedelscheiding door mevrouw Ancher-Bosch van Drakestein en zoon Paulus Jan Bosch van Drakestein op zaterdag 22 december 1866 ten overstaan van de Baarnse notaris Hendrik Pen na het overlijden van vader jhr. Frederik Herbert Jan Lodewijk Bosch van Drakestein (1799-1866). Bron: Archief Eemland, 0443 428, aktenummer: 4004.



Boedelscheiding na het overlijden van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1825-1894) vond plaats op zaterdag 5 januari 1895 ten overstaan van de 's-Hertogebosche notaris Vincent van der Mortel.

Bron: Erfgoed 's-Hertogenbosch, 0072, 1419.

Boedelscheiding na overlijden van jhr. Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1871-1911) vond plaats te Baarn ten overstaan van de Baarnse notaris F.P.E. van Dithuyzen op donderdag 14 maart 1912.

Bron: Archief Eemland, 0443, 101.


Tekening van het pannenkoekenhuis Lage Vuursche te Baarn in 1955-1965 naar een tekening van Adri Pieck. Bron; Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1001-184. Tekening van het pannenkoekenhuis Lage Vuursche te Baarn in 1955-1965 naar een tekening van Adri Pieck. Bron; Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1001-184.


        

Straatnaambord 'Notaris van de Mortellaan' in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Notaris van de Mortellaan' in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Krantenbericht uit de gemeente Rosmalen waarbij de nieuwe straatnaam 'Notaris van de Mortellaan' werd vastgesteld in 1958. Bron: Delpher.nl. Krantenbericht uit de gemeente Rosmalen waarbij de nieuwe straatnaam 'Notaris van de Mortellaan' werd vastgesteld in 1958. Bron: Delpher.nl.


Straatnaambord 'Notaris van de Mortellaan' in Rosmalen in juli 2022 met verwijzingspijl. Foto: Sander van Scherpenzeel. Straatnaambord 'Notaris van de Mortellaan' in Rosmalen in juli 2022 met verwijzingspijl. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022 bij de kruising met de Molenstraat. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022 bij de kruising met de Molenstraat. Foto: Sander van Scherpenzeel.


Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel. Gezicht op de Notaris van de Mortellaan in Rosmalen in juli 2022. Foto: Sander van Scherpenzeel.


 

Boete

Kaart van de Hoge Vuurseweg in de jaren 50 van de twintigste eeuw. Bron: Archief Eemland. Kaart van de Hoge Vuurseweg in de jaren 50 van de twintigste eeuw. Bron: Archief Eemland.



Het incident op de Zevenlindenweg gebeurde ongeveer twee weken nadat jhr Paulus Jan Bosch van Drakestein, ter plaatse bekend als 'de jonker', in hoger beroep was veroordeeld tot een boete van f 25 of vijf dagen hechtenis wegens het wederrechtelijk heffen van tol aan de Vuursche Steeg. Op die plek was sinds omstreeks 1854 tol geheven, maar de vergunning daarvoor was in 1944 komen te vervallen.


Het Nonnenland in 2011 (3). Bron: Wikimedia Commons. Het Nonnenland in 2011 (3). Bron: Wikimedia Commons.



Toch had hij drie jaar later door zijn zaakwaarnemer weer een tolboom laten plaatsen en was de 73-jarige tolgaarster Hendrika Kuus op 25 januari 1947 weer begonnen met het innen van tolgelden. De jonker en zijn vrouw waren namelijk van mening dat het recht daartoe hen nog steeds toekwam. Overigens stond de politie van De Bilt diezelfde dag nog op de stoep.


Het Nonnenland in 2011 (2). Bron: Wikimedia Commons. Het Nonnenland in 2011 (2). Bron: Wikimedia Commons.



De tolgaarster werd gesommeerd de tolboom te openen en geopend te houden, waarna het Openbaar Ministerie de tolboom aan de ketting legde. De veroordeling en de opgelegde boete leidden tot de nodige irritatie bij het echtpaar, die kennelijk tot ontlading kwam bij onder andere de graafwerkzaamheden op de Zevenlindenweg. De jonker en zijn vrouw bleven echter onbevoegden weren van hun eigendommen en hielden vast aan het recht van tolheffing. Hadden ze een punt?


   

Plattegrond Lage Vuursche: Utrechtseweg of Maartensdijkselaan (Koudelaan), weg naar Loosdrecht (Loosdrechtse spoor), weg naar Hilversum (Kloosterlaan), weg naar Baarn (eerst Hooge Vuurscheweg, vanaf de driesprong noordoostwaarts Zevenlindenweg), weg naar Soestdijk (300 Roedenlaan) en de Vuursche Steeg. Rechts - buiten beeld- de Stulpselaan. Uitsnede van een schets ter toelichting op de concessieaanvraag in 1853 van jhr mr Frederik L.H.J. Bosch van Drakestein (1825-1894) voor het verharden van de Vuursche Steeg met recht tot tolheffing. De donker getinte weggedeelten betreffen de te verharden wegen. Plattegrond Lage Vuursche: Utrechtseweg of Maartensdijkselaan (Koudelaan), weg naar Loosdrecht (Loosdrechtse spoor), weg naar Hilversum (Kloosterlaan), weg naar Baarn (eerst Hooge Vuurscheweg, vanaf de driesprong noordoostwaarts Zevenlindenweg), weg naar Soestdijk (300 Roedenlaan) en de Vuursche Steeg. Rechts - buiten beeld- de Stulpselaan. Uitsnede van een schets ter toelichting op de concessieaanvraag in 1853 van jhr mr Frederik L.H.J. Bosch van Drakestein (1825-1894) voor het verharden van de Vuursche Steeg met recht tot tolheffing. De donker getinte weggedeelten betreffen de te verharden wegen.



De Vuursche tol

Dorpsgezicht Lage Vuursche met tolboom anno 1788, door graficus K.F. Bendorp naar een tekening van Jan Bulthuis (coll. Streekarchief Gooi en Vechttreek). Dorpsgezicht Lage Vuursche met tolboom anno 1788, door graficus K.F. Bendorp naar een tekening van Jan Bulthuis (coll. Streekarchief Gooi en Vechttreek).



In Lage Vuursche werd al sinds jaar en dag tol geheven. In de 18e eeuw stond de tolboom midden in het dorp bij het Rechthuis. In die tijd waren de meeste wegen nog zandwegen; grind- of straatwegen waren zeldzaam. In de 19e eeuw begon dat langzaam te veranderen: er werd gewerkt aan de verbetering van het bestaande wegennet en de uitbreiding daarvan.

Het Rijk en de provincie beschikten echter niet over voldoende middelen om alle gewenste plannen te realiseren, maar (vermogende) particulieren boden de helpende hand. Ze konden een concessie aanvragen, die vervolgens werd toegekend bij Koninklijk Besluit (KB). In zo'n besluit werd onder andere vastgelegd hoe de aanleg of verharding van een weg moest worden uitgevoerd. Tegelijkertijd kregen de zogeheten concessionarissen toestemming om tol te heffen of de tol te verpachten.

Een lijst met toegestane tarieven werd bij het KB gevoegd en bij de tolboom moest een bord
komen waarop de toltarieven waren vermeld.


 

De Vuursche Steeg

De Nederlandse Hervormde Kerk van het dorp de Lage Vuursche. Bron: Bijzondere Collecties Leiden - Geheugen.delpher.nl. De Nederlandse Hervormde Kerk van het dorp de Lage Vuursche. Bron: Bijzondere Collecties Leiden - Geheugen.delpher.nl.



Een van de wegen die volgens deze formule werd verhard, was de Vuursche Steeg, gelegen in de gemeenten De Vuursche en De Bilt. In 1853 werd namelijk aan het Eerste Kamerlid jhr. mr Frederik Lodewijk Herbert Jan Bosch van Drakestein (1799-1866) een concessie verleend om deze weg te verharden met grind. Het ging om het traject van het huis Drakestein langs het logement De Vuursche tot aan het kruispunt bij het reeds (en nog) bestaande tolhuis aan de Maartensdijkseweg. Bosch mocht tol heffen voor het gebruik van de weg, op voorwaarde dat het tolhek zou worden geplaatst in de buurt van dat tolhuis. De tolboom bij het logement De Vuursche moest worden geruimd en de tolheffing op die plek moest stoppen.


Het dorp de Lage Vuursche met links de Nederlandse Hervormde Kerk en recht de molen Bosch van Drakestein. Bron: Bijzondere Collecties Leiden - Geheugen.delpher.nl. Het dorp de Lage Vuursche met links de Nederlandse Hervormde Kerk en recht de molen Bosch van Drakestein. Bron: Bijzondere Collecties Leiden - Geheugen.delpher.nl.



Zes jaar later volgde een concessie voor het begrinden van het verlengde van de Vuursche Steeg (thans Vuurscheweg, Bilthoven) tot aan de straatweg van De Bilt naar Soestdijk. De aansluiting tussen de beide wegen moest gerealiseerd worden op een punt iets ten noorden van een van de tolhuizen aan die straatweg, de zogeheten tol op de heide, waar op dat moment G. Verhoef woonde. Concessionaris Bosch mocht ook voor het gebruik van dit gedeelte tol heffen; de tolboom moest weer geplaatst worden bij het tolhuis aan de Maartensdijkseweg.


Dit tarievenbord stond bij de tol op de Hilversumseweg (foto: Jacq. Stevens/De Gooi- en Eemlander). Dit tarievenbord stond bij de tol op de Hilversumseweg (foto: Jacq. Stevens/De Gooi- en Eemlander).



In de KB's waarin een en ander werd geregeld, ontbrak een datum waarop de concessie zou aflopen. Wel werd nadrukkelijk vermeld dat de tolopbrengsten waren bedoeld voor goed en duurzaam onderhoud van de weg en dat de concessie zou worden ingetrokken als dat niet het geval zo bleek te zijn. Ook was tolheffing uitsluitend toegestaan volgens de bijgevoegde tarievenlijsten.


Jaarlijkse rekening aan de Provinciale Staten van Utrecht, waarbij de familie Bosch van Drakestein, de opbrengsten van tolheffing in de Lage Vuursche moest verantwoorden. Dit is de rekening uit 1909. Bron: HUA. Jaarlijkse rekening aan de Provinciale Staten van Utrecht, waarbij de familie Bosch van Drakestein, de opbrengsten van tolheffing in de Lage Vuursche moest verantwoorden. Dit is de rekening uit 1909. Bron: HUA.


Jaarlijkse rekening aan de Provinciale Staten van Utrecht, waarbij de familie Bosch van Drakestein, de opbrengsten van tolheffing in de Lage Vuursche moest verantwoorden. Dit is de rekening uit 1906 met de handtekening van jhr. Frederik Bosch van Drakestein.. Bron: HUA. Jaarlijkse rekening aan de Provinciale Staten van Utrecht, waarbij de familie Bosch van Drakestein, de opbrengsten van tolheffing in de Lage Vuursche moest verantwoorden. Dit is de rekening uit 1906 met de handtekening van jhr. Frederik Bosch van Drakestein.. Bron: HUA.


Jaarlijkse rekening aan de Provinciale Staten van Utrecht, waarbij de familie Bosch van Drakestein, de opbrengsten van tolheffing in de Lage Vuursche moest verantwoorden. Dit is de rekening uit februari 1919 met de handtekening van de heer Loten van Doelen Grothe, de tweede echtgenoot van mevrouw, Rouppe van der Voort... Bron: HUA. Jaarlijkse rekening aan de Provinciale Staten van Utrecht, waarbij de familie Bosch van Drakestein, de opbrengsten van tolheffing in de Lage Vuursche moest verantwoorden. Dit is de rekening uit februari 1919 met de handtekening van de heer Loten van Doelen Grothe, de tweede echtgenoot van mevrouw, Rouppe van der Voort... Bron: HUA.


 

 Veranderend verkeersaanbod

Gezicht in de oprijlaan met loofbomen van het kasteel Drakenstein (Slotlaan 3-6, 9) te Lage Vuursche (gemeente Baarn); met op de achtergrond de voorgevel van het kasteel en rechts een bouwhuis in 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15154. Gezicht in de oprijlaan met loofbomen van het kasteel Drakenstein (Slotlaan 3-6, 9) te Lage Vuursche (gemeente Baarn); met op de achtergrond de voorgevel van het kasteel en rechts een bouwhuis in 1905-1910. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15154.



In het begin van de 20e eeuw trad er verandering op in de manier waarop men zich beroepsmatig of recreatief ging verplaatsen. Fiets, motorfiets en personenauto werden steeds populairder, en eerder al was het verkeer van vrachtauto's en bussen flink toegenomen.

Ook bij de tolheffing kon men steeds minder om deze nieuwe vervoersmiddelen heen en moesten de tarievenlijsten, en dus ook de concessies, aangepast worden aan de nieuwe situatie. Dat gebeurde bij de Vuursche Steeg uiteindelijk in 1919.

Aan het iets geactualiseerde tarievenoverzicht werden gemotoriseerde voertuigen toegevoegd. De schaapskuddes, koebeesten, hondenkarren en mallejans bleven echter tot de formele beëindiging van de tolheffing tijdens de Tweede Wereldoorlog op de tarievenlijst vermeld staan.


Fragment van een kadastrale kaart van Groot Drakestein in kleur gearceerd diverse percelen van diverse eigenaren rond 1960-1970. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Fragment van een kadastrale kaart van Groot Drakestein in kleur gearceerd diverse percelen van diverse eigenaren rond 1960-1970. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Beperkte duur

Fragment van een kadastrale kaart van Groot Drakestein van de kadastrale gemeente De Bilt. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Fragment van een kadastrale kaart van Groot Drakestein van de kadastrale gemeente De Bilt. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Het KB van 1919 was het eerste in een reeks waarin de toestemming tot tolheffing voor een beperkte duur werd verleend. De concessionaris moest steeds voor het aflopen van een periode verlenging aanvragen, die slechts via een nieuw KB kon worden toegestaan.

Eerst ging het nog om een periode van drie jaar, uiteindelijk was het nog slechts een half jaar.
Sinds 1932 was de concessie in handen van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, achterklein-
zoon van de eerste concessionari en die was verleend tot en met 30 juni 1944; een verzoek
tot verlenging werd niet ingediend of was niet ontvangen.


Fragment van de kadastrale kaart van Groot Drakestein van de kadastrale gemeenten De Bilt En Baarn, sectie F (Lage Vuursche) en het landgoed Splinterenburg. In rood gearceerd de gronden van diverse percelen eigenaren in de periode 1960-1970. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Fragment van de kadastrale kaart van Groot Drakestein van de kadastrale gemeenten De Bilt En Baarn, sectie F (Lage Vuursche) en het landgoed Splinterenburg. In rood gearceerd de gronden van diverse percelen eigenaren in de periode 1960-1970. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Het was overigens zeer twijfelachtig of een aanvraag van de jonker zou zijn gehonoreerd.
Hoewel de tol winstgevend was - hij hield er in de jaren 1930 gemiddeld f 1.500,- per jaar
aan over - kwam dat geld niet ten goede aan het onderhoud van de slecht begaanbare weg.


Huis aan de Dorpsstraat 19-23 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Huis aan de Dorpsstraat 19-23 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.



Voor Rijk, provincie en betrokken gemeenten, nieuw KB kon worden toegestaan. Eerst ging
het nog om een periode van drie jaar, uiteindelijk was het nog slechts een half jaar.
Sinds 1932 was de concessie in handen van Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein, achterkleinzoon van de eerste concessionaris en die was verleend tot en met 30 juni 1944; een verzoek
tot verlenging werd niet ingediend of was niet ontvangen. Het was overigens zeer twijfelachtig of een
aanvraag van de jonker zou zijn gehonoreerd. Hoewel de tol winstgevend was - hij hield er
in de jaren 1930 gemiddeld f 1.500,- per jaar aan over - kwam dat geld niet ten goede aan
het onderhoud van de slecht begaanbare weg.


Prent van het Wapen van de ambachtsheerlijkheid De Vuursche te Baarn. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1921-074. Prent van het Wapen van de ambachtsheerlijkheid De Vuursche te Baarn. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1921-074.



Voor Rijk, provincie en betrokken gemeenten, de Vuursche was inmiddels toegevoegd aan
de gemeente Baarn, was de kous daarmee af: voortaan was de Vuursche Steeg tolvrij.


  

Het tolhuis op de hoek van de Maartensdijkseweg en de Vuursche Steeg, ca. 1950 (RHCVV). Het tolhuis op de hoek van de Maartensdijkseweg en de Vuursche Steeg, ca. 1950 (RHCVV).



Wederrechtelijke tolheffing

Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (0). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813. Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (0). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813.



Althans, dat had hij moeten zijn. De tol bleef echter gewoon illegaal in gebruik. De gemeente Baarn had dat geconstateerd en werd erdoor in verlegenheid gebracht. De toch al niet als daadkrachtig bekend staande burgemeester Godert Jacob Karel baron van Lynden van Horstwaerde en Riethoeven zocht contact met de provincie om te overleggen over een eventueel optreden.

Dat gaf hooguit aanleiding tot enkele dreigbrieven van de kant van het provinciebestuur; een toezegging van Bosch van Drakestein om verder van tolheffing af te zien kwam er niet. Tijdens onderhandelingen over het beëindigen van de tol toonde de jonker zich volgens de provincie 'onhandelbaar', dus dat leverde niets op.


Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (1). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813. Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (1). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813.



In de winter 1944/45 werd de tol echter op last van de bezettende macht blijvend opengesteld. Na de bevrijding werd het enige tijd stil rond de tol. Het echtpaar Bosch van Drakestein werd als politieke delinquenten vastgezet.

n 1946 vernietigde een Utrechts tribunaal echter de drie tegen het echtpaar ingebrachte beschuldigingen, zodat ze op 15 oktober van dat jaar vrij kwamen en hun vermeende rechten op tolheffing weer konden doen gelden. Op 25 januari 1947 werd de tolheffing hervat; het leverde de jonker de eerder genoemde boete van f 25,- op.


Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (2). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813. Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (2). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813.



Zo gemakkelijk kwam kasteelvrouwe Marita de la Concepcion Fernanda Timotea Antonia Sorela y del Corral er na het aan het begin beschreven incident in 1948 niet vanaf, zoals we verderop zullen zien. Maar eerst gaan we na of de kwaliteit van de weg het draagvlak voor tolheffing ten goede had kunnen komen.


Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (3). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813. Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (3). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813.


Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (4). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813. Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (4). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813.


Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (5). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813. Collegebesluit van burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt van dinsdag 20 september 1949 om het onderhoud van de Vuurschesteeg (Vuursesteeg) over ten nemen van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein (1901-1955) (5). Bron: Archief Eemland, 0480, 1813.


 

Slecht wegdek

Gezicht in een weg met struiken te Lage Vuursche (gemeente Baarn); met op de achtergrond een tolhek in 1925-1928. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15132. Gezicht in een weg met struiken te Lage Vuursche (gemeente Baarn); met op de achtergrond een tolhek in 1925-1928. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15132.



Dat bleek beslist niet het geval. In oktober 1945 attendeerden de bewoners van de Vuurscheweg, waaronder het gezin van de tolgaarster, het provinciebestuur op de slechte toestand waarin de weg zich bevond. In 1946 schreef mr dr C. Sleeswyk uit Lage Vuursche de gemeente Baarn dat de weg zienderogen verslechterde.

Hij zou er daarna nog enkele vervolgbrieven aan wijden. De directeur Gemeentewerken rapporteerde aan de burgemeester van Baarn en toonde keer op keer aan dat de weg zich in slechte staat bevond.


Militairen van het Regiment Grenadiers en Jagers op bezoek op Huis Drakestein in de periode 1969-1970. Middenin de kleine prins Willem-Alexander. Bron: nimh-beeldbank.defensie.nl, objectnummer: 2155_008248. Militairen van het Regiment Grenadiers en Jagers op bezoek op Huis Drakestein in de periode 1969-1970. Middenin de kleine prins Willem-Alexander. Bron: nimh-beeldbank.defensie.nl, objectnummer: 2155_008248.



De Baarnse huisarts H. Heijbroek, die enkele malen per week visites reed in Lage Vuursche,
was in 1948 bang dat zijn met grote moeite verworven nieuwe auto de ritten over de weg
vol kuilen niet lang zou kunnen volhouden.

Overste A.A.M. van Rhijn van het St. Elisabeth Sanatorium in Lage Vuursche vroeg het gemeentebestuur in datzelfde jaar actie te ondernemen omdat de weg, die ook gebruikt moest worden om haar bewoners bij ziekte per ambulance naar het ziekenhuis in Utrecht of Hilversum te vervoeren, een en al kuil was, zodat de te vervoeren patiënt onvermijdelijk doorelkaar geschud werd.


Het Nonnenland in 2011 (1). Bron: Wikimedia Commons. Het Nonnenland in 2011 (1). Bron: Wikimedia Commons.



Ook bij de ANWB en de KNAC regende het in die jaren klachten over de ondermaatse berijdbaarheid van de weg. Zondag 31 oktober 1948 vond er een ernstig verkeersongeluk plaats. Een motorrijder was door een van de vele kuilen die in de weg aanwezig waren, de macht over het stuur kwijtgeraakt en in een sloot terecht gekomen. Het slachtoffer moest met een hersenschudding per ambulance naar het ziekenhuis in Baarn vervoerd worden, wat voor Van Beeck Calkoen een aanleiding vormde om de jonker weer eens op zijn verplichtingen te wijzen.


Een jager biedt prinses Beatrix en prins Claus op Huis Drakestein namens het regiment een verjaardagscadeau aan in de periode 1967-1970. Bron: nimh-beeldbank.defensie.nl, objectnummer: 2155_008249. Een jager biedt prinses Beatrix en prins Claus op Huis Drakestein namens het regiment een verjaardagscadeau aan in de periode 1967-1970. Bron: nimh-beeldbank.defensie.nl, objectnummer: 2155_008249.



Op deze manier kon de jonker de erkenning van zijn tolrecht wel vergeten. De weg was bo-
vendien al voor de oorlog geplaatst op de provinciale lijst van tertiaire wegen. Er werd aan
gewerkt om al deze wegen zo spoedig mogelijk definitief tolvrij te maken, dus een terugkeer
naar tolheffing zat er dus echt niet in.


 

Veroordeling

Tekening van een boerderijtje bij de bosrand van de Lage Vuursche te Baarn naar een tekening van Adri Pieck. Bron: Museum Flehote, beeldbank, objectnummer	1001-169. Tekening van een boerderijtje bij de bosrand van de Lage Vuursche te Baarn naar een tekening van Adri Pieck. Bron: Museum Flehote, beeldbank, objectnummer 1001-169.



Het graven van greppels en het aanbrengen van versperringen op verkeerswegen kan uiteraard niet door de beugel. Donna Maria kreeg in oktober 1948 van de politierechter in Utrecht dan ook een maand gevangenisstraf opgelegd.


Krantenkoppen over de Vuursche Tollen Kwestie. Foto: Kees Floor. Krantenkoppen over de Vuursche Tollen Kwestie. Foto: Kees Floor.



Een jaar later werd ze door het gerechtshof in Amsterdam - na vier keer niet te zijn komen opdagen in hoger beroep bij verstek veroordeeld tot een maand voorwaardelijk en een boete van f. 1.000,- subsidiair 3 maanden hechtenis. De zaak werd in de media breed uitgemeten.
Vaak was het smullen van de sappige krantenverhalen met de aandachttrekkende koppen,
waarbij de waarheid en de realiteit soms uit het oog werden verloren Zo werden alle inci-
denten rond de tol op haar naam geschreven.


Gezicht op de slingervijver in het park van het landhuis De Hooge Vuursche (Hilversumsestraatweg 14) te Baarn in 1900-1904. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15201. Gezicht op de slingervijver in het park van het landhuis De Hooge Vuursche (Hilversumsestraatweg 14) te Baarn in 1900-1904. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15201.



De eerste boete van f 25,- was uitgedeeld aan de jonker voor het wederrechtelijk innen van tolgelden en niet, zoals de pers wilde doen geloven, aan zijn echtgenote vanwege het tijdens scheldpartijen beledigen van een ambtenaar in functie. De woordenwisselingen die zouden hebben plaatsgehad tussen de inspecteur van politie Brink uit De Bilt en de Madrileense Maria zijn niet in het opgemaakte proces-ver-baal terug te vinden.


Gezicht op de voorgevel van het landhuis De Hooge Vuursche (Hilversumsestraatweg 14) te Baarn uit het zuiden; met op de voorgrond de vijver en gazons in 1913. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15193. Gezicht op de voorgevel van het landhuis De Hooge Vuursche (Hilversumsestraatweg 14) te Baarn uit het zuiden; met op de voorgrond de vijver en gazons in 1913. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15193.


 

Hetze

Kasteel de Hoge Vuursche in de periode 1920-1940. Bron: Fototechnische Dienst Luchtvaartafdeeling, nimh-beeldbank.defensie.nl. Kasteel de Hoge Vuursche in de periode 1920-1940. Bron: Fototechnische Dienst Luchtvaartafdeeling, nimh-beeldbank.defensie.nl.



In de kranten werd de kasteelvrouwe bij voorkeur aangeduid met haar volledige naam: Maria de la Concepcion Fernanda Timotea Antonia Sorela y del Corral. Alle vooroordelen en stereotypen die er over Spaanse dames de ronde deden, werden uit de kast gehaald. Men aarzelde niet te beginnen over Spaans temperament, Spaanse opvliegendheid en Spaans bloed dat botste met de Nederlandse nuchterheid en in opstand kwam tegen Nederland en de Nederlandse wet. Ze werd een recalcitrante Spaanse jonkvrouw genoemd, die haar omgeving trachtte te terroriseren. Ze negeerde hooghartig de Tachtigjarige oorlog en ging tolgeld heffen van onze brave weggebruikers.


Gezicht op de vijver en de voorgevel van het paviljoen met in het park van het huis de Hooge Vuursche I te Baarn; met op de voorgrond de volière in 1787. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 95094. Gezicht op de vijver en de voorgevel van het paviljoen met in het park van het huis de Hooge Vuursche I te Baarn; met op de voorgrond de volière in 1787. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 95094.



Aantoonbaar niet waar, want de tolheffing was in gang gezet door de zaakwaarnemer van de
jonker. Ook duidde men haar aan als Spaanse schone, om vervolgens in hetzelfde artikel te
melden dat ze vier keer niet was komen opdagen. De rechtbankverslaggevers hadden haar
dus niet in levende lijve gezien. Ze konden zich dan ook onmogelijk zelf een oordeel gevormd
hebben over haar uiterlijk, zo dat al voor het verslaan van de rechtszaak relevant zou zijn geweest. Tenslotte werd haar nog haar oorlogsverleden aangewreven, waarvan ze eerder was
gezuiverd.


Gezicht op de tol, het tolhuis en rijen loofbomen in de weg Hilversum-Lage Vuursche bij de Hooge Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1920-1925. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15131. Gezicht op de tol, het tolhuis en rijen loofbomen in de weg Hilversum-Lage Vuursche bij de Hooge Vuursche te Lage Vuursche (gemeente Baarn) in de periode 1920-1925. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 15131.



De 'hetze' in de pers ging Maria bepaald niet in de koude kleren zitten. Toen een verslaggever van Het Vrije Volk, die in 1951 bij een poging tot een interview niet verder was gekomen dan het hek van Drakesteyn, schreef dat ze een jaar geïnterneerd was geweest in verband met door haar aan Duitse officieren bewezen attenties, was de maat vol. Ze klaagde de krant in de persoon van chef-redacteur E. Messer aan vanwege het artikel dat ter zitting eufemistisch weinig vleiend voor mevrouw Bosch van Drakestein werd genoemd en ze gaf aan dat ze steeds aan de goede kant had gestaan.


Gezicht op de voorgevels van het huis de Hooge Vuursche I met bouwhuizen met omringend park te Baarn in 1787. Bron: Het Utrechts Archief, Erfgoedstuk Foto 95090 Gezicht op de voorgevels van het huis de Hooge Vuursche I met bouwhuizen met omringend park te Baarn. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 95090. Gezicht op de voorgevels van het huis de Hooge Vuursche I met bouwhuizen met omringend park te Baarn in 1787. Bron: Het Utrechts Archief, Erfgoedstuk Foto 95090 Gezicht op de voorgevels van het huis de Hooge Vuursche I met bouwhuizen met omringend park te Baarn. Bron: Het Utrechts Archief, catalogusnummer: 95090.



Dat de verslaggever ook nog had geschreven dat zij een tirannieke verschijning was die niet scheen
te weten dat de Tachtigjarige oorlog al lang voorbij is liet haar koud. De krant werd veroordeeld wegens smaadschrift en kreeg een boete opgelegd van f 300,-. Aanvankelijk had de kasteelvrouwe een schadevergoeding geëist van f 10.000,-, maar die eis trok ze later weer in.


Luchtfoto van kasteel De Hooge Vuursche tussen 1920-1940. Bron: Fototechnische Dienst Luchtvaartafdeeling, nimh-beeldbank.defensie.nl. Luchtfoto van kasteel De Hooge Vuursche tussen 1920-1940. Bron: Fototechnische Dienst Luchtvaartafdeeling, nimh-beeldbank.defensie.nl.


  

Vertrek uit Drakestein

Plattegrond van de te verleggen binnenweg over het kasteelterrein van Drakestein en de te verharden Hoge Vuurseweg in 1929. In opdracht van jonkheren H.P.J. Bosch van Drakestein (1903-1965) en P.J. Bosch van Drakestein (1901-1955). Bron: Het Utrechts Archief, 1209, 556. Plattegrond van de te verleggen binnenweg over het kasteelterrein van Drakestein en de te verharden Hoge Vuurseweg in 1929. In opdracht van jonkheren H.P.J. Bosch van Drakestein (1903-1965) en P.J. Bosch van Drakestein (1901-1955). Bron: Het Utrechts Archief, 1209, 556.



Achteraf zou het geld zeer welkom geweest zijn. In 1952 scheidde ze namelijk van tafel en
bed, en drie jaar later overleed haar gewezen echtgenoot op 54-jarige leeftijd aan een beroerte. Tóen bleek dat hij haar had onterfd, zodat ze haar uitgavenpatroon drastisch moest bijstellen.

Haar zoon verkocht het landgoed in 1959 aan prinses Beatrix, maar zijn moeder was het daar niet mee eens en weigerde tot het laatste moment het kasteel te verlaten. Later heeft ze nog wel geprobeerd de koop via de rechter ongedaan te maken, maar zonder succes. Uiteindelijk kwam ze, althans volgens een niet nagetrokken krantenbericht, bijstand trekkend te wonen op een zolderkamertje in Laanstraat 87 twee hoog tussen een drogisterij en een wassalon en tegenover een bar.

Vervolgens ebde de aandacht voor wat de Vuursche tollenkwestie was gaan heten, geleidelijk weg. Voortaan waren de wegen in de regio goed berijdbaar en tolvrij. Alleen het tolhuis op de hoek van de Vuursche Steeg en de Maartensdijkse weg, de zogenoemde 'Tol van Kuus', herinnert nog aan de verwikkelingen in het verleden.


Terrein van Staatsbosbeheer Utrecht afdeling Houtvesterij De Vuursche kadastrale percelen in de gemeente Baarn en Zeist. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Terrein van Staatsbosbeheer Utrecht afdeling Houtvesterij De Vuursche kadastrale percelen in de gemeente Baarn en Zeist. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.


 

Beeld

Kadastrale percelen in de gemeenten Baarn en Zeist in beheer en eigendom van Staatsbosbeheer, houtvesterij De Vuursche op het landgoed Venwoude. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Kadastrale percelen in de gemeenten Baarn en Zeist in beheer en eigendom van Staatsbosbeheer, houtvesterij De Vuursche op het landgoed Venwoude. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Afkomstig uit Het Utrechts Archief, tenzij anders aangegeven.


Verlegging van de Hoge Vuurseweg in de dorpskern van de Lage Vuursche in 1929 in opdracht van jhr. H.P.J. Bosch van Drakestein en jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1209 556. Verlegging van de Hoge Vuurseweg in de dorpskern van de Lage Vuursche in 1929 in opdracht van jhr. H.P.J. Bosch van Drakestein en jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1209 556.



Noten

Kaart van de boswachterij De Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Kaart van de boswachterij De Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



1.   Marita de la Concepcion F.T.A. Sorela y del Corral (Madrid, 1902- Baarn, 1984).

Trouwde in 1929 te Brussel met P.J. Bosch van Drakestein.


Percelenkaart van het terrein van landgoed (deel) Splinterenburg in De Bilt. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Percelenkaart van het terrein van landgoed (deel) Splinterenburg in De Bilt. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



2.   Noord-Bevelands Nieuws- en advertentieblad d.d. 21-08-1965.


Verlegging van de Hoge Vuurseweg in de dorpskern van de Lage Vuursche op 29 mei 1929 in opdracht van jhr. H.P.J. Bosch van Drakestein en jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1209 556. Verlegging van de Hoge Vuurseweg in de dorpskern van de Lage Vuursche op 29 mei 1929 in opdracht van jhr. H.P.J. Bosch van Drakestein en jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1209 556.



3.   Laanstraat 87 is tegenwoordig de locatie van bloemist Four Seasons (v/h de Minikorf), rechts
naast Jumbo Den Blanken. De bar heet nu Nieuw Tivoli (bron: adresboeken Groenegraf.nl).



Bronnen

Kadastralekaart van Drakestein in de rodenlijn gearceerd het terrein van Staatsbosbeheer, Boswachterij De Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Kadastralekaart van Drakestein in de rodenlijn gearceerd het terrein van Staatsbosbeheer, Boswachterij De Vuursche. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Archief Eemland (AE): toegang 0480-Gemeente Baarn 1814-1950, inv.nrs. 1775 en 1813.
Het Utrechts Archief (HUA): toegang 1201-Gedeputeerde Staten van Utrecht 1920-1954, inv.nrs. 5030, 5031 en 5052; en toegang 365-Familie Bosch van Drakestein, inv.nr. 22.


Tekening van het kerkje van de Lage Vuursche te Baarn, op het kerkhof is de begraafplaats van de familie Pieck in 1945-1955 naar een tekening van Adri Pieck. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer:	1001-159. Tekening van het kerkje van de Lage Vuursche te Baarn, op het kerkhof is de begraafplaats van de familie Pieck in 1945-1955 naar een tekening van Adri Pieck. Bron: Museum Flehite, beeldbank, objectnummer: 1001-159.



Regionaal Historisch Centrum Vecht en Venen (RHCVV): toegang 0895-Gemeente De Bilt 1811-
1931 (1966), inv.nr, 470 en toegang 1021-Gemeent-te De Bilt 1932-1987, inv.nr. 3147.
Streekarchief Gooi en Vechttreek.


Kaart van boswachterij De Vuursche met ingetekend de diverse boomsoorten in de bossen van Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1345. Kaart van boswachterij De Vuursche met ingetekend de diverse boomsoorten in de bossen van Drakestein. Bron: Het Utrechts Archief, 1345.



Vaderlandsche gezichten/Tegenwoordige Staat der Verenigde Nederlanden (1788)

Diverse krantenartikelen uit 1948-1952, 1959, 1965.



 Sint Elisabethkapel (Lage Vuursche) aan de Kloosterlaan 29

Verpleeghuis Sint Elisabeth (2013) aan de Kloosterlaan 29. Bron: Wikipedia Atsje - Eigen werk. Verpleeghuis Sint Elisabeth (2013) aan de Kloosterlaan 29. Bron: Wikipedia Atsje - Eigen werk.


Onderhandse akte uit 1926 van de broers jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein en jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein voor de verkoop van de diverse percelen bosgrond en dennengrond aan de Onze Lieve Vrouwe Stichting, gevestigd te Amersfoort aan zuster Johanna Abamders, als Presidente. Tante jkvr. Elisabeth Frederika Marie Bosch van Drakestein, stichtte het St. Elisabeth verpleeghuis. De broers Bosch van Drakestein verkochtte de grond aan de Kloosterlaan 29 voor f. 3.000-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7148 (648), 1926 mrt 23-1926 juni 11 648 108. Onderhandse akte uit 1926 van de broers jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein en jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein voor de verkoop van de diverse percelen bosgrond en dennengrond aan de Onze Lieve Vrouwe Stichting, gevestigd te Amersfoort aan zuster Johanna Abamders, als Presidente. Tante jkvr. Elisabeth Frederika Marie Bosch van Drakestein, stichtte het St. Elisabeth verpleeghuis. De broers Bosch van Drakestein verkochtte de grond aan de Kloosterlaan 29 voor f. 3.000-, gulden. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7148 (648), 1926 mrt 23-1926 juni 11 648 108.


Onderhandse akte uit 1926 van de broers jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein en jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein voor de verkoop van de diverse percelen bosgrond en dennengrond aan de Onze Lieve Vrouwe Stichting, gevestigd te Amersfoort aan zuster Johanna Abamders, als Presidente. Tante jkvr. Elisabeth Frederika Marie Bosch van Drakestein, stichtte het St. Elisabeth verpleeghuis. De broers Bosch van Drakestein verkochtte de grond aan de Kloosterlaan 29 voor f. 3.000-, gulden. (2) Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7148 (648), 1926 mrt 23-1926 juni 11 648 108. Onderhandse akte uit 1926 van de broers jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein en jhr. Herbert Paulus Jan Bosch van Drakestein voor de verkoop van de diverse percelen bosgrond en dennengrond aan de Onze Lieve Vrouwe Stichting, gevestigd te Amersfoort aan zuster Johanna Abamders, als Presidente. Tante jkvr. Elisabeth Frederika Marie Bosch van Drakestein, stichtte het St. Elisabeth verpleeghuis. De broers Bosch van Drakestein verkochtte de grond aan de Kloosterlaan 29 voor f. 3.000-, gulden. (2) Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7148 (648), 1926 mrt 23-1926 juni 11 648 108.



De Sint Elisabethkapel is een katholieke kapel aan de Kloosterlaan 29 van Lage Vuursche in de provincie Utrecht. De kloosterkapel is ontworpen door architect Van Ooijen (1893-1953), die in 1930 ook de aula van de katholieke universiteit van Nijmegen liet bouwen.

De Elisabethkapel hoorde vroeger bij het klooster in Lage Vuursche en is sinds 1993 onderdeel van het verpleeghuis Sint Elisabeth met de stichting Beukenstein als overkoepelende organisatie. De naamgeefster Sint Elisabeth is niet alleen de naam van de jonkvrouw, maar ook van de heilig verklaarde Elisabeth van Thüringen, de patrones van de charitas.


Het St. Elisabeth Klooster aan de Kloosterlaan 29 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons. Het St. Elisabeth Klooster aan de Kloosterlaan 29 te Lage Vuursche. Bron: Wikimedia Commons.



Klooster

De kapel bevindt zich rechts van het hoofdgebouw. Het klooster werd in 1927 gesticht voor de Congregatie van Onze Lieve Vrouw in Amersfoort. Twee jaar eerder had deze stichting een stuk grond aangeboden gekregen van jonkvrouw F.M. Bosch van Drakenstein.

Voorwaarde was wel dat er een kapel moest worden gesticht. Op de gevelsteen staat te lezen dat dit ter ere van de heilige maagd Maria was:Deze kapel met klooster is gesticht op initiatief van jonkvrouw  in het jaar O.H. 1927.

Het portret van de weldoenster hangt nog in de gang. Op de verdieping waren de cellen van de zusters. Het klokkentorentje op de kapel heeft een afgeplatte kegelvorm. De paraboolvorm van de inpandige portiek van het hoofdgebouw komt terug in de ingang van de kapel en in de kapelvensters. De klok werd na de bouw vier maal per dag geluid met een touw, tegenwoordig gaat dit elektrisch.


Portret van jkvr. Elisabeth Frederica Maria Bosch van Drakestein (1853-1931). Dochter van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein en Elisabeth Henrietta Johanna Bosch. Geboren in 1853 te Amsterdam en 10 november 1931 te Baarn. Elisabeth Bosch was gehuwd met op 2 augustus 1882 met Amandus Maria Prosper Ghislenus Schoorman. Elisabet was de oudere zus van jhr. Frederik Herbert Jan Lodewijk Bosch van Drakestein (1871-1911), heer van de Vuursche en Drakestein. Bron: Steen.Insteengebeiteld.nl. Portret van jkvr. Elisabeth Frederica Maria Bosch van Drakestein (1853-1931). Dochter van jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein en Elisabeth Henrietta Johanna Bosch. Geboren in 1853 te Amsterdam en 10 november 1931 te Baarn. Elisabeth Bosch was gehuwd met op 2 augustus 1882 met Amandus Maria Prosper Ghislenus Schoorman. Elisabet was de oudere zus van jhr. Frederik Herbert Jan Lodewijk Bosch van Drakestein (1871-1911), heer van de Vuursche en Drakestein. Bron: Steen.Insteengebeiteld.nl.



Sanatorium

In 1938 werd er een sanatorium bij gebouwd voor de behandeling van de nonnen die aan tuberculose leden. Om de genezing te bevorderen werden er draaibare tbc-huisjes geplaatst. Zo konden de patiënten in de zon en uit de wind worden gedraaid en konden zo lang buiten zijn. In 1978 wordt het klooster omgebouwd tot verpleeghuis. Ook inwoners van Lage Vuursche konden in het klooster terecht voor medische hulp. Op het terrein bevindt zich een "Lourdesgrot" met het beeld van de Heilige Bernadette. Ook in de glas-in-loodramen van de kapel is Bernadette te zien.

Anno 2021 is het St. Elisabeth verpleeghuis half afgebroken en verkeerd in slechte staat.


Rouwadvertentie voor jkvr. Elisabeth Frederica Maria Bosch van Drakestein (1853-1931) overleden op 78 jarige leeftijd. Bron: Delpher.nl. Rouwadvertentie voor jkvr. Elisabeth Frederica Maria Bosch van Drakestein (1853-1931) overleden op 78 jarige leeftijd. Bron: Delpher.nl.



Begraafplaats

Achter het complex bevindt zich de begraafplaats. Naast kloosterbewoners werden hier ook rectoren en weldoeners begraven. Petrus Antonius Nierman, emeritus-bisschop van Groningen bracht zijn emeritaat door in het Sint-Elisabethklooster. Hij werd hier in eerste instantie ook begraven, maar werd in 1988 herbegraven op het R.K. Kerkhof in de stad Groningen.


De eerste steenlegging door jkvr. Elisabeth Frederica Maria Bosch van Drakestein (1853-1931) in 1927. Bron: Steen.insteengebeiteld.nl. De eerste steenlegging door jkvr. Elisabeth Frederica Maria Bosch van Drakestein (1853-1931) in 1927. Bron: Steen.insteengebeiteld.nl.


      

 Kasteel Groeneveld, aan de Groeneveld 2 te Baarn  

Kasteel Groeneveld in Baarn gezien in juni 2008. Bron: Wikipedia. Kasteel Groeneveld in Baarn gezien in juni 2008. Bron: Wikipedia.



Kasteel Groeneveld is een landgoed in de gemeente Baarn. Het is in gebruik als "Buitenplaats voor stad en land" van Staatsbosbeheer. Een lange oprijlaan vanaf de Amsterdamsestraatweg vormt de zichtlaan van het landgoed. Deze zichtas loopt via de gang op de bel-etage door tot ongeveer twee kilometer in de bossen achter het kasteel. Vroeger liep de zichtas zelfs door tot de Monnikenberg richting Hilversum.


Op maandag 26 januari 1942 verkocht Hendrik Louis baron Taets van Amerongen, wonende te Berg aan Zee, gemeente Bergen, als lasthebber van Frederik Christiaan Hendrik baron Taets van Amerongen tot het overgaan van d everkoop van kasteel en landgoed Groeneveld te Baarn aan de Staat der Nederlanden, domein Staatbosbeheer voor een bedrag van f. 245.000-, gulden. Kaart binnen de rode rand is het landgoed Groeneveld. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7425 (925), 1942 jan. 2-1942 april 24 925 13. Op maandag 26 januari 1942 verkocht Hendrik Louis baron Taets van Amerongen, wonende te Berg aan Zee, gemeente Bergen, als lasthebber van Frederik Christiaan Hendrik baron Taets van Amerongen tot het overgaan van d everkoop van kasteel en landgoed Groeneveld te Baarn aan de Staat der Nederlanden, domein Staatbosbeheer voor een bedrag van f. 245.000-, gulden. Kaart binnen de rode rand is het landgoed Groeneveld. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7425 (925), 1942 jan. 2-1942 april 24 925 13.



In de zeventiende en achttiende eeuw was het gebruikelijk voor rijke Amsterdammers om een buitenplaats aan te schaffen waar tijdens de zomer kon worden verpoosd. Vaak liggen deze buitens op de grens van zand- en veengrond. De landgoederen in 't Gooi ('s-Graveland), langs de Vecht en aan de binnenduinrand (de Keukenhof) zijn hier voorbeelden van.


Vanuit Groeneveld richting Amsterdamsestraatweg. Rechts de ommuurde tuinen in november 2016. Bron: Wikipedia Tulp8 - Eigen werk. Vanuit Groeneveld richting Amsterdamsestraatweg. Rechts de ommuurde tuinen in november 2016. Bron: Wikipedia Tulp8 - Eigen werk.



Marcus Mamuchet (1575/76 – na 1638) was een telg uit een koperslagersfamilie, die uit Frankrijk gevlucht was uit angst voor religieuze vervolging. Omdat de familie ook eigenaar was van de heerlijkheid Houdringe ten zuidwesten van Lille, voegden zij aan de familienaam 'van Houdringen' toe. Hun zoon Andries (de) Mamuchet trouwde met Cornelia de Malepart, die onder meer de buitenplaats De Eult bij Soestdijk bezat. In 1671 verhuisden zij naar hofstede De Biesen bij Baarn aan de 'wegh naar 't groene wout' die ooit bij kasteel Drakenburg had gehoord. De Biesen was daarvoor in het bezit geweest van de familie Deutz, Andries was de zwager van Elisabeth Deutz. Na het overlijden van Andries op 8 september 1684 verwierf hun ongetrouwde zoon Marcus Mamuchet jr. de hofstede met het landgoed, dat drie kilometer lang was.

Hij liet in 1710 op de grond van een oude hofstede een vrijwel vierkant zomerverblijf bouwen. Het bestond uit het middengedeelte van het huidige hoofdgebouw, het koetshuis en de oranjerie. Het huis bestond uit een souterrain, een bel-etage en verdieping. Het had een omlopend schilddak met schoorstenen op de hoeken. De tuin werd aangelegd in de Franse, formele stijl. Ook het jagershuis links van de oprijlaan werd in die tijd gebouwd. Marcus leidde een teruggetrokken bestaan, wel ontving hij bezoek van zijn familie op het nabijgelegen Houdringe in De Bilt. Hij stierf kinderloos in 1730, zijn nichten verkochten het landgoed.


Op maandag 26 januari 1942 verkocht Hendrik Louis baron Taets van Amerongen, wonende te Berg aan Zee, gemeente Bergen, als lasthebber van Frederik Christiaan Hendrik baron Taets van Amerongen tot het overgaan van d everkoop van kasteel en landgoed Groeneveld te Baarn aan de Staat der Nederlanden, domein Staatbosbeheer voor een bedrag van f. 245.000-, gulden. Beschrijving met perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7425 (925), 1942 jan. 2-1942 april 24 925 13. Op maandag 26 januari 1942 verkocht Hendrik Louis baron Taets van Amerongen, wonende te Berg aan Zee, gemeente Bergen, als lasthebber van Frederik Christiaan Hendrik baron Taets van Amerongen tot het overgaan van d everkoop van kasteel en landgoed Groeneveld te Baarn aan de Staat der Nederlanden, domein Staatbosbeheer voor een bedrag van f. 245.000-, gulden. Beschrijving met perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7425 (925), 1942 jan. 2-1942 april 24 925 13.



De volgende bewoner was Cornelis Hasselaer die in 1735 op een veiling voor 3000 gulden de ambachtsheerlijkheid Eemnes-Binnen en -Buiten kocht. Hij overleed op 28 november 1737 en werd in de Sint-Nicolaaskerk begraven. Zijn zoon, Pieter Cornelisz. Hasselaer, 17 jaar oud, erfde de ambachtsheerlijkheid. Hij verkocht deze in 1755 en vertrok naar Indië.

De volgende bewoner was Jan Lucas van der Dussen. Rond 1760 werden aan het kasteel twee halfronde vleugels gebouwd. In 1774 kocht Hasselaer het kasteel terug. Na zijn overlijden in 1797 kwam het kasteel in handen van Joan Huydecoper van Maarsseveen (1769 – 1836).


Een van de bijgebouwen op het kasteelterrein van Groeneveld in juni 2008. Bron: Wikipedia. Een van de bijgebouwen op het kasteelterrein van Groeneveld in juni 2008. Bron: Wikipedia.



Bewoners en gebruikers

1696 – 1730 Marcus Mamuchet
1730 – 1735 Arend van der Waeyen
1735 – 1737 Cornelis Hasselaer
1737 – 1755 Pieter Cornelis Hasselaer
1755 – 1774 Jan Lucas van der Dussen
1774 – 1797 Pieter Cornelis Hasselaer
1797 – 1836 Joan Huydecoper van Maarsseveen
1836 – 1864 weduwe Johanna Louise van Tets
1864 – 1873 Sophia Fabricus van Leijenburg, getrouwd met mr. S.M. baron van Heemstra
1873 – 1921 Sophia van Heemstra, getrouwd met Louis Reinier baron Taets van Amerongen
1921 – 1940 weduwe Agneta Margaretha Catharina van Reenen (2e vrouw)
1940 – heden Staatsbosbeheer


Op maandag 26 januari 1942 verkocht Hendrik Louis baron Taets van Amerongen, wonende te Berg aan Zee, gemeente Bergen, als lasthebber van Frederik Christiaan Hendrik baron Taets van Amerongen tot het overgaan van d everkoop van kasteel en landgoed Groeneveld te Baarn aan de Staat der Nederlanden, domein Staatbosbeheer voor een bedrag van f. 245.000-, gulden. Beschrijving van familieleden Taets van Amerongen. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7425 (925), 1942 jan. 2-1942 april 24 925 13. Op maandag 26 januari 1942 verkocht Hendrik Louis baron Taets van Amerongen, wonende te Berg aan Zee, gemeente Bergen, als lasthebber van Frederik Christiaan Hendrik baron Taets van Amerongen tot het overgaan van d everkoop van kasteel en landgoed Groeneveld te Baarn aan de Staat der Nederlanden, domein Staatbosbeheer voor een bedrag van f. 245.000-, gulden. Beschrijving van familieleden Taets van Amerongen. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7425 (925), 1942 jan. 2-1942 april 24 925 13.



Het landgoed rond het kasteel is ongeveer 130 hectare en wordt beheerd door Staatsbosbeheer. Het park van kasteel Groeneveld werd aangelegd in de Hollandse Barokke stijl, die wordt gekenmerkt door strenge geometrische vormen en imponerende oprijlanen.
Toen in de achttiende en negentiende eeuw de Engelse landschapsstijl opgeld deed, werd het park omgevormd. Waterpartijen, heuvels, slingerende paden en boompartijen werden aangelegd.

Vooral na 1830 werd de landschapsstijl in Groeneveld geperfectioneerd. Ook werd er een ijskelder aangelegd. Deze bestaat nog en wordt nu bewoond door grootoorvleermuizen.
Nadat de tuin tientallen jaren was verwaarloosd, werd hij eind zeventiger jaren door Michael van Gessel gerestaureerd, waarbij hij de landschapsstijlen uit de verschillende perioden intact liet en samenbracht tot een geheel.


Het linker bijgebouw van kasteel Groeneveld in Baarn. Bron: Wikipedia. Het linker bijgebouw van kasteel Groeneveld in Baarn. Bron: Wikipedia.



Bouwwerken bij het kasteel
Ossenstal van kasteel Groeneveld
IJskelder van kasteel Groeneveld
Hoeve Ravenstein
Oranjerie van kasteel Groeneveld
Koetshuis van kasteel Groeneveld
Tuinmuur van kasteel Groeneveld
Museum


Op maandag 26 januari 1942 verkocht Hendrik Louis baron Taets van Amerongen, wonende te Berg aan Zee, gemeente Bergen, als lasthebber van Frederik Christiaan Hendrik baron Taets van Amerongen tot het overgaan van d everkoop van kasteel en landgoed Groeneveld te Baarn aan de Staat der Nederlanden, domein Staatbosbeheer voor een bedrag van f. 245.000-, gulden. Beschrijving van perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7425 (925), 1942 jan. 2-1942 april 24 925 13. Op maandag 26 januari 1942 verkocht Hendrik Louis baron Taets van Amerongen, wonende te Berg aan Zee, gemeente Bergen, als lasthebber van Frederik Christiaan Hendrik baron Taets van Amerongen tot het overgaan van d everkoop van kasteel en landgoed Groeneveld te Baarn aan de Staat der Nederlanden, domein Staatbosbeheer voor een bedrag van f. 245.000-, gulden. Beschrijving van perceelnummers. Bron: Het Utrechts Archief, 1294 7425 (925), 1942 jan. 2-1942 april 24 925 13.



Museum

In het kasteel is een van de drie xylotheken van Nederland te zien. Alle drie zijn zij in de achttiende eeuw in opdracht van koning Lodewijk Napoleon vervaardigd door Alexander Schlümbach (1772–1835).

Groeneveldprijs

De Stichting Groeneveld reikt sinds 2000 jaarlijks de Groeneveldprijs uit op het kasteel.[6] De prijs van 5.000 euro is bestemd voor een persoon of organisatie die zich uitzonderlijk heeft ingespannen voor de bewustwording van de betekenis van natuur en landschap voor huidige en toekomstige generaties. De stichting wil hiermee de discussie stimuleren over het gebruik van het landelijk gebied.


   

   

E-mailen
Info